Quentin Dupieux: ‘Perfectie is stomvervelend’

Marie (Léa Drucker) en Alain (Alain Chabat) proberen uit te leggen wat hen is overkomen, niet eenvoudig in een film van absurdist Quentin Dupieux.

Interview

Interview | Quentin Dupieux De Franse absurdist Quentin Dupieux, regisseur van ‘Incroyable mais vrai’, wordt stelselmatig onderschat. „Een script schrijft zichzelf. Ik ben vooraf ook heel benieuwd.”

Voor ieder ander zou het een krankzinnig halfjaar zijn, voor Quentin Dupieux (48) is het hooguit een beetje druk. In februari treffen we hem in Marriot Berlijn: hij presenteert op de Berlinale zijn speelfilm Incroyable mais vrai. Later die maand volgt onder zijn muzikale alias Mr. Oizo het elektrofunkalbum Voilà. In mei heeft hij een speelfilm in Cannes: Smoking Causes Coughing, waarin de Tobacco Force – de superhelden Ammoniak, Nicotine, Kwik, Methanol en Benzeen – de wereld redt.

Nu dus Incroyable mais vrai, over twee middelbare echtparen op jacht naar de eeuwige jeugd. Alain en zijn partner Marie kopen een villa met een wonderlijke gimmick: een tunnel in de kelder. Klim erin en twaalf uur verstrijkt – maar je wordt tegelijk drie dagen jonger. Hun vriend Gérard zoekt het in amechtige seks; hij heeft in Japan een elektronische penis laten implanteren.

Chef-absurdist

Een vrij lineaire film, verder typisch Quentin Dupieux. Frankrijks chef-absurdist neemt zichzelf niet al te serieus en wordt daarom stelselmatig onderschat – ook in Berlijn ontaardt het gesprek vaak in giechelen. Ziet hij zichzelf als een surrealist? Buñuel voor millennials? „Het surrealisme is een stroming uit de vorige eeuw waarvan ik veel politieke en psychologische ideeën afwijs”, zegt Dupieux. „Het is maar een woord, zoals absurdisme. Dat klonk twintig jaar geleden cool, nu betekent het weinig.” Maar hoe omschrijf je anders Dupieux’ film Rubber (2010), over een autoband die aan het seriemoorden slaat? Wrong (2012), over een liefdadige sekte die huisdieren ontvoert? Of Mandibules (2019), waar twee scharrelcriminelen een reuzenvlieg opleiden tot bankrover?

Je kan tegenwoordig rekenen op één Dupieux per jaar. Hij schrijft ze zelf, regisseert ze, monteert ze, doet vaak de muziek en soms ook de camera. Maar een workaholic is hij niet, verzekert hij. Wat scheelt: hij is geen perfectionist. Bevalt het script hem, dan gaat hij er niet nog eens vier maanden aan schaven. Hij vertrouwt zijn instinct. „En perfectie is stomvervelend.”

Sterker nog: Dupieux legt zichzelf graag beperkingen op. Zijn eerste muziekalbum, Analog Worm Attack uit 1999, was elektro zonder digitale hulpmiddelen. Bij zijn tweede album vermeed hij juist analoge instrumenten. Incroyable mais vrai schoot hij door een oude, half kapotte filmlens, niet alles is even scherp. Toch vindt hij dat mooier dan digitale supercamera’s die elke puist of porie uitvergroten.

Dupieux steekt vrij weinig tijd in de voorbereiding, hij ziet wel wat er gebeurt op de filmset. Hij hecht aan zijn dialogen, maar is geen control freak. Dupieux: „Ik zie wel wat de acteurs verzinnen en monteer intussen de film in mijn hoofd. Er is dan wel vaak een moment dat ik weet: zo moet het. Ik ben niet van de briljante visuele invallen, maar wel een heel goede editor, zowel in muziek als film. Bij montage van scènes en dialogen vind ik mijn ritme, mijn flow.”

Flat Eric

Dupieux brak door als dj Mr. Oizo. Hij groeide op in Parijs, monteerde als jongen al filmpjes op VHS-tape, kocht op zijn 19de zijn eerste synthesizer. Techno-pionier Laurent Garnier ontdekte hem toen hij een auto bij Dupieux senior kocht. Hij tekende bij Garniers label FCom, maakte videoclips en brak in 1999 wereldwijd door met de clubtrack Flat Beat. Flat Eric, de gele Muppet uit Dupieux’ begeleidende videoclip, ging viraal en werd de mascotte van spijkerbroekenmerk Levi’s.

Zijn filmdoorbraak liet tien jaar langer op zich wachten. Na het probeersel Nonfilm in 2001 – Dupieux telt dat niet mee in zijn filmoeuvre – draaide zijn debuut Steak in 2007 uit op een flop. Dupieux: „Steak had een groot budget en een enorm populair komisch duo, Eric en Ramzy. Zij maakten alleen hitfilms – tot ze mij tegenkwamen. We hadden enorme lol, maar de nasleep was vervelend. Niemand stak nog geld in mij.”

Tot zijn producer twee ton in de VS vond voor de horrorfilm Rubber, met in de hoofdrol een moordlustige autoband. Het werd een cult-favoriet in 2010. Dupieux: „Met zo’n bedrag is het al een overwinning om je film af te krijgen zonder je heel diep te schamen. Ik had een piepkleine crew, twaalf draaidagen in de woestijn en een goedkoop, nieuw type digitale camera. Printte je het beeld uit op 35-mmfilm dan kreeg je de textuur van een jarenzeventighorrorfilm. Waanzinnig, dat was mijn oude liefde. Als puber huurde ik Texas Chainsaw Massacre soms twee, drie keer per maand.”

Dupieux bleef in Californië absurdistische pareltjes filmen. Réalité sloot in 2014 die ‘Amerikaanse periode’ af: een mindfuck over filmmaken waarbij de realiteit zelf in een spiegelpaleis verdwaalt. Terug in Frankrijk werden zijn films compacter en toegankelijker. Al stelt Dupieux in Le Figaro dat personage Alain in Incroyable mais vrai in feite zijn eerste personage is waarmee kijkers zich kunnen identificeren: mild, relativerend, een beetje lui. Een „wolkje menselijk parfum” dat garandeert dat je deze film „niet als een gesloten delirium ervaart”.


Lees hier de recensie van ‘Incroyable mais vrai’

iPenis

Waar zijn bizarre ideeën vandaan komen? Ze zijn nooit het uitgangspunt van een script, dat zijn de acteurs, de personages. „Ik wilde bij Incroyable gewoon weer met acteur Alain Chabat werken, we zijn dol op elkaar.” Dus verzon hij een situatie en liet hem praten; de associaties volgen dan vanzelf. Zo bracht de tunnel van de eeuwige jeugd automatisch de iPenis van Gérard voort. „Altijd een stijve kunnen produceren is voor een man op leeftijd net zoiets als altijd jong blijven voor een vrouw.” Maar wat tijdens het schrijven in zijn hoofd gebeurt, is Dupieux een raadsel. „Ik ga daar niet over. Een script schrijft zichzelf. Ik ben van tevoren ook heel benieuwd.”

Dat klinkt bijna als het ‘automatische schrijven’ van de surrealisten dat het onderbewustzijn van de schrijver blootlegt. Wat zijn films over hem onthullen? Interessante vraag, zegt Dupieux, en laat een opvallend lange stilte vallen. „De personages niet zoveel, denk ik. Ik ben zelf niet zozeer uit op een elektronische lul.” Dus deze film is geen reflectie op zijn eigen midlifecrisis? Dupieux: „Mmm, dat zou wel zo simpel zijn.”

Over wat zijn werk wel betekent, weidt hij niet graag uit. Actrice Léa Drucker wees hem op de set op de link tussen Incroyable mais vrai en Oscar Wildes The Picture of Dorian Gray. „Dan denk ik: verhip! Zoals ik laatst dacht: het personage Marie met haar rotte appel is Sneeuwwitje! Maar in de regel ga ik pas nadenken als critici me op analogieën wijzen. Dan denk ik: Zo! Ik kan er best wat van.”

Lees verder…….