Column | Die soep is heet en dat is de bedoeling

‘Haatdragend en gedwee, verkracht, in de pan gehakt en altijd de lul…” De rancune uit Reis naar het einde van de nacht van Louis-Ferdinand Céline rolt uit de strot van Guido Lauwaert, schrijver, dichter, performer, kunstenaar van alles. Uit Gent, „stad van de vrolijke anarchisten” volgens hem. Het is een illustere solovoorstelling. Ik zag hem voor het eerst in 1981, in een theaterzaal, het publiek zat in een kring. Lauwaert bleef hem spelen. Hij bereisde er de wereld mee en nu staat hij voor zo’n 30 mensen in café Welling, achter het Amsterdamse Concertgebouw (locatie van het toneelstuk Sterke drank in Oud-Zuid maar dat terzijde). De entree bedraagt een tientje per persoon.

Dat we Lauwaert hier zien danken we aan een mecenas, een kroegbaas die de cultuur bemint en zijn café graag vol laat lopen. Dat is prijzenswaardig, maar hoe goed het ook bedoeld is, uiteindelijk dient het mecenaat het eigenbelang. Subsidie kan het niet vervangen, die verantwoordelijkheid kan het niet aan. Rijks- en gemeentesubsidies voor de kunsten waarborgen continuïteit. Ze zijn er voor de kunsten en ze dienen de belastingbetaler. Hardwerkend mens of niet, letterlijk iedereen kan ervan profiteren.

De PVV wil alle kunstsubsidies schrappen. Een blazersconcert in het Concertgebouw? Vinden PVV-stemmers nergens voor nodig. Beseffen ze dat, vraag ik me af terwijl ik op mijn stoel swing bij een zondagochtendconcert van rietblazerskwintet Calefax. De volle zaal is enthousiast, maar de PVV ziet vijf aanstellers op het podium waar ‘de mensen’ niets van moeten hebben. Spreek je PVV-stemmers erop aan (moet het Concertgebouw sluiten van jou?) dan zeggen ze (cliché van de week) dat de soep zo heet niet wordt gegeten. Of ze bezweren (cliché 2): gerenommeerde instituten schrappen, dat kán helemaal niet.

Guido Lauwaert speelt Céline in Café Welling, Amsterdam.
Foto Erik van Zuylen

Ik zie dat somberder in. Dat kan wel. Die soep is heet en dat is precies de bedoeling. Want het gaat de PVV niet om de kunstsubsidies, niet om geld, het mecenaat zegt ze niets. Het gaat de PVV om cultuur: weg daarmee. De PVV wil af van kunst en kunstenaars, en dus van hun publiek, iets anders kan ik er niet van maken.

Guido Lauwaert bereikt het slot van zijn Reis. Eens zag ik ’m die spelen met rode manen en kloek van borst. Nu hij grijs en gekrompen is, schrijnen Céline’s woorden nog meer: „Als je geen fantasie hebt, is doodgaan niets. Als je wél fantasie hebt, is doodgaan verschrikkelijk.”

En zo is het. Zonder verbeelding is het leven doods, mét is het te prachtig om op te geven. De verbeelding is essentieel. Haar levenswater schenkt zij via kunst en cultuur. Je krijgt die verbeelding niet weg, hoor. Lauwaert houdt pas op als hij erbij neervalt. Ook als er maar twee bezoekers zijn, speelt hij (weet ik uit ervaring), dat houden PVV-stemmers niet tegen. Als ze dat al willen. Want ook zij kunnen niet zonder.