Voorstelling ‘TWO.’ van Lisa Verbelen is het mooist in de duetten

Recensie


Theater

Theater In haar nieuwste muziektheatervoorstelling ‘TWO. is not a solo’ deelt Lisa Verbelen het podium met jazzmuzikant Hendrik Lasure. In hun samenzang stijgt de voorstelling boven zichzelf uit.

Lisa Verbelen in haar ‘TWO. is not a solo’.
Lisa Verbelen in haar ‘TWO. is not a solo’.

Foto Jan Rymenants

‘Open your mouth / I want to / serve you / the biggest lasagna of words / you’ve ever eaten / or heard.’ De mission statement die maker/performer Lisa Verbelen aan het begin van haar nieuwe voorstelling maakt laat niets aan de verbeelding over: in wat volgt zal ze een veelheid aan gedachten, overpeinzingen en fantasieën over het publiek uitstorten. In een combinatie van zingzeggen en meer melodieuze passages neemt ze het publiek mee op reis langs thema’s als eenzaamheid, verbinding, liefde en verliefdheid, (gender)fluïditeit, de schoonheid van onzekerheid en de zoektocht naar een levenskompas.

De derde ‘solovoorstelling’ die Verbelen onder de vleugels van theatercollectief BOG. maakt is nog meer een concert dan eerdere delen ONE. (2015) en ALL. (2019). Bovendien is TWO. is not a solo, zoals de titel al zegt, geen solo: Verbelen sloeg de handen ineen met jazzmuzikant Hendrik Lasure, die de laatste jaren hoge ogen gooide met zijn duo @SCHNTZL en zijn ensemble Warm Bad. Zijn composities, die onder andere doen denken aan de synthpop van het begin van de jaren tachtig, bieden een stevige bodem voor de teksten die Verbelen en Lasure samen schreven.

Ritmegevoel

Vanwege de ritmische, weinig melodieuze verteltoon die Verbelen hanteert komt er veel nadruk op die teksten te liggen. Die kunnen dat niet altijd dragen. Ondanks enkele goede vondsten (‘stop dating like a capitalist / it’s like searching / in the supermarket for someone / with the exact same grocery list’) missen veel van de passages scherpte en blijven ze te veel bij banale inzichten of oppervlakkige overdenkingen hangen. Ze zijn bovendien vaak geformuleerd in een wat stuntelig Engels (‘people meet people / until the very last part’), met weinig opzienbarende beeldspraak (‘I feel like a puppy in a puppy nest / I’m living from rest to rest’). Het helpt niet dat Verbelen op de première nog niet het benodigde ritmegevoel had om de interessante rijmschema’s tot hun recht te laten komen, waardoor het in snellere passages meer een brij dan een lasagne wordt.

Zodra Verbelen en Lasure echter samen beginnen te zingen stijgt de voorstelling boven zichzelf uit. De melodielijnen van de twee makers dansen ontroerend om elkaar heen waardoor de muzikale choreografie en de poging om nader tot elkaar te komen belangrijker worden dan de betekenis van de woorden. Zo is TWO. is not a solo het mooist op de momenten waarop het écht een duet wordt.

Lees verder…….