Kolencentrales uitzetten is ineens erg duur

Klimaatbeleid De overheid moet zeker 1,5 miljard euro vergoeden aan drie kolencentrales, berekende NRC. Door de CO2-reductie mogen zij minder draaien. De daaraan verbonden kosten vallen erg tegen.

De Onyx-kolencentrale op de Maasvlakte blijft toch open.
De Onyx-kolencentrale op de Maasvlakte blijft toch open.

Foto Peter Hilz

Als je goedkoop van je CO2-uitstoot af wilt, moet je bij de kolencentrales zijn. Dat was jarenlang een vaste waarheid in de Nederlandse klimaatdiscussie. Maar nu de belangrijkste maatregelen tegen kolenstook van kracht zijn geworden, blijken de kosten voor de samenleving veel hoger dan voorzien. Het kabinet hangt een tegenvaller van meer dan een miljard euro boven het hoofd.

Een regeling om de stroomproductie van drie kolencentrales een paar jaar te beperken, blijkt naar schatting vijf keer zo duur als gedacht. De totale kosten bedragen minstens 1,5 miljard euro, blijkt uit onderzoek van NRC.

Noch de eigenaren van de centrales, noch het ministerie van Economische Zaken en Klimaat wil de bedragen bevestigen. Er volgen nog financiële onderhandelingen, zeggen alle partijen. Maar bronnen rond die onderhandelingen suggereren dat het aangevraagde bedrag eerder boven de genoemde som ligt, dan eronder.

De hoge kosten worden vooral veroorzaakt door de uitzonderlijk gunstige marktomstandigheden voor kolencentrales. De hoge kosten van aardgas drijven de elektriciteitsprijs in Europa op, terwijl steenkool als grondstof nog betaalbaar is. „Dit soort winstmarges hebben we nog nooit gezien”, zegt directeur Jean-Paul Harreman van het internationale energie-dataplatform EnAppSys, dat berekeningen maakte voor NRC.

Maar analisten wijzen er ook op dat het ministerie van EZK een groot risico genomen heeft met de manier waarop de vergoeding wordt berekend. Die rekenmethode houdt weinig rekening met de mogelijkheid van sterke prijspieken, terwijl de huidige gespannen energiemarkt heel volatiel is. „Dit is zó riskant”, zegt directeur Arjun Flora van de Britse energie-denktank IEEFA erover.

Urgenda-maatregelen

Dit verhaal begon twee jaar geleden, middenin de coronacrisis. In april 2020 kondigde EZK, toen nog onder aanvoering van minister Eric Wiebes (VVD), nieuwe maatregelen aan vanwege het Urgenda-vonnis.

Twee kabinetten-Rutte hadden het nemen van afdoende klimaatmaatregelen, iets wat voor 2020 moest gebeuren, tot het uiterste uitgesteld. Het ingrijpendste waartoe Wiebes wel besloot, was de sluiting van de Hemwegcentrale, een oude kolencentrale in Amsterdam, eind 2019. Daarvoor kreeg eigenaar Vattenfall 52,5 miljoen euro compensatie.

Nadat de stichting Urgenda in december 2019 ook door de Hoge Raad in het gelijk was gesteld, kon Wiebes niet anders dan nieuwe maatregelen aankondigen die snel zouden zorgen voor veel CO2-reductie. Dus greep hij in bij de nieuwe kolencentrales.

De drie centrales, twee in de Rotterdamse haven en een in de Groningse Eemshaven, waren in 2015 en 2016 in bedrijf gesteld. Samen zorgen ze jaarlijks voor 8 à 10 miljoen ton CO2-uitstoot, ofwel 5 procent van de landelijke uitstoot van broeikasgassen.

‘Niet meer levensvatbaar’

Die centrales inperken, of zelfs sluiten, gold als een zeer goedkope manier om die uitstoot te verminderen. Nederland heeft meer elektriciteitscentrales dan noodzakelijk is voor de energievoorziening. Als kolencentrales minder elektriciteit produceren, kunnen aardgascentrales én de groeiende aantallen wind- en zonneparken voldoende stroom leveren.

En dat tegen beperkte kosten, omdat aardgas aan het eind van het vorige decennium steeds goedkoper werd. Kolencentrales in heel Europa konden het niet bijbenen en stonden vaker uit dan aan.

De Londense analist Arjun Flora berekende in april 2021 met denktanks Somo en Ember dat de drie centrales nauwelijks nog boekwaarde hadden. De centrales zijn „economisch niet meer levensvatbaar”, concludeerden ze. De centrales mochten in die tijd blij zijn als ze 1 cent winst maakten op elke kilowattuur stroom die ze produceren. Meestal was die dark spread (vaktaal voor de winstmarge van een kolencentrale) minder, of helemaal niks.

In Den Haag hing dezelfde sfeer. Eén centrale, die van Onyx in Rotterdam, koos ervoor om vanwege Urgenda vrijwillig te sluiten, voor een rijkssubsidie van ruim 200 miljoen euro. Voor de andere centrales besloot het kabinet de CO2-uitstoot wettelijk te beperken tot 35 procent.

Dat leek niet alleen effectief (het scheelt jaarlijks bijna 5 miljoen ton CO2) maar ook goedkoop. Op basis van de marktsituatie die gold vlak voor de maatregel in werking trad, zou de winstderving van de centrales voor drie jaar vooruit bepaald worden.

Er werd „altijd gestreefd naar een benadering die zo actueel mogelijk is en het daadwerkelijk geleden nadeel becijfert”, verklaart het ministerie van EZK nu. Dat leek een detail toen, aan het eind van de zomer, de rekenmethode eindelijk op tafel lag. Kolencentrales draaiden al sinds 2019 niet best en dat leek zo te blijven.

Extreme energiemarkt

Tot die herfst van 2021, waarin de energiemarkt op zijn kop kwam te staan. De wereldeconomie begon sterk te groeien, Rusland beperkte zijn uitvoer naar het Westen en in Europa ontstond een tekort aan aardgas. Ondergrondse gasopslagen waren slecht gevuld. Aardgas werd duur.


Lees ook over hoe de wereld nu teruggrijpt op steenkool: Liever vieze elektriciteit dan geen elektriciteit

Stroom ook. Elektriciteit kostte op de groothandelsmarkt aan het begin van 2021 nog geen 5 cent per kWh. De prijs was in september al verdubbeld en is sindsdien met horten en stoten verder gestegen, zeker nadat de oorlog in Oekraïne uitbrak.

Door het dure gas profiteren vooral de kolencentrales van die hogere stroomprijzen. Een winstmarge van 1 cent per kilowattuur, zoals vroeger? Vorige week bedroeg die al 16 cent.

In deze marktomstandigheden was op een bierviltje uit te rekenen dat het Duitse Onyx zou besluiten om zijn kolencentrale in Rotterdam toch open te houden, zoals klimaatminister Rob Jetten (D66) donderdag „zeer teleurgesteld” aankondigde. De 200 miljoen euro subsidie die EZK voor sluiting zou betalen, kan een volop draaiende kolencentrale momenteel in een paar maanden verdienen.

Volop draaien mag niet, vanwege de productiebeperking tot 35 procent. Maar de compensatie voor de kolencentrales die daar voor Onyx, RWE en Uniper tegenover staat, is veel lucratiever geworden – of, vanuit de belastingbetaler beschouwd, kostbaarder – dan EZK een jaar geleden nog incalculeerde.

In de huidige stroommarkt lijkt de prijsontwikkeling op de Himalaya: de dalen zijn hoog, de pieken heel hoog. Wat wil het toeval: vlak voor publicatie van de wet voor de productiebeperking in het Staatsblad, op 22 december 2021, was de winstmarge voor kolencentrales extreem. Meer dan 20 cent winst per kilowattuur – dat hadden de centrales nog nooit meegemaakt.

„Het lag aan de Fransen”, zegt directeur Jean-Paul Harreman van EnAppSys. „De prijsverwachtingen piekten omdat Frankrijk technische problemen aankondigde met een aantal kernreactoren.” Het nieuws zorgde voor een voorbijgaande prijspiek waar de drie Duitse energiebedrijven nog de komende jaren van profiteren.

Arjun Flora in Londen vindt dat het ministerie van EZK het niet handig heeft aangepakt. „Bad luck. Ze dachten dat ze voorzichtig waren, maar het resultaat is een gegarandeerde hoge vergoeding. Niemand heeft blijkbaar overwogen om een maximum aan de compensatie te stellen.”

Onderhandelingen

Het ministerie van EZK meldt desgevraagd dat het de Tweede Kamer „richting eind april” wil informeren over de aangevraagde bedragen. Of het ministerie uiteindelijk inderdaad 1,5 miljard euro of meer over zal maken aan de drie Duitse eigenaren, moet nog blijken. Ongetwijfeld volgen er nog lange onderhandelingen over de aangevraagde vergoedingen.

Maar in de Kamerbrief van donderdag staat tussen de regels dat er nog iets fundamentelers kan gaan schuiven. Minister Jetten wil het met de Tweede Kamer niet alleen hebben over die vergoedingen, hij betrekt daarbij „het Urgenda-vonnis en de zorgen over leveringszekerheid van gas en elektriciteit in het licht van de situatie in Oekraïne”.

Je voelt hoe de huidige situatie politiek knelt. Kolencentrales stilleggen is veel duurder dan verwacht, de aardgasvoorziening staat op het spel en de CO2-uitstoot moet veel verder naar beneden. „Ik ga me beraden”, schrijft de klimaatminister.

Lees verder…….