Steeds harder proberen Israël en de Palestijnen elkaar te treffen

Bloedige operatie Israël in Nablus Weer trad het Israëlische leger hard op tegen Palestijnse strijders op de Westelijke Jordaanoever. Palestijnen vuurden daarop in enigszins machteloze woede raketten af op Israël. Staat een Derde Intifada op uitbreken?

Palestijnen in Nablus, op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever, tijdens een confrontatie woensdag met het Israëlische leger.
Palestijnen in Nablus, op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever, tijdens een confrontatie woensdag met het Israëlische leger. Foto Zain Jaafar/AFP

De klappen die de Israëliërs en de Palestijnen elkaar toedienen verlopen volgens een inmiddels vertrouwd patroon. Als de ene kant de andere treft – Israël de Palestijnen meestal harder dan andersom – slaat de ander met bijna mathematische zekerheid terug. Als gevolg van die vicieuze cirkel vallen er steeds meer doden, vooral aan Palestijnse kant.

Gespannen wacht Israël nu af of de Palestijnen op hun beurt terugslaan met een nieuwe aanslag op Joodse doelen in Jeruzalem of elders, na een bloedige actie van het Israëlische leger woensdag op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever. Daarbij vielen in de stad Nablus elf doden, onder wie zes gewapende strijders, en 82 gewonden. Het was de hoogste tol bij zo’n actie in achttien jaar.

Eind vorige maand waren er bij een soortgelijke Israëlische operatie bij de stad Jenin al tien doden gevallen, onder wie zeven strijders. In de dagen daarna volgden er toen twee aanslagen in Oost-Jeruzalem, die aan zeven Joden het leven kostten.

Radicalen in de Gazastrook, vermoedelijk leden van Islamitische Jihad, vuurden gewoontetrouw donderdagochtend vroeg direct zes raketten op doelen in Zuid-Israël af, al wisten ze dat het effect daarvan doorgaans gering is. Ook ditmaal maakte de Israëlische luchtverdediging vijf ervan al in de lucht onschadelijk. De zesde kwam terecht op een stuk woest land en richtte geen schade aan. Volgens een al evenzeer bekend ritueel bombardeerde Israël vervolgens doelen in de Gazastrook. Doden vielen daarbij voor zover bekend niet, wel materiële schade aan onder meer een wapenfabriek van Hamas.

Vier vragen over een conflict waarvoor een oplossing steeds verder uit het zicht raakt.

1 Wat gebeurde er woensdag precies in Nablus?

Het Israëlische leger begon ’s ochtends een actie in de oude binnenstad, waar zich enkele gewapende strijders hadden verschanst van de Leeuwenkuil, een jonge Palestijnse verzetsgroep die af en toe aanvallen op Israëlische doelen op de Westelijke Jordaanoever uitvoert. Zes van hen zouden daarbij zijn gedood. Maar doordat de operatie overdag plaatshad, waren er veel burgers op de been, van wie er ook vier werden gedood, onder wie een 72-jarige man en een 16-jarige jongen. Op videobeelden was onder meer te zien hoe een Israëlische militair voertuig op een Palestijnse menigte inreed.

2 Is de al dikwijls voorspelde Derde Intifada hiermee begonnen?

Dat is moeilijk te zeggen. Formeel is zo’n nieuwe Palestijnse volksopstand in elk geval nog niet uitgeroepen. Ook bij de voorgaande twee, in de jaren 1987-1993 en 2000-2005, was echter niet onmiddellijk duidelijk dat het om zo’n omvangrijke en langdurige opstand ging.

Feit is wel dat er sinds de Tweede Intifada niet meer zo veel doden zijn gevallen als in de afgelopen twaalf maanden. En na het aantreden van het nieuwe kabinet van premier Netanyahu eind december is het geweld verder toegenomen. Gemiddeld is er sindsdien elke dag een Palestijn door Israëlische militairen gedood. Ook staat vast dat speciaal jonge Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever weer sneller geneigd zijn de wapens op te nemen dan voorheen, omdat ze geen enkel vertrouwen meer hebben in de eigen leiders die min of meer samenwerken met de Israëlische bezetter.

De Leeuwenkuil is daarvan een voorbeeld. Van de zomer leek die groep te zijn opgeruimd door Israël, maar steeds weer duiken er nieuwe leden op. Met enige vrees ziet Israël uit naar de komende ramadan-vastenmaand, die op 22 maart begint. Dat is vanouds een periode waarin het vaak tot extra spanningen komt.

3 Port Israëls nieuwe regering met haar extreem-rechtse ministers het vuurtje verder op?

Hoewel ook onder het vorige kabinet de spanningen met de Palestijnen al opliepen, bepleiten vooral de ministers Itamar Ben-Gvir (Veiligheid) en Bezalel Smotrich (Nederzettingen) een steeds hardere koers. Ben-Gvir zou graag een collectieve bestraffing van de Palestijnen hebben gezien na de aanslagen van eind januari in Oost-Jeruzalem. Netanyahu en zijn minister van Defensie Yoav Gallant staken daar een stokje voor. Smotrich daarentegen kreeg wel zijn zin met de legalisatie van negen (volgens internationaal recht) illegale nederzettingen en duizenden nieuwe woningen voor Joodse kolonisten op de Westelijke Jordaanoever. Dit irriteerde ook de Verenigde Staten, die ook al niet te spreken zijn over de pogingen van de regering om Israëls Hooggerechtshof zijn gezag te ontnemen. Om ook de Amerikanen tevreden te stellen zou Israëls leger hebben beloofd de komende maanden terughoudender te zijn met militaire interventies in de omgeving van Nablus en Jenin. Waarom het dan toch zo’n grootscheepse interventie deed in Nablus deze week, was niet meteen duidelijk. „Israël blijft waarschuwen voor escalatie tijdens de ramadan, maar het lijkt of de stappen die het neemt een confrontatie eerder dichterbij brengen dan die te voorkomen”, aldus Amos Harel, commentator van het dagblad Haaretz.

4 Is er uitzicht op verbetering van de situatie voor de Palestijnen?

Vooralsnog weinig. De Verenigde Staten herhaalden weliswaar nog enkele weken geleden bij monde van minister van Buitenlandse Zaken Blinken dat ze voorstander blijven van de tweestaten-oplossing, maar niets wijst erop dat Washington bereid is tot een echte confrontatie met Israël om de Israëlische nederzettingen terug te dringen, laat staan een levensvatbare Palestijnse staat te helpen realiseren. Dat premier Netanyahu – in strijd met de traditie – sinds zijn hernieuwde aantreden nog niet voor een bezoek op het Witte Huis is uitgenodigd, zal hem intussen niet erg deren.

Sommige Arabische staten, met name Saoedi-Arabië, Egypte, Qatar en Jordanië, hebben kritiek geuit op Israël wegens de operatie in Nablus. Maar de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein en Marokko, die allen de betrekkingen met Israël onlangs normaliseerden, hulden zich in nadrukkelijk zwijgen.

Lees ook: Jonge palestijnen willen strijdend ten onder gaan

Lees verder…….