Adil en Bilall: ‘IS-strijders leken op ons, enorm confronterend’

Kamal (Aboubakr Bensaihi) vertrekt naar Syrië als strijder tegen het regime van Assad, en wordt ingelijfd door IS.

Interview

Interview | Adil El Arbi en Bilall Fallah, regisseurs Adil en Bilall maakten een film over IS-gangers „met ons inzicht in de emotionele complexiteit erachter en de nuances”. Die misten ze tot dusver.

Ze regisseerden in 2015 Black, een Romeo en Julia-film over jeugdbendes in Molenbeek. Ze maakten in 2018 Patser, over de Mocromaffia. Daarna mochten het Marokkaans-Belgische duo Adil El Arbi (34) en Bilall Fallah (36) – merknaam Adil en Bilall – naar Hollywood om Will Smiths actiefilm Bad Boys For Life te regisseren, met een opbrengst van 456 miljoen dollar een eclatant succes. Nu komen ze met Rebel, een melodrama over jihadisme vol actie en Bollywood-achtige zang en dans.

Adil: „We hebben het gevoel dat dit soort films in België niet worden gemaakt, net zomin als films over de Marokkaanse drugscriminaliteit. Terwijl dat zulke grote, actuele en interessante verhalen zijn.” Bilall: „Ik denk dat men er zich de handen niet aan durft te branden. Terwijl we door IS echte oorlogstaferelen op Belgische bodem meemaakten in 2016 [bomaanslagen op de luchthaven van Brussel en in de stad, red.]. Iedereen herinnert zich de paniek, maar films zijn er niet over.”

Adil en Bilall komen uit de Brusselse wijk Vilvoorde, die vanaf 2011 een buitenproportionele uittocht van jihadisten naar Syrië kende. Zoals antiheld Kamal van Rebel, die dol is op snelle motors; een rapper in de drugshandel. Als de politie hem op de hielen zit, vertrekt hij naar Syrië dat in opstand kwam tegen het Assad-regime, ook om eens iets nobels met zijn leven te doen. Daar ronselt IS hem met geweld en dwingt hem via een reeks misdrijven zijn eigen huid te redden: eerst IS-propaganda filmen, dan ook zelf een krijgsgevangene executeren.

Adil en Bilall waren zelf net van de filmschool toen de uittocht uit Vilvoorde begon. Adil: „Wij begonnen over deze film na te denken in 2013, toen de eerste golf naar Syrië was vertrokken en IS opkwam. Je zag vrienden vertrekken met wie je was opgegroeid, soms hele groepjes. Een deel eindigde bij IS, sommigen keerden terug om hier in 2015 en 2016 aanslagen te plegen. Enorm confronterend, het waren mensen met onze Marokkaanse achtergrond, ze leken op ons. Maar er zijn geen films vanuit ons perspectief, met ons inzicht in de emotionele complexiteit erachter, de nuances.”

Films over IS zijn er genoeg, meestal vanuit het perspectief van slachtoffers, hulpverleners of tegenstanders. Over radicalisering bestaan ook films: Le jeune Ahmedvan de gebroeders Dardenne of Layla M.van Mijke de Jong. Rebel valt op omdat een dader ook slachtoffer blijkt te zijn. Hoe kosjer is dat?

Adil: „In het begin vertrokken veel mensen uit idealisme naar Syrië, omdat ze zagen dat een onschuldig volk werd afgeslacht door een bloeddorstige dictator, zoals nu in Oekraïne. Er waren gematigde rebellengroepen die met westerse steun tegen Assad vochten, IS was nog een marginaal verschijnsel aan de Iraakse grens. Maar als buitenlandse strijder kwam je terecht bij een buitenlandse brigade, tussen veel fanatieke, geharde jihadisten. IS bleek het meest meedogenloos en ruimde als in een maffiaoorlog concurrerende leiders uit de weg om hun soldaten over te nemen. Het Assad-regime vond dat prima. Zo neutraliseerde het verzet zichzelf.”

Toch wringt er iets. Elke terugkerende jihadstrijder vertelt Kamals verhaal. ‘Ik werd gedwongen.’

Bilall: „Dat is waar, maar onze film bevat ook veel monsters en fanatici. Die zijn alleen niet zo heel geschikt als hoofdpersoon. Zo’n burgeroorlog is totale chaos, een maalstroom die je als doorsnee lafaard gewoon wilt overleven. Val je in handen van IS, dan blijkt vertrek net als bij de maffia gelijk te staan aan een doodvonnis. Maar blijf je, dan zorgen ze wel dat je bloed aan je handen krijgt. Die logica tonen we via Kamal.”

Hadden jullie een specifiek publiek in gedachten?

Adil: „We willen een toegankelijke film maken en ook jongeren lokken die naar superheldenfilms gaan. Dat is niet gemakkelijk, want het is ook een pamflet tegen IS en het kalifaat en een soort historische kroniek van de afgelopen tien jaar.”

Het broertje van Kamal, Nassim, wordt via een ronselaar en sociale media gehersenspoeld.

Adil: „Hij staat voor de tweede golf, die via sociale media werd gehersenspoeld en welbewust naar IS vertrok. Sociale media maakten IS zo uniek, ouders hadden geen idee dat hun kinderen in de slaapkamer aan het radicaliseren waren. Neonazi-groepen imiteren nu welbewust IS-technieken van community building. Al Qaeda was een geïmproviseerde bende met knullige filmpjes, IS-filmpjes waren slick, van Hollywoodniveau, met script, tracking shots, casting, repetities, slow motion. Dat maakte IS zo succesvol. Jongeren zagen dat het geen losers waren. Dat ze technologisch up-to-date waren.”


Lees hier de recensie van ‘Rebel’

Waar filmden jullie de Syrische scènes?

Bilall: „In Jordanië, dat is het perfecte land ervoor. Het Jordaanse leger voorzag ons van oorlogstuig en er waren enorm veel Syrische vluchtelingen om als figuranten of technisch adviseurs in te huren. We leerden een man kennen – je ziet hem in de film even blokfluit spelen – die een muziekwinkel had in Mosul. Hij vluchtte zo gauw IS naderde, die alles kort en klein sloeg. Je kon net zo goed een pornoshop hebben.

Adil: „Dat is een reden dat we muziek gebruiken. Musicals met Arabische instrumenten, vrouwenzang en dans horen bij onze cultuur, IS verbood dat allemaal. IS wilde een kale wereld waar niets mag. Daarom voelde muziek en dans heel gepast. Het helpt ook een vrij ingewikkeld, hard verhaal toegankelijker te maken. Muziek en dans komen veel directer binnen dan dialoog.”

Waarom had juist België zo’n hoog percentage jihadgangers?

Adil: „Wij denken dat het met identiteit samenhangt. Het gaat om jonge mensen die een identiteitscrisis doormaken. Frankrijk biedt een duidelijke keuze: je bent Frans of je bent het niet. Nederland ook. België is zelf in identiteitscrisis. Belgen bestaan niet, je bent Vlaming of Waal of Brusselaar of weer iets anders. Die chaos maakt het lastiger je plek te vinden in de maatschappij. Het Belgische systeem is een toxische mix van laksheid en kansloosheid. In wijken als Vilvoorde zie je geen enkel perspectief om eruit te breken. Tegelijk is er vanuit de overheid een neiging tot wegkijken en dingen op hun beloop laten.”

Bilall: „Toen die jongens naar Syrië gingen en ouders aan de bel trokken bij de autoriteiten, was de houding eerst: opgeruimd staat netjes. Weer wat Arabieren minder.”

‘Rebel’ raakt ook aan de vraag wat te doen met terugkerende IS-leden en hun kinderen.

Adil: „Ik snap best dat je zegt: blijf maar lekker daar hoor! Die jihadisten gingen vrijwillig naar Syrië en begingen daar vreselijke misdaden. Waarom zouden hun kinderen dan nu meer recht hebben hier te worden opgevangen dan kinderen van hun Syrische slachtoffers? Hoe eerlijk is dat?”

Lees verder…….