Vertrekkende Shell-topman Van Beurden speelde bescheiden rol in publieke debat

Profiel

Ben van Beurden, scheidend Shell-baas

Na ruim acht jaar Shell te hebben geleid, vertrekt topman Ben van Beurden bij het olie- en gasconcern. Onder zijn leiding kreeg het bedrijf veel kritiek, onder meer op het tempo van de energietransitie en zijn rol bij de gaswinning in Groningen.

Bestuursvoorzitter Ben van Beurden tijdens een aandeelhoudersvergadering van Shell.
Bestuursvoorzitter Ben van Beurden tijdens een aandeelhoudersvergadering van Shell.

Foto Bart Maat/ANP

Het is een zin waar Ben van Beurden talloze malen aan herinnerd is. Kort na het Akkoord van Parijs werd de Shell-topman gevraagd naar de bijdrage van het olie- en gasconcern om de opwarming van de aarde te beperken. „Ik pomp alles op wat ik kan oppompen om de vraag te vervullen”, zei Van Beurden in 2016.

Op de vraag van actualiteitenprogramma Nieuwsuur of niet een deel van de voorraden in de grond moest blijven om een grotere temperatuurstijging van de aarde te voorkomen, was de nu 64-jarige Brabander heel helder. „Dat is niet de missie waarvoor ik uiteindelijk door aandeelhouders in de wereld ben gezet. Uiteindelijk is onze missie om verantwoordelijk te investeren en dividend en andere opbrengsten voor aandeelhouders te genereren.”

Donderdagochtend werd bekend dat Van Beurden per 1 januari wordt opgevolgd door de Canadese Shell-bestuurder Wael Sawan. Van Beurden heeft dan precies negen jaar de hoogste functie bij het concern vervuld.

De woorden van de topman in 2016 zijn voor veel critici illustratief voor de manier waarop Shell de afgelopen jaren met klimaatbeleid omging. In 2050 wil het klimaatneutraal zijn; een absolute doelstelling om de CO2-reductie op kortere termijn te beperken ontbreekt. Dat geldt voor alle grote oliebedrijven, maar de Haagse rechtbank heeft Shell vorig jaar opgelegd de uitstoot snel en substantieel te beperken.

Continuïteit

Vanaf zijn aantreden maakte Van Beurden duidelijk dat hij voor langere tijd de toppositie zou innemen. In januari 2014 nam hij de baan over van de Zwitser Peter Voser, die vier jaar de hoogste baas was geweest. „Het is goed als een CEO met de resultaten van zijn beslissingen wordt geconfronteerd”, zei hij in zijn eerste jaar tegen het weekblad Elsevier. „Het is ook goed voor de continuïteit van Shell als de CEO wat langer zit.”

Hij hield woord. De laatste decennia bleven de meeste voorzitters van Shell niet langer dan vijf jaar. In 1965 stapte John Loudon als hoogste Shell-man op na veertien jaar. De jaren daarna bleef alleen Lo van Wachem (1972-1982) langer dan de nu vertrekkende Van Beurden. Gedurende zijn voorzitterschap verdiende Van Beurden ruim 90 miljoen euro aan salaris, bonussen en extra pensioenstortingen.

Zijn benoeming kwam als een verrassing. De chemisch ingenieur – opgeleid in Delft – was pas een half jaar eerder directeur upstream (raffinage en distributie) geworden, en daarmee lid van de raad van bestuur. De motivatie om Van Beurden te kiezen was niet ongebruikelijk binnen Shell. „Ben kent het bedrijf tot in detail en heeft bewezen bestuurlijke ervaring in verschillende takken van de onderneming”, aldus toenmalig president-commissaris Jorma Ollila. Van Beurden werkte toen al dertig jaar voor Shell, en was actief in Nederland, Amerika, Azië en Afrika.

Een belangrijke aankoop onder zijn leiding was die van British Gas in 2015, voor 65 miljard euro. Shell versterkte zo zijn positie als grootse producent van vloeibaar aardgas (lng), dat veel landen nu – dankzij de transportmogelijkheden per schip – als alternatief voor Russisch gas gebruiken.

Minder trots zal Van Beurden zijn op de eveneens historische beslissing, voorjaar 2020, om stevig te korten op de dividenduitkering. Voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog moesten ook de aandeelhouders een stapje terug doen, toen het concern hard werd geraakt door de coronapandemie. „Ik heb er heel wat nachten van wakker gelegen en heel veel over gesproken, maar we hadden geen keuze”, zei hij tegen Het Financieele Dagblad nadat de uitkering met twee derde was teruggebracht. In het najaar van 2020 volgde het nieuws dat het concern wereldwijd 9.000 banen (van de 86.000) schrapte.


Lees ook: Midden in de energiecrisis beleeft Shell gouden tijden

Weinig warme gevoelens

Dat Shell weinig warme gevoelens in Nederland oproept, ziet Van Beurden bijna dagelijks bevestigd. Kritiek was en is er volop. Neem de afschrikwekkende vervuiling in Nigeria, volgens Shell vooral door sabotage veroorzaakt. De onoplosbare problemen in het Afrikaanse land waren voor Van Beurden aanleiding er alle activiteiten op het vasteland te staken. Of neem aardgasdochter NAM – gedeeld eigendom met ExxonMobil – die in Groningen een veelbekritiseerde rol speelt bij het trage herstel van de aardbevingsschade. Kritiek was er vanzelfsprekend van getroffen Groningse burgers, maar ook met het ministerie van Economische Zaken en Klimaat werd menig robbertje uitgevochten over de versterking van de huizen.

Ook rond de energietransitie krijgt het concern volop kritiek. Zo doet het bedrijf voor de komende 25 jaar geen toezeggingen over de absolute reductie van de uitstoot. Wel zijn er doelen gesteld om de eigen uitstoot terug te brengen en het koolstofgehalte van producten te verlagen; in het laatste geval gaat het om een relatieve reductie. Toch is dat volgens Van Beurden de beste weg: je kan wel de productie staken, maar dan gaat de klant naar de concurrent met producten die mogelijk meer uitstoot genereren.

De Haagse rechtbank maakte vorig jaar korte metten met Shells beleid door een hard oordeel uit te spreken: het concern moet in 2030 zijn volledige uitstoot met 45 procent hebben verminderd. Daarbij gaat het voor 95 procent om de uitstoot die zijn producten veroorzaken, zoals benzine en kerosine. Shells beslissing in hoger beroep te gaan, kreeg veel kritiek. Van de circa 25 miljard euro die het concern dit jaar wereldwijd investeert, gaat 4,5 miljard naar duurzame projecten.

Groningen, de uitspraak van de rechter en de problemen in Nigeria haalden volop het nieuws, maar Van Beurden speelde in het publieke debat doorgaans een bescheiden rol. Achter de schermen was hij vaak in gesprek met regeringen, vooral sinds de recente energiecrisis. „We hebben nog nooit zulke goede discussies met regeringen gehad als op dit moment”, zei hij deze zomer tegen de Britse zakenkrant Financial Times.

Hij trad meer op de voorgrond toen Shell in 2021 dan toch besloot Nederland te verlaten, onder meer uit onvrede over het handhaven van de dividendbelasting. Al eerder trok het inmiddels Britse Unilever dezelfde conclusie. Toen, in het najaar van 2021, benadrukte Van Beurden dat het Nederlandse vestigingsklimaat niet de aanleiding voor de verhuizing naar Londen was, maar dat de eigendomsstructuur – half Brits, half Nederlands – te complex was geworden.

Dat de afschaffing van de dividendbelasting niet doorging, was niettemin voor veel mensen bij het concern het zoveelste bewijs dat de liefde tussen Nederland en Shell bekoeld was. Want was die afschaffing niet ooit toegezegd aan Shell? Tegenover Het Financieele Dagblad gaf Van Beurden vorig jaar toe dat het negatieve sentiment rond zijn bedrijf hem raakte. „Vanzelfsprekend ben ik ook teleurgesteld over het gebrek aan nationale trots en het gebrek aan erkenning voor wat we doen. Als ik een miljard investeer, wordt het greenwashing genoemd. Natuurlijk steekt dat.”

Lees verder…….