Vlammen tegen kansarmoede: ontdek het centrale thema van De Warmste Week 2022

Enkele cijfers op een rij: volgens het Vlaams Agentschap Opgroeien wordt 1 op de 8 Vlamingen geboren in kansarmoede. Of een kind opgroeit in kansarmoede, wordt bepaald op basis van zes parameters: het maandinkomen van het gezin, de opleiding van de ouders, de arbeidssituatie van de ouders, de kwaliteit van de huisvesting, het stimulatieniveau van de kinderen en hun gezondheid. 

Wanneer gezinnen bij minstens drie van de zes parameters op of onder een ondergrens scoren, is er sprake van kansarmoede. In 2021 was dat voor 12,7 procent van de kinderen in het Vlaams Gewest het geval. Dat percentage is de verhouding tussen het aantal kinderen in kansarmoede, en het totale aantal kinderen dat geboren wordt en door Kind en Gezin wordt opgevolgd.

In de provincie Antwerpen groeien het meeste kinderen in kansarmoede op, in Vlaams-Brabant het minst. Opgroeien in een grootstad, en een moeder hebben die niet de Belgische nationaliteit had bij haar geboorte zijn twee factoren die het risico op kansarmoede vergroten.

Voor het Brussels Gewest moeten het kansarmoedecijfer anders geïnterpreteerd worden. Veel Brusselse kinderen worden niet standaard opgevolgd door Kind en Gezin, waardoor er voor hen geen officiële kansarmoede-registratie gebeurt zoals in Vlaanderen. 

Voor de 19 gemeenten in het Brussels Hoofdstedelijk geeft de kansarmoede-index weer hoe veel kinderen er in armoede opgroeien, in verhouding tot het aantal kinderen dat zeker één huisbezoek of consultatie bij Kind en Gezin heeft gehad. 

In het Brusselse gewest groeit gemiddeld 26,7 procent van de kinderen op in kansarmoede. Dat is meer dan dubbel zo veel als in Vlaanderen. Uitschieters zijn de gemeenten Sint-Jans-Molenbeek, waar bijna de helft van de kinderen in een kansarm gezin opgroeit, en Anderlecht, waar het aantal kansarme kinderen richting de 40 procent gaat.

Lees verder…….