Column | Maden in het karkas

Je weet van tevoren natuurlijk nooit wie de kist draagt op je begrafenis, maar oude dame Vitesse uit 1892, de op een na oudste bejaarde in het betaalde voetbal, verdient beter dan de Amerikaan Coley Parry en zijn stroman Peter Rovers, die als interim-directeur is neergestreken in Gelredome. Niet toevallig natuurlijk, hij is er door de potentiële eigenaren neergezet als consigliere. Voor de filmliefhebbers: Peter Rovers is voor Parry wat Tom Hagen was voor Michael Corleone in The Godfather.

Coley Parry is een roofdier met een babyface, het zogenaamd sympathieke gezicht van een groep dubieuze investeerders die noodlijdende voetbalclubs overnemen en de lege hulzen gebruiken voor hun mensenhandel. Onder medewerkers van Vitesse circuleert een foto waarop Coley Parry naast Paul Conway op de tribune van het trainingscomplex op Papendal zit. Paul Conway is een Amerikaanse ‘investeerder’ die vuistdiep in FC Den Bosch en KV Oostende zit en die clubs voor van alles misbruikt en beloftes niet nakomt. In Oostende is hij een paar weken geleden door supporters gegijzeld in een van de toiletten van het stadion en heeft de rechter hem inmiddels uit ‘zijn’ club gezet. Terecht dat de KNVB de overname van Vitesse door de Common Group van Coley Parry afkeurde.

In een laatste poging organiseerde de organisatie ‘namens Vitesse’ gisteren een persconferentie, waar werd gedaan alsof zij het zijn die de club willen redden terwijl ze in werkelijkheid de komst van bonafide (lokale) investeerders blokkeren door alleen al hun aanwezigheid. De bijeenkomst om half elf ’s morgens had iets van een slechte klucht, met een Amerikaan die het had over ‘there is a little bit yellow-black in me’ en ‘the people from the town Arnhem’ en waarbij lokale journalisten die in slecht Engels kritisch probeerden te zijn werden afgekapt met de mededeling dat dat soort vragen zich beter leende voor ‘een-op-eentje’ in de spelonken van Gelredome.

Voor de gewone supporters en Arnhemmers is het niet meer te volgen. Ze zijn murw door alle gebeurtenissen. Een korte samenvatting van de laatste twee jaar: na de Russen kwamen de minkukels en zij zetten de poort open voor de durfkapitalisten – en dan zeg ik het nog vriendelijk – die ondanks de afwijzing van de KNVB er alles aan zullen doen om zich alsnog als maden het karkas binnen te vreten.

Ondertussen staat de club op omvallen. Het bijzondere aan Arnhemmers is dat ze aan de rand van het ravijn gewoon doorgaan met naar elkaar wijzen. Toch hebben ze allemaal hetzelfde belang: Vitesse, de grote volksclub van Gelderland, moet blijven bestaan. Zondag zullen stad en streek uitlopen om de eerste frustratie eruit te schreeuwen tijdens de wedstrijd tegen FC Volendam, laten we hopen dat het ereterras dan al leeg is zodat ‘de echte clubmensen’ ondanks al hun sociale handicaps met elkaar verder kunnen. Brutaliteit heeft een ondergrens.

Marcel van Roosmalen schrijft op deze plek een wisselcolumn met Ellen Deckwitz.