Zangeres néomí: ‘Mijn muzikale carrière wordt een totale chaos’

‘Ik hoop niet dat je het erg vindt dat ik een broodje eet tijdens het bellen, ik heb zó’n honger, en gewoon echt geen moment gehad om iets te eten.” Neomi Speelman (26) zit in de Amsterdamse club De School, waar ze een videoclip aan het opnemen is bij een nummer van haar debuutalbum, dat moet uitkomen in de lente. Ze viel eerder al op met haar dromerige folkpop op de ep’s Before (2022) en After (2023), en met gloedvolle optredens op onder meer festivals Eurosonic/Noorderslag en Into The Great Wide Open. Ze werd Oor-talent, 3FM-talent en werd geselecteerd voor het prestigieuze showcasefestival SXSW volgend jaar in Austin, Verenigde Staten.

„Ik heb het gevoel dat ik in een andere wereld ben gedoken”, zegt Speelman (die optreedt als néomí) over haar nieuwe muziek. „Sommige nummers zijn heel erg niet-Neomi, met een nieuw geluid en een andere productie. Iets waar ik zelf ook aan moet wennen. Zoals de single ‘Your Girl’, die is wat weeldiger en groter. Er zijn tegelijk nummers die juist heel intiem en klein zijn. Die zijn trouwens het zwaarst om te zingen, omdat ze zo dichtbij komen.”

Speelman had een moeilijk jaar door persoonlijke omstandigheden, en dat sijpelde door in haar muziek. „Nu ik me wat beter begin te voelen denk ik: shit, nu moet ik het nog live zingen ook, daar baal ik wel een beetje van. We repeteerden die songs laatst met de band voor het eerst, en ik werd zo teruggezogen naar hoe zwaar ik me toen voelde. Ik moest huilen, het is een zwaarder proces dan ik dacht. Maar ik kan nu niet meer terug.”

Te jong

Speelman woont in Den Haag en werd geboren en groeide op in Zwijndrecht („Van Rotterdammers mag ik nooit zeggen dat ik uit Rotterdam kom, maar daar voel ik me nog altijd thuis”). Ze zwenkte van vwo naar havo naar vmbo-t, waarna ze op haar vijftiende op een mbo muziekopleiding in Amsterdam terecht kon. Te jong eigenlijk, maar het mocht. Ze ging op kamers, ook wat jong, maar elke dag twee uur heen en twee uur terug was geen optie. „Een goor kamertje van acht vierkante meter aan de Wibautstraat, waar mensen nu ruim 1.000 euro voor betalen, ik zat er voor 280. Ik was een enorm opstandige puber dus ik vond het niet erg om al uit huis te gaan. Mijn ouders kozen er bewust voor me los te laten, ze dachten dat ik meer kon leren van het leven dan van hun advies.”

De nummers die heel intiem en klein zijn, zijn het zwaarst om te zingen, omdat ze zo dichtbij komen

Die opleiding was een deceptie. Ze kreeg te horen dat ze beter docent kon worden, zelf muziek schrijven was niet haar talent. Ze haalde haar diploma, ging broodjes verkopen op Schiphol en verloor twee jaar lang het plezier in muziek maken. „Ik heb het toch weer opgepikt en ben weer een beetje gaan schrijven. Toen heb ik een filmpje gemaakt met twee vrienden en dat op Facebook gezet. Het werd gezien door mijn huidige manager Lee Waller, die mailde of ik eens koffie wilde drinken. Hoe verzin je het hè?” Ze schiet in de lach. „Mijn toenmalige vriendin zei nog: dit is een scam, zoiets gebeurt alleen met Justin Bieber. Maar Lee en ik hadden meteen een klik, en ik kon gaan doen wat ik leuk vond.”

Foto Andreas Terlaak

Hangende pootjes

Speelman duikt overal in, maar loopt ook wel eens tegen een muur op. Dat levert soms iets moois op, soms iets minder moois. „Toen ik twee jaar op mezelf woonde kwam ik met hangende pootjes terug bij m’n ouders. Ik at alleen maar pannenkoeken uit een pakkie, niet ideaal. Ik heb altijd een harde klap nodig om me ergens bewust van te worden. Dat iets niet werkt, of dat iets te zwaar is. Nu ik ouder word en therapie heb, leer ik situaties beter inschatten, maar ik laat het nog vaak heel bont worden. Met die therapie leer ik mezelf beter te begrijpen.”

Mede dankzij die therapie, zegt ze, gaat ze een jaar in waarin ze haar persoonlijke leven veel meer onder controle heeft. „En mijn muzikale carrière wordt een totale chaos”, lacht ze. „Ik duik er in en ik heb er zin in. Ik hoop echt dat ik meer mensen kan bereiken, om dit mee te delen. Dat is waar ik het voor doe.”

Beeld header Andreas Terlaak.