Als je de winter ‘ontvlucht’ op je werk ben je een verwend nest

Nou, hou je vast. We hebben weer een nieuwe trend hoor, op de arbeidsmarkt. En dat is de trend dat jonge mensen de winter in Nederland ‘ontvluchten’ – want regen, want ‘koud’, want ‘depressief’ – en tijdelijk naar de zon verhuizen om een paar maanden vanuit Spanje, de Alpen, Bali, Cluj of Kaapstad op afstand te ‘werken’.

Deze mensen moeten niet verward worden met de ‘digital nomads’. Dat zijn zzp’ers die tijdelijk in het buitenland werken. Nee, de winter-ontvluchters hebben gewoon een vast contract in Nederland en collega’s die achterblijven.

Op de website Nieuw Amsterdams Peil zag ik vorige week dat de Algemene Werkgeversvereniging al spreekt van een ‘explosie’ van mensen die op afstand willen werken. Een aantal laat zelfs het recht erop in hun contract vastleggen. En in de Telegraaf las ik dat het niet alleen om singles gaat, maar inmiddels ook al over koppels, ‘vriendengroepen’ en zelfs hele gezinnen.

Toen ik dat allemaal hoorde heb ik eerst een half uur slap van het lachen onder tafel gelegen. Dat er een generatie is die wat regen en natte sneeuw als een winter beschouwt die ‘ontvlucht’ moet worden – stelletje watjes! In mijn tijd hakten we van november tot maart een wak, en snorkelden we onder het ijs naar kantoor. De winter ontvluchten? Je baas zag je aankomen.

Ik dacht ook aan alle politieagenten, loodgieters, buschauffeurs, verplegers, en docenten die niet op afstand kúnnen werken, laat staan in Kaapstad. En aan de middelvinger die de winter-ontvluchters opsteken naar hun eigen collega’s. Werken is samen lijden onder een systeemplafond. Niet dat er eentje van de familie zit te potverteren op een tropisch strand. Vind ik!

En toch snap ik ze ook wel weer, die luxepaardjes – het avontuur! En heb ik ook bewondering voor ze, dat ze bij hun werkgever met hun vuist op tafel durven slaan. Dat werkgevers wat harder moeten lopen om personeel te vinden en te houden én dat ik me niet meer schuldig hoef te voelen over mijn eigen vliegreizen is natuurlijk ook een prima zaak. En dus dacht ik: laat ik die labbekakken dan ook maar wat tips geven. Hoe je het beste de winter kan ontvluchten zonder dat al je collega’s je zullen haten. Ik ben per slot een columnist voor álle Nederlanders, ja toch. Komen ze.

1. Schmink donkere kringen onder je ogen voor elke Teamsmieting.

En draag geen zwemkleding voor de camera. Zeg dat je slecht slaapt, dat je last heb van de jetlag. En doe een beetje rustig aan met de rum tijdens het teamsen. Het laatste dat je wil is dat je collega’s jaloers worden en je steeds werk te doen geven.

2. Post geen zwembad-, surf- en skifoto’s onder werktijd op je soosjals.

Zeker, je collega’s in Nederland zitten tussen 9 en 5 ook vaak in de yogastudio, doen de hond in bad, of hangen in de bar. Maar van winter-ontvluchters wordt dat niet geaccepteerd.

3. Zeg tegen je collega’s dat je heimwee hebt.

Dat je je elke nacht in slaap huilt. Dat je de kerkklokken zo mist, dat je niet kan wennen aan het lokale eten, dat je voortdurend diarree hebt, dat „voor de tiende keer paella echt geen pretje is” en dat je naar de vegetarische kroketten in de kantine verlangt.

4. Kies op je Teams een saaie kantoortuin als achtergrond.

En dus niet het volle zicht op je zwembad, de besneeuwde bergen, de zeilboot, je latin lover of de buurvrouw.

5. Eet tijdens de lunchmieting gewoon een broodje kaas met een glas melk.

En geen braai, tortilla, kaiserschmarren of nasi lemak. Op vrijdagmiddag zet je om 16.00 Nederlandse tijd een ‘bruine fruitschaal’ (bitterballen) voor de camera. Dan hebben ze misschien niet eens door dat je op Sri Lanka zit.

6. Wek de indruk dat je 24/7 aan het werk bent.

Stel je Outlook dus zo in dat hij ’s nachts mails verstuurt, neem de telefoon niet op als je bij een rave bent, zet geen surfplank-emoji in de afwijzing van een saaie vergadering en hou tijdens de virtuele stand-up de cocktailglazen van de poolparty uit beeld.

7. Klaag veel over het weer.

Dat het zo drukkend heet is, en benauwd. Dat er te veel sneeuw ligt, dat de golven te hoog zijn en dat het voortdurend regent, „net als bij jullie”.

8. Klaag veel over je tijdelijke huis.

Dat je rugpijn hebt van het slechte bed. Dat het dak lekt, dat je onder de muggenbulten zit, dat er slangen zijn, en, heel belangrijk: dat je GEEN LOGEERKAMER hebt. Het laatste wat je wil is dat je collega’s jouw kant opkomen, zien dat je in het paradijs bent beland en dat straks je hele team, inclusief baas, bij je zwembad zit.

9. En, misschien wel het belangrijkst: leg je collega’s in Nederland in de watten.

Stuur ze dure elektronische apparaten, mooie wijnen, chocola, spekkoek, neem lastige klussen van ze over en prijs ze dat ze bikkels zijn – zonder hen kon jij je luxe leventje wel op je buik schrijven.

10. En laat me nog even weten hoe het gaat!

Maar niet op werkdagen tussen 14.00 en 18.00 uur. Dan heb ik hier op Gran Canaria geen wifi! Adios!