‘Vooral Surinaamse producten worden duurder’

Duurder leven De prijzen stijgen, of het nu gaat om energie of levensmiddelen. Leven wordt rap duurder. Wat betekent dat voor mensen?

Illustratie Stella Smienk

Een geur van Surinaamse kruiden komt klanten van Supertoko Nawied in de Amsterdamse Molukkenstraat tegemoet. Achter de toonbank staat een grote pan met onder meer aardappelen, kouseband, kerrie en massala, voor de afhaalroti die eigenaar Mohammed Akram (59) verkoopt. Je kunt bij de zaak terecht voor Surinaamse producten, cosmetica, planten, groenten en fruit.

„Al mijn kosten zijn omhooggegaan”, zegt Akram, waarmee hij allereerst doelt op zijn inkoopprijzen. „Vooral Surinaamse producten worden duurder.” Hij wijst naar de gezouten bakkeljauw. „Twee weken geleden kocht ik die nog in voor 19 euro. Dat is nu 24 euro per doos geworden.” Surinaamse producten zijn, zo schat hij, in een jaar tijd gemiddeld zo’n 40 procent duurder geworden. Hij vermoedt dat dit komt door de gestegen kosten voor transport vanuit Suriname. „En de groothandel moet natuurlijk ook wat overhouden.”

Zowat álle producten die de toko inkoopt, zijn duurder geworden, ook bijvoorbeeld de aardappelen en het vlees voor de roti. Daarbij komen hogere lasten. „De elektra is zo’n 200 euro per maand duurder geworden”, zegt Akram. Over de gasprijzen hoeft hij zich niet al te veel zorgen te maken: verwarming komt zo nodig vanuit de airconditioner.

Berekent Akram dat allemaal door aan de klanten? Zo weinig mogelijk, zegt hij. „In zo’n kleine winkel als deze kun je vaste klanten niet telkens uitleggen dat alles duurder wordt.” De concurrentie, zegt hij, is groot in Amsterdam-Oost. Er zijn meer Surinaamse winkels, en ook goedkope Turkse en Marokkaanse supermarkten.

Toch zijn kleine prijsverhogingen onvermijdelijk. Een pak bakkeljauw is bijvoorbeeld 50 cent duurder geworden. Zo’n prijsverhoging dekt voor Akram niet de gestegen kosten. „Mijn winst gaat gewoon achteruit.”

Akram staat van negen tot zeven in de winkel voor „een paar honderd euro per dag” aan omzet. „Een minimumloon, dat is wat ik heb.” Wordt het dan niet moeilijk voor hem, als de prijzen verder stijgen? „Ach, voor iedereen is het nu moeilijk. Wat kun je anders doen? Thuiszitten vind ik helemaal niets. En ik ga niet meer voor een baas werken, ik ben bijna zestig.”

Lees verder…….