Op het Tata Steel Festival gaan werknemers en klimaatactivisten in gesprek: ‘Ik zie geen toekomst voor de fabriek’

Reportage

Vergroening Twee uitersten uit het klimaatdebat kwamen zaterdagmiddag samen voor een unieke paneldiscussie op het hoofdkantoor van Tata Steel. „We hebben hetzelfde doel, we doen het alleen op een andere manier.”

Na afloop gingen verschillende panelleden nog in gesprek met aanwezigen. Rechts Jelle Zijlstra van Greenpeace met een werknemer van Tata Steel (in oranje).
Na afloop gingen verschillende panelleden nog in gesprek met aanwezigen. Rechts Jelle Zijlstra van Greenpeace met een werknemer van Tata Steel (in oranje). Foto Olivier Middendorp

Na een kwartier wil Jelle Zijlstra toch even „de knuppel in het hoenderhok gooien”. De Greenpeace-activist is bij Tata Steel al een kwartier in gesprek met twee jonge werknemers van de staalfabriek. Het is al gegaan over de vraag of iedereen wakker ligt van klimaatverandering, over hoe de twee jonge werknemers van het bedrijf werken aan verduurzaming.

„Ik neem aan dat we ook allemaal de conclusies van het RIVM van gisteren hebben gezien”, zegt Zijlstra (35). „Er is een te voeren strijd op het gebied van klimaat, maar ook omwonenden hebben enorm last van de fabriek.” Hoe ziet Jamilla den Haan (26), trainee bij Tata Steel dat, vraagt de moderator. „Dit raakt mij ook enorm”, zegt ze. „En ik denk dat ik een gevaarlijk antwoord ga geven: er is tijd nodig.”

Zaterdagmiddag vond in een zaal in het kantoor van Tata Steel in IJmuiden een opmerkelijke ontmoeting plaats. Een dag nadat het RIVM voor het eerst expliciet een verband vaststelde tussen gezondheidsschade en een grotere kans op kanker enerzijds, en de uitstoot van de staalfabriek anderzijds, gingen Tata-trainees Jamilla den Haan en Laurence Griffioen (27) in gesprek met activist Zijlstra en Extinction Rebellion-lid Niels Moek (30).

Het initiatief voor het unieke panelgesprek, inclusief externe moderator, kwam van Tata Steel (ca. 9.000 werknemers). Greenpeace brak in augustus in op het terrein van de staalfabriek om actie te voeren tegen het bedrijf dat verantwoordelijk is voor 7 procent van de totale nationale CO2-uitstoot. Extinction Rebellion (XR) blokkeerde diezelfde maand de poorten van het terrein. Of de actiegroepen ook een keer in gesprek wilden, was de vraag van de fabriek.

Dat willen ze, en dus zijn twee vertegenwoordigers deze zaterdagmiddag afgereisd naar het „hol van de leeuw”, zoals Zijlstra het van tevoren op Instagram schertsend noemde. Het gesprek maakt deel uit van het Tata Steel Festival: de jaarlijkse open dag van de fabriek, met draaimolens, foodtrucks, bustoers én een rondwandelende mascotte in de vorm van een rol staal. Maar óók met veel beveiliging die tassen checkt, en serieuze programma-onderdelen. Waarin de twee uitersten uit het klimaatdebat samenkomen – en ook goed duidelijk wordt hoever ze uit elkaar liggen.

Van links naar rechts: moderator Nuria Zantman van Stichting Urgent, Laurence Griffioen van Tata Steel, Jelle Zijlstra van Greenpeace, Jamilla den Haan van Tata Steel en Niels Moek van Extinction Rebellion. Foto Olivier Middendorp

Griffioen en Den Haan van Tata Steel beginnen met vertellen waarom ze bij de staalfabriek werken. Eigenlijk juist omdat die zoveel uitstoot, zegt Den Haan. „Als je hier een verschil maakt, maak je echt een verschil.” Ze heeft al gewerkt aan verschillende ‘procesoptimalisaties’, waarbij de CO2-uitstoot volgens haar is teruggedrongen.

De twee twintigers zeggen beiden expliciet aan verduurzaming te willen werken omdat ze zich ook zorgen maken over het klimaat. In het traineeship sleutelen ze ook mee aan de plannen om de fabriek te verbouwen en in 2030 40 procent minder CO2 uit te stoten, door staal te maken op basis van waterstof. En ze zijn betrokken bij meerdere groene initiatieven, bijvoorbeeld op het gebied van elektrisch leaserijden en plasticgebruik. „We hebben hetzelfde doel, we doen het alleen op een andere manier”, zegt Griffioen, verwijzend naar de twee activisten.

Dit wordt uiteindelijk een van de hoofdthema’s van het gesprek: kan je beter bij een grote uitstoter gaan werken, of van buitenaf de druk opvoeren? Beide kanten benadrukken het begrip dat ze voor elkaars beleving hebben, maar de verschillen zijn glashelder. Zijlstra en Moek vinden dat de fabriek veel te langzaam gaat. „Bij de elektrische leaseauto’s zit de winst niet”, zegt Zijlstra. XR is voor een sluiting van heel Tata Steel en Greenpeace voor sluiting van de vervuilende cokesfabrieken.

En ja, ze vinden dat ze daar van buitenaf de meeste invloed op kunnen uitoefenen. Zijlstra: „De media staan vol met Tata Steel, iedereen weet dat dit de grootste uitstoter van Nederland is. Zonder activisme was dat nooit bereikt.”

Moek van XR wijst erop dat binnen in een bedrijf nooit de vraag opgeworpen zal worden of sluiting misschien het beste plan is. „Het bedrijfsbelang blijft dan meespelen.” Een lagere CO2-uitstoot in 2030 vindt hij „too little, too late”. „We zitten in een noodtoestand. De moordenaar loopt los rond. En eigenlijk zeggen we: we gaan nog even wachten.”

Als Zijlstra van Greenpeace het heeft over een tactiek van tijdrekken, zegt Griffioen: „Het doet pijn dat jullie dit zeggen.” Ze benadrukt dat er op de duurzaamheidsafdeling keihard gewerkt wordt, en dat het ombouwen van een fabriek nu eenmaal tijd kost én dat staal nodig zal blijven. Griffioen geeft het voorbeeld van de waterzuivering van een toekomstige groene-staal-installatie waar ze aan heeft gewerkt. Dat moet je allemaal heel goed uitzoeken om straks aan de vergunning te kunnen voldoen, zegt ze.

Sceptische blikken

In de zaal zitten enkele tientallen toeschouwers, onder wie veel Tata-werknemers – met hun gezinnen de belangrijkste bezoekersgroep van het festival. Aan de rand leunen drie mannen met FNV-hesjes met sceptische blikken op een tafel. Als er de gelegenheid is om vragen te stellen, komen die: wacht de regio geen scenario als bij de Limburgse mijnen bij een sluiting? En welke werkgelegenheid blijft er nog over als ook Schiphol dichtgaat en „de boeren weg moeten”?

Een werknemer van Tata Steel, in oranje FNV-hesje, stelt een vraag aan het panel. Foto Olivier Middendorp

Zijlstra zegt dat er in theorie genoeg banen in de regio beschikbaar zijn, en „wil jullie vragen je een wereld voor te stellen waarin mensen niet 14 keer per jaar naar het buitenland vliegen en ons vlees niet uit megastallen komt”. Maar hij erkent ook: „Ja, het zou een emotioneel verlies zijn.” Moek: „Er zijn hier zoveel belangen en er is zoveel opgebouwd.”

Tegen het einde zegt Den Haan van Tata Steel dat ze het goed vindt dat actiegroepen een fabriek er nog eens extra op wijzen dat er iets moet veranderen, ook al weet Tata Steel dat zelf ook. De moderator wil nog van Greenpeace en XR weten of ze ruimte zien voor samenwerking. Alleen bij „serieus commitment”, zegt Zijlstra van Greenpeace, dat hij nu nog niet ziet.

Lees ook: Hoe ze bij Tata Steel sleutelen aan de mega-operatie die maar één keer goed kan gaan

Moek van XR denkt even na en zegt dan: „Nee. We zitten in een noodtoestand. Ik zie geen toekomst voor de fabriek.”

Lees verder…….