Israëlische kunstenaars houden deuren paviljoen Biënnale van Venetië gesloten uit protest

Het Israëlische paviljoen op de zestigste editie van de Biënnale van Venetië, een belangrijke internationale kunstexpositie, zal de deuren gesloten houden als protest tegen de oorlog tussen Israël en Hamas. Dat schrijft The New York Times. Officieel begint de tentoonstelling pas op 20 april, maar dinsdag werden journalisten al toegelaten.

Op de deuren van het gebouw waarin Israëlische kunstenaars hun werk tentoonstellen, hangt een poster met daarop de tekst: „De kunstenaars en curatoren van het Israëlische paviljoen zullen de tentoonstelling openen wanneer er een staakt-het-vuren en een overeenkomst voor de vrijlating van gijzelaars is bereikt”. Tegen de Amerikaanse krant zegt één van de Israëlische kunstenaars dat de oorlog in Gaza „vele malen belangrijker is” dan de kans die jonge kunstenaars krijgen door hun werk in Venetië tentoon te stellen. Het niet openen van het nationale paviljoen is volgens haar „de enige optie”.

Op de Biënnale van Venetië presenteren dit jaar kunstenaars uit bijna negentig landen hun werk. De tentoonstelling duurt een halfjaar en bestaat uit 88 verschillende paviljoenen: voor ieder land één. Het is wereldwijd een van de grootste kunstevenementen van het jaar. In februari ondertekenden nog 19.000 kunstenaars, curatoren en andere ingewijden een open brief aan de organisatie van de Biënnale: Zij riepen op Israël te weren van de tentoonstelling. De organisatie liet het verzet links liggen. De Italiaanse minister van Cultuur, Gennaro Sangiuliano, zei destijds dat Israël het recht heeft om „zijn kunst uit te drukken, juist op een moment waarop het meedogenloos is getroffen door terroristen”, daarmee verwijst hij naar de aanval van Hamas op 7 oktober.

Lees ook Israëlisch paviljoen op kunstbeurs Biënnale blijft uit protest tegen oorlog gesloten