Column | Lidstaten kruipen steeds meer achter het stuur

In Europa We kunnen boos worden als Viktor Orbán Europese besluiten tegenhoudt om aan zijn centen te komen. Maar dit is wat je krijgt als alle 27 regeringsleiders de uitvoering van besluiten tot in detail willen goedkeuren.

In Europa

Als je kijkt naar de belangrijkste ontwikkelingen in de Europese Unie dit jaar, zie je twee duidelijke trends. Een: er is meer Europa gekomen. Twee: dit Europa is steeds meer een intergouvernementeel Europa waarin lidstaten achter het stuur kruipen en Europese instellingen worden verzwakt of zelfs omzeild.

We kunnen boos worden als Viktor Orbán Europese besluiten tegenhoudt om aan zijn centen te komen. We kunnen kriegel worden als, twee dagen later, zijn Poolse collega Mateusz Morawiecki hetzelfde doet. Maar dit is wat je krijgt als alle 27 regeringsleiders de uitvoering van Europese besluiten tot in detail willen goedkeuren: het wordt één grote bazaar met afdingen, handjeklap, weglopen en driftbuien. In een meer intergouvernementeel Europa gaan we hier in de toekomst meer van krijgen.

Maar allereerst: waarom komt er meer Europa? Omdat de wereld snel verandert en de Europese Unie mee moet veranderen. Lidstaten willen vaak pas dingen Europees doen als het echt niet anders kan – of, zoals Jean Monnet ooit zei, „niet meer weten wat ze moeten doen”. Zulke momenten waren er in 2022 volop. De Russische invasie in Oekraïne bracht mondiaal een serie veranderingen op gang waarop wij moeten reageren: de bewaking van de buitengrenzen verbeteren, samen nieuwe energiebronnen zoeken, geld lenen zodat Oekraïne wapens kan kopen en infrastructuur repareren, de euro beveiligen. We praten zelfs over Europese defensie, tot voor kort taboe in EU-verband.

Tien jaar geleden stond elk Europese debat in het teken van schulden en tekorten. Nu wordt overal een saus van veiligheid overheen gegoten, zelfs over bestaande landbouw-, transport- en digitale regels. Europa heeft zichzelf lang gezien als open markt en waardengemeenschap met weinig geopolitieke slagkracht. Nu moeten we die markt en waardengemeenschap beschermen. Zelfs bevriende landen als de VS doen aan protectionisme – deze week bespraken regeringsleiders in Brussel hun eigen, protectionistische antwoord daarop (een herziening van de staatssteunregels). Is dit leuk? Nee. Maar er zit niets anders op.

Lidstaten vragen de Europese Commissie constant om voorstellen voor nieuwe regelgeving. Bij de Commissie hebben ze nog nooit zo hard gewerkt, ook omdat lidstaten tegelijkertijd budgetten snoeien en steeds minder mensen steeds meer werk doen. Omdat die voorstellen vaak gaan over onderwerpen die nationaal gevoelig liggen – munt, veiligheid, migratie – voelen de lidstaten er weinig voor om de uitvoering aan de Commissie over te laten. Ze willen dat zo veel mogelijk zelf in handen houden.

Tijdens de pandemie – gezondheid ligt ook gevoelig – gebeurde dat al. De lidstaten vroegen de Commissie om vaccins te bestellen, maar vinkten zelf elk contract af en besloten zelf welke vaccins ze inkochten. Toen ze eurobonds inzetten om hun economieën erbovenop te helpen, ging dat ook weer zo: geld ligt gevoelig, dus stonden ze erop om zelf, alle 27, andermans herstelplannen, anticorruptiemaatregelen en rechtsstatelijke verplichtingen te beoordelen. De Commissie produceert rapporten, geeft adviezen voor goedkeuring of afkeuring – maar verzaakt haar rol als ‘hoedster’ van Europese afspraken omdat de 27 de beslissingen nemen.

Dat heeft voordelen. Regeringen zijn meer betrokken bij Europese zaken dan voorheen. Meer ownership is goed. Als je met 27 besluiten neemt, is niemand ooit helemaal tevreden met het resultaat. Maar een compromisdeal waarbij niemand wordt gepasseerd of overstemd, is waarschijnlijk steviger dan een deal waarbij sommigen zijn gepasseerd. Echter, de keerzijde – iedereen een veto – zien we nu ook. Als zelfs het Europeesgezinde België zich van stemming onthoudt (wat dit najaar tweemaal gebeurde), weet je hoe laat het is.

Europa is zo sterk als zijn instituties. Nu is het steeds meer overgeleverd aan de goodwill van regeringsleiders. Dat gaat nog redelijk goed. Maar nog een paar Orbáns erbij, en dingen kunnen behoorlijk van de rails gaan lopen.

Caroline de Gruyter schrijft wekelijks over politiek en Europa.

Lees verder…….