Column | Leiden protesten in Iran tot een nieuwe revolutie?

In Iran gaan woedende burgers de straat op tegen de islamitische dictatuur. vergelijkt hun strijd met de revolutie van 1979 tegen de sjah.

Dwars

Is Iran op weg naar zijn volgende revolutie? En dan bedoel ik een echte revolutie, niet regimechange zoals die vanuit Washington, onder Trump, en ook wel elders en nog, luidop wordt bepleit. Niet zomaar een andere chef-onderdrukking maar een omwenteling, die een ander systeem en een andere klasse aan de macht brengt. Zoals de Russische in 1917, de Franse van 1789 en de Iraanse. In Iran werd in 1979 met de sjah niet alleen een tiran of despoot of autoritair systeem ten val gebracht, maar kwam uiteindelijk een totaal andere klasse, de geestelijkheid, aan de macht, met een heel nieuw bestuurssysteem: een democratie, maar zoals al snel bleek geketend door ondemocratisch geestelijk oppertoezicht.

Ik ben jammer genoeg geen ziener – ach, wat zou dat handig zijn! – en bovendien kennen we de feiten niet precies doordat het regime de sociale en andere media afknijpt. Het is een feit dat in het hele land alweer wekenlang woedende burgers de straat op gaan om verandering af te dwingen: weg met die vervloekte kledingregels, weg met dat opgelegde islamitische systeem en weg met de dictator. Vrouw, leven, vrijheid! In 2009, na de gefraudeerde herverkiezing van Ahmadinejad, en in 2019, na de verhoging van de benzineprijs, gingen Iraniërs óók massaal de straat op en moest de dictator dood, maar werden ze naar huis geslagen en geschoten. Deze opstand is woedender en onverzoenlijker, maar wordt het revolutie? En áls het revolutie wordt, dan wél naar democratie?

Even terug naar de revolutiejaren 1978-79: toen was er de charismatische Khomeiny, die in Neauphle-le-Chateau zijn opruiende toespraken op band zette en de uiteindelijk miljoenen opstandelingen opjutte. De moskee diende als toevluchts- en vergaderoord. Vandaag is de moskee van het regime, en is er aan de kant van de betogers zo te zien nauwelijks leiding en organisatie. Mogelijke leiders van het verzet verdwijnen zo snel mogelijk in de cel. Veel van de huidige machthebbers deden mee tegen de sjah en hebben de lessen geleerd. Zij gebruiken aanzienlijk meer geweld dan de sjah deed. Die had zijn gevreesde geheime dienst SAVAK, maar de dienstplichtigen in zijn leger waren gedemoraliseerd en deserteerden. Vergelijkt u dat maar eens met de Revolutionaire Garde die door de ayatollahs uitdrukkelijk is opgericht om de islamitische revolutie te bewaken, en haar straatvechters van de Basij.

Revolutie is moeilijk, dat hebben de eveneens ongeorganiseerde betogers van de Arabische lente door schade en schande geleerd. Hun strijd tegen hun repressieve leiders in 2010-2011 heeft drie oorlogen opgeleverd (Syrië, Jemen en Libië), hardere dictatuur (Egypte, Bahrein) of gewoon niks (Algerije, Libanon, Soedan, Irak vooralsnog). Tunesië is nog het allertreurigst, een paar jaar vrijheid en nu, gedesillusioneerd, door zijn gekozen president terug bij af gebracht.

Maar u heeft gelijk, we waren bezig met Iran. We weten niet hoe eensgezind het regime is. Het wil aan de macht blijven – zeg me, welk regime wil dat niet – maar we weten niet tot welke concessies of hervormingen sommige facties mogelijk bereid zijn. Want het regime is niet alleen opperste leider Khamenei maar een breiwerk van geestelijkheid en Revolutionaire Garde, elk met zijn ideologische – of grote financiële – belangen.

Welke factie geeft de doorslag? Tot dusverre, ben ik bang, die van de wapens. En die kan het nog wel een tijd volhouden, hoe breed gedragen de strijd tegen het islamitische systeem ook is. Een sombere constatering. Aan de andere kant, een revolutie is zelden in een paar weken gefikst.

Carolien Roelants is Midden-Oostenexpert en scheidt op deze plaats elke week de feiten van de hypes.

Lees verder…….