Nederlands mannenteam blijft de handbalwereld verrassen bij het EK, maar ze willen meer

EK handbal Voor het eerst staan de Nederlandse handballers op het EK in de tweede ronde. Ook het spel valt op, met veel tempo en beweging.

De Nederlandse handballers vieren hun eerste zege in de hoofdronde van het EK, zaterdag tegen Montenegro (34-30).
De Nederlandse handballers vieren hun eerste zege in de hoofdronde van het EK, zaterdag tegen Montenegro (34-30).

Foto Bernadett Szabo/Reuters

Het zou sowieso een uitdaging met hoofdletters worden, de EK-wedstrijd van het Nederlands handbalteam tegen Denemarken op maandag. De Denen zijn regerend wereldkampioen en waren finalist tijdens de Olympische Spelen afgelopen zomer in Tokio. Op het Europees kampioenschap in Hongarije en Slowakije is het team na vijf duels nog altijd ongeslagen, een nieuwe titel lonkt. Een bonuswedstrijd, dat zeker, voor de inmiddels gehavende Nederlandse handbalselectie, die voor het eerst in de geschiedenis de tweede ronde op een EK haalde. „De eerste oogst”, zegt technisch directeur Sjors Röttger van het Nederlands Handbal Verbond (NHV). „Maar we willen meer.”

Het treffen met Denemarken moet topscorer van het toernooi Kay Smits ongelukkigerwijs aan zich voorbij laten gaan. Met twee andere spelers testte hij na de gewonnen wedstrijd tegen Montenegro (34-30) van zaterdagavond positief op het coronavirus. Het Nederlands team kan na bijna twee weken een ‘isolatieteam’ samenstellen; inclusief trainer, want ook bondscoach Erlingur Richardsson, een IJslander, bleek in de afgelopen dagen besmet. De selectie verandert per dag. Nieuwe, soms onervaren spelers, worden ingevlogen. „Het is een Covid-EK geworden”, zegt Röttger.

Nieuwe besmettingsronde

Toch klinkt er zelden een onvertogen woord uit het Nederlandse kamp, ook niet na weer een nieuwe besmettingsronde. Het is tekenend voor een team dat zijn grootste succes eigenlijk al heeft behaald. Door twee knappe overwinningen, op Hongarije en Portugal, en een krappe nederlaag tegen IJsland eindigde Nederland verrassend als tweede in groep B.

„Het is heel mooi om te zien dat de jongens dit nu bereiken”, zegt oud-international Tim Remer. Twee jaar geleden was hij er nog bij, toen Nederland debuteerde op het EK. Het Nederlands team kwam destijds niet verder dan een overwinning op Letland, Duitsland en Spanje waren in de groep veel sterker. Remer stopte aan het eind van dat seizoen met handbal en volgt nu de prestaties van zijn oud-teamgenoten vanuit de woonkamer. „Je ziet dat iedereen zich in de twee jaar daarna verder ontwikkeld heeft”, zegt hij.

De verrassing zit niet alleen in plaatsing voor de volgende ronde, maar ook in het spel van Nederland zelf. Veel van de toplanden in het handbal gaan uit van kracht, brengen het liefst hun fysiek sterkste spelers in een-tegen-een-situaties en hopen zo te scoren. „Dat is meer een statisch spel”, zegt Henk Groener, voormalig bondscoach van de Nederlandse handbalsters en nu bondscoach van de Duitse vrouwen. Mooi handbal noemt hij het, wat Nederland dit EK tot nog toe heeft laten zien. Veel tempo en veel bewegende spelers. „Dat maakt het aantrekkelijk om naar te kijken”, vindt Groener.

Volgens technisch directeur Röttger gaat de verandering in spelopvatting al langer terug. Om het beginpunt van het huidige succes te duiden, verwijst hij naar de handbalvisie die hij kort na de eeuwwisseling met anderen voor de handbalbond uitwerkte. „Voor die tijd waren we veel aan het kopiëren wat de toplanden deden. Wij hebben toen gezegd: we moeten gaan verrassen. Daarin zit onze kracht.”

Vlug en vaardig

Maar, zegt Röttger, daar is wel een bepaald type spelers voor nodig. Die heeft de nationale mannenploeg nu onder anderen in de persoon van spelverdeler Luc Steins, met 1,72 meter een van de kleinere spelers in het mannenhandbal. Vlug, verrassend en vaardig met de bal. „Bijna ongrijpbaar voor zijn tegenstander”, zegt Röttger.

De 26-jarige Steins, die speelt bij de Franse topclub Paris Saint-Germain, zet in het Nederlands team de lijnen uit en is een vaste waarde in het aanvalsplan van bondscoach Richardsson. De IJslander heeft sinds 2017 de leiding over de mannenploeg en gaat, in lijn met de visie van de bond, uit van de kwaliteiten in zijn selectie.

„We kregen op een gegeven moment wat andere type spelers erbij”, vertelt Remer over zijn tijd bij de nationale ploeg. Minder fysiek, meer behendigheid. „De bondscoach heeft toen heel duidelijk gemaakt hoe hij wilde spelen. Een systeem met veel loopacties en veel beweging. De tegenstander moest niet kunnen achterhalen wat wij van plan waren.”

De Nederlandse handballers, met keeper Thijs van Leeuwen (blauw shirt), na de overwinning op Montenegro, zaterdag in Boedapest.
Foto Tamas Kovacs/AP

Maar om toplanden het hoofd te kunnen bieden, is ook een bepaald minimumniveau nodig in de selectie. Doordat meer spelers in kwalitatief betere competities in het buitenland actief zijn, is het algehele niveau van de Nederlandse selectie in korte tijd omhooggegaan. „Veel spelers in de basisopstelling tijdens het EK hebben nu ervaring in de hoog aangeschreven Duitse Bundesliga”, zegt Groener. „Steeds meer jongens die daar net achter zitten, spelen ook in het buitenland. Daar kunnen anderen zich weer aan optrekken.”

Toch valt in de breedte volgens Remer, nu coach van het eerste vrouwenteam van HV SVBO uit Emmen, nog winst te behalen. Tegen olympisch kampioen Frankrijk werd afgelopen donderdag duidelijk wat er echt nodig is om ook van dat soort landen te winnen. „Die hebben op elke positie minstens twee spelers die top zijn”, zegt Remer.

Meters maken

Mede daarom zijn juist de EK-wedstrijden die de Nederlandse handballers in Hongarije spelen van belang, vindt Röttger. „Je moet meters maken als team, wedstrijden spelen tegen tegenstanders die weer net iets beter zijn. Stap voor stap omhoog.” Hij ziet zelfs een voordeel in het aantal positieve coronatests in de selectie. „Nu doen ook andere, vaak jongere spelers al ervaring op een eindtoernooi op.”

Dat de handballers er juist op het EK in slagen om zich voor de hoofdronde te plaatsen is extra knap, vindt Röttger. „Het olympisch toernooi is eigenlijk het makkelijkst, daarna het WK”, zegt hij. Omdat Europa verreweg het sterkste handbalcontinent is, is het EK automatisch het sterkst bezette toernooi.

En het succes heeft nog een voordeel. Door het spel en de resultaten tot dusverre bij dit EK krijgt Nederland meer status in de handbalwereld. „We gaan nu uitgenodigd worden voor wedstrijden”, denkt Röttger. „Iedereen wil nu tegen ons spelen.”

Lees verder…….