Nederlandse gasbeurs onder vuur vanwege speculanten

Gasmarkt De gasprijs op de Title Transfer Facility (TTF), de belangrijkste marktplaats voor gas in Europa, zou opgedreven worden door speculanten. De Europese Commissie wil ingrijpen.



Illustraties Lynne Brouwer, foto’s Getty Images

„Schuldig aan de hoge energieprijzen.” „Het Amsterdamse systeem moet worden ingetoomd.” „Vrij spel voor speculanten.” Uit Zuid-Europese landen als Italië klonk de afgelopen tijd scherpe kritiek op de Nederlandse marktplaats voor gas, de zogeheten Title Transfer Facility (TTF). Binnen Europa is dit de belangrijkste gasbeurs: de prijzen die er tot stand komen werken door in de gasprijzen elders in de EU, mede omdat contracten daar de TTF-prijs vaak als basis hebben.


Lees ook: Brussel brengt met ongekende voorstellen een prijsplafond voor energie steeds dichterbij

Maar die prijs is volgens critici sinds de Oekraïne-oorlog niet meer representatief voor de situatie in hun landen. Daar is minder schaarste dan in Noordwest-Europa, omdat er veel (vloeibaar) gas binnenkomt uit andere landen dan Rusland. Toch zijn de prijzen er eveneens torenhoog. Erger nog: de TTF-prijs zou door speculanten verder de lucht in worden gedreven, waardoor bedrijven en huishoudens onnodig met torenhoge rekeningen zitten. Nederland, als gastheer van de beurs, zou van de bedrijvigheid profiteren.

Dinsdag kwam de Europese Commissie met nieuwe maatregelen om de energiecrisis te lijf te gaan, en met een aantal daarvan lijkt Brussel de kritiek te delen. Zo wil de Commissie dat er snel een ‘prijscorrectiemechanisme’ komt waarmee „extreme volatiliteit, scherpe prijsstijgingen en speculatie” tijdelijk kunnen worden voorkomen. Voor de langere termijn moet er een nieuwe ‘referentieprijs’ komen naast de TTF-prijs, die „eerlijker” zou zijn. Zit er een kern van waarheid in de kritiek?

Belangrijkste Europese gasbeurs

Voor veel mensen is de TTF-beurs een onbekend fenomeen. Maar het is verreweg de belangrijkste Europese gasbeurs: als het om verhandelde hoeveelheden gaat is hij meer dan twee keer zo groot als alle andere concurrerende beurzen in het VK, België, Frankrijk en Duitsland tezamen.

De TTF-prijzen werken op meerdere manieren door in prijzen in andere landen. Omdat ze als referentie worden gebruikt in contracten, maar ook omdat producenten vanwege de hoge prijzen op de TTF-beurs het liefst dáár hun gas aanbieden, en niet ergens anders. Dat leidt tot druk op de prijzen in die markten.

De marktplaats werd in 2003 opgericht door Gasunie, mede omdat de EU toen juist aandrong op liberalisering van de Europese energiemarkt. Tot die tijd was er één partij die gas in Nederland verhandelde, Gasunie. Met meer partijen die gas verhandelden zou automatisch een ‘eerlijkere’ prijs ontstaan, was het idee.

In 2013 werd de beurs overgenomen door de Intercontinental Exchange (ICE), een Amerikaanse financiële reus die wereldwijd marktplaatsen exploiteert, waaronder de New York Stock Exchange, en die in handen is van zakenbanken zoals JP Morgan en vermogensbeheerders als Blackrock.

In de jaren daarna groeide de beurs ongekend hard verder. Afgelopen jaar werd er bijna 113 keer meer gas verhandeld dan Nederland in twaalf maanden verbruikt, blijkt uit cijfers van Gasunie – een record. Op de beurs zijn tegenwoordig meer dan 160 partijen actief. Ook een record.

Dat zijn óók partijen die weinig interesse hebben in het fysieke gas. De lijst op de site van exploitant ICE wemelt van de zakenbanken, hedgefondsen, durfinvesteerders en private-equitybedrijven van over de hele wereld. Zij zitten er vooral om geld met de handel te verdienen, bevestigt directielid Britta van Boven van Gasunie Transport Services. Deze partijen zien gascontracten als „financieel product”. Ze kopen ze, om ze vervolgens weer met – hopelijk – winst door te verkopen.

De verhandelde volumes zijn inmiddels een factor 92 groter dan de fysieke hoeveelheid gas die door het netwerk stroomt. Gas wisselt voor het bij ‘eindgebruikers’ zoals bedrijven en huishoudens komt soms wel „honderd keer van hand”, aldus Van Boven. Dat is volgens haar positief, want bij meer handel volgen in theorie efficiëntere prijzen.

Maar volgens energie-expert Cyril Widdershoven toont het ook dat „er gespeculeerd wordt”. Dat heeft een versterkend effect op de prijsschommelingen. „Het merendeel van de handelaren werkt met algoritmes. Als er eentje na nieuws over bijvoorbeeld een lek in de Nord Stream-pijpleiding snel een grote order plaatst, om te profiteren van verwachte prijsstijgingen, gaan algoritmes van andere handelaren vaak ook automatisch over tot aankoop. Dan krijg je verdere prijsstijgingen die niet altijd op vraag en aanbod gebaseerd zijn.”

Nederland verdient niets aan het verhandelen van het gas

Rustiger vaarwater

Een woordvoerder van het ministerie van Economische Zaken beaamt dat er signalen zijn van speculatie op de gasmarkt. De beurs lijkt inmiddels wel weer in rustiger vaarwater te komen. Anders dan zuidelijke landen suggereren, verdient Nederland niets aan het verhandelen van het gas, zegt de woordvoerder. Ook Gasunie verdient niets als het gas dat door hun leidingen stroomt van eigenaar wisselt. Alleen het daadwerkelijke transport van het gas levert iets op. De beurshandel is vooral een inkomstenbron voor ICE. In 2020 ontving het beursbedrijf 23 miljoen euro aan transactievergoedingen.

Nederland, zo blijkt uit een ‘non-paper’ die het in Brussel heeft verspreid, erkent dat Zuid-Europese landen onnodig last hebben van de TTF-prijs. Den Haag zegt open te staan voor een alternatieve referentieprijs naast de TTF-prijs. Maar over fundamenteler ingrijpen op de energiemarkt via het prijscorrectiemechanisme lijkt het minder enthousiast. Dat is het tegenovergestelde van wat Brussel eerder beoogde met de liberalisering. Bovendien kan het producenten doen besluiten hun gas op markten buiten Europa aan te bieden, en dat maakt de schaarste alleen maar erger. Gasunie denkt er net zo over.

Juist de geliberaliseerde markt werkt over het algemeen zeer goed, klinkt het. Eerder, ten tijde van ruim aanbod, waren de prijzen juist heel laag. De aanwezigheid van speculanten kan ook goed zijn voor de markten, zegt de AFM in een schriftelijke reactie. Zij durven risico’s te dragen die andere (energie)bedrijven liever kwijt zijn. Zo verschaffen ze „liquiditeit” en beperken ze prijsschommelingen ook weer.

Lees verder…….