In de gewapende anarchie van Oost-Congo waant geen burger zich nog veilig

Op gitzwarte vulkanische grond rond de regionale hoofdstad Goma reden in hun junglegroene pantserwagens de opperbevelhebbers van alweer een nieuwe interventiemacht in Oost-Congo eind februari naar het nabijgelegen Sake. Ze hadden er een succesje te vieren. Vanaf de andere kant van de berghellingen had M23, een door Rwanda gesteunde rebellengroep, wekenlang Sake beschoten en Goma bedreigd. In tegenstelling tot eerdere buitenlandse soldaten in Congo drong de nieuwe vredesmacht M23 echter terug. Maar de rebellengroep kwam daarop elders in actie en opende afgelopen week een ander front, zeventig kilometer ten noorden van Goma bij het stadje Nyanzale. De hamvraag is nu: zullen deze bevelhebbers een groot offensief tegen M23 beginnen?

Het lijkt een eindeloze oorlog in Oost-Congo en het is er een komen en gaan van buitenlandse militairen die er een einde aan willen maken. De drieduizend verse soldaten komen goeddeels uit Zuid-Afrika, en uit Malawi en Tanzania. Elders in het gebied zijn inmiddels soldaten van de dertienduizend man sterke VN-vredesmacht begonnen hun biezen te pakken; eind dit jaar zullen ze zijn vertrokken. In december was een Oost-Afrikaanse troepenmacht na nauwelijks een jaar alweer vertrokken. Het lijkt een onontkoombaar lot van buitenlandse interventies in de Democratische Republiek Congo: ze mislukken en de veiligheid verslechtert verder. Meer dan de helft van de provincie Noord-Kivu is nu in handen van M23. Daar waar de VN en de Oost-Afrikaanse militairen confrontatie uit de weg gingen en deals sloten, moet de nieuwe vredesmacht uit zuidelijk Afrika de confrontatie aangaan. Dat is precies wat de Congolese president Félix Tshisekedi wil, maar daardoor doemt er wel een groter regionaal conflict op met Rwanda.

Zeven miljoen ontheemden

De spanningen lopen snel op, enkele diplomatieke bijeenkomsten ten spijt, zoals op de onlangs afgesloten top van de Afrikaanse Unie in Addis Abeba. In de eerste weken van hun detachering kwamen al vier Zuid-Afrikanen om, er vielen bommen op de universiteit en luchthaven van Goma, vredestroepen kwamen onder vuur en Amerika en Frankrijk riepen Rwanda op troepen en luchtafweergeschut uit Congo terug te trekken. Rwanda, dat altijd zijn betrokkenheid bij M23 heeft ontkend, waarschuwt voor „een dramatische militaire concentratie” van het Congolese leger met als doel M23 en Congolese Tutsi’s naar buurlanden te verdrijven. In de afgelopen dagen ontvluchtten tienduizenden Congolezen hun huizen of karige onderkomens in ontheemdenkampen voor de escalerende gevechten waarbij steeds zwaardere wapens worden ingezet op burgerdoelen; het totaal aan ontheemden in Congo bedraagt nu zeven miljoen burgers.

Het begin van de grootschalige onveiligheid dateert van na de genocide in Rwanda in 1994, toen een miljoen Rwandezen neerstreken in Oost-Congo. Hoewel Congo dunbevolkt is, groeide er tribale competitie. Bewoners begonnen zich te bewapenen en enkele rebellengroepen nestelden zich in het diepe groen rond de vulkanen. Er opereren inmiddels tientallen gewapende groepen, volgens sommige schattingen zelfs meer dan honderd, die gebruikmaken van de overvloed aan makkelijk te ontginnen grondstoffen, zoals goud. M23 beheerst een groot deel van het grondgebied van Masisi waar het strategische erts coltan wordt gewonnen.

Lees ook Congo’s rijkdom aan grondstoffen is een zegen en een vloek

Verkiezingsposters in de Congolese hoofdstad Kinshasa.

In het palet van opstandige groepen spelen er twee een hoofdrol: de Geallieerde Democratische strijdkrachten (ADF) en M23. De uiterst brute ADF vormt vermoedelijk de grootste bedreiging voor de bevolking, en M23 voor het regeringsleger. De ADF onderhoudt relaties met IS, M23 met Rwanda.

„M23 is het best georganiseerd”, zegt een inwoner van de regionale hoofdstad Goma. „Ze bezetten gebieden, installeren hun eigen bestuur en innen belastingen. Voor het ADF is iedere burger doelwit.”

Rwandese inmenging

De grote buitenlandse boosdoener, in de ogen van president Felix Tshisekedi, is Rwanda. De in december met een nieuw mandaat gekozen president vergeleek zijn Rwandese collega Paul Kagame met Hitler. M23, dat beschikt over artillerie en drones, heeft het aanzien van een modern goed opgeleid leger, in tegenstelling tot de andere groepen in de regio, die meer weg hebben van een ongeregeld zooitje. Volgens inlichtingen van de VN en de VS voegen Rwandese regeringssoldaten zich regelmatig aan de zijde van M23 bij de gevechten. M23 zegt de Tutsi’s in Congo te beschermen, dezelfde bevolkingsgroep waaruit het bewind van Paul Kagame in Rwanda is voortgekomen. Het nam in 2012 kortstondig Goma in. De M23-soldaten, veelal Tutsi’s, eisen te worden opgenomen in het Congolese leger. Tshisekedi ziet M23 louter als handlanger van Rwanda, weigert met de groep te praten en werkt samen met een kleine rebellengroep die het bewind van Kagame omver wil werpen.

Hoofdprobleem blijft het ineffectieve regeringsleger, dat profiteert van de grondstoffenbonanza in het oosten

„We voelen ons afgesloten van de buitenwereld”, klaagt een inwoner van Goma. Alle drie de toegangswegen naar de stad van twee miljoen inwoners leiden naar rebellengebied. „Na de strijd bij Sake trokken alweer grote aantallen ontheemden de stad binnen, er is nauwelijks meer ruimte voor hen. En de voedselprijzen schieten omhoog, want niet alleen M23 maar ook andere rebellengroepen houden vrachtwagens met voedselgewassen aan om hun belasting te heffen.”

Europese huurlingen

De regering zet burgerwachten en buitenlandse huurlingen in tegen M23. „Om de verdediging van het land te versterken hebben we reservestrijdkrachten opgezet, de Wazalendo”, verdedigde Thsisekedi tijdens een verkiezingsbijeenkomst in Goma in december zijn povere resultaten om de veiligheid in het oosten te verbeteren.

Mensen verzamelen zich rond Zuid-Afrikaanse militaire voertuigen in Oost-Congo.
Foto Aubin Mukoni/AFP

Behalve deze burgerstrijdkrachten kwamen er ook tientallen Europese huurlingen, private militaire ondernemers in het idioom van de overheid, aan de zijde van het regeringsleger vechten. Hoofdprobleem blijft echter het ineffectieve regeringsleger, waarover Tshisekedi weinig controle heeft en dat ook profiteert van de grondstoffenbonanza in het oosten, net als Rwanda en Oeganda dat doen. In deze gewapende anarchie waant geen burger zich meer veilig.

„Rwanda is met Oeganda de hoofdverantwoordelijke voor de huidige crisis”, oordeelt oppositiepoliticus Espoir Ngalukiye in Goma „maar dat neemt de verantwoordelijkheid niet weg van de Congolese autoriteiten. Het uitbesteden van de veiligheid aan buitenlandse troepen is geen oplossing. Congo moet investeren in zijn eigen veiligheid door een sterk leger op te bouwen. Alleen dat kan de angst voor verovering van Goma onder bewoners wegnemen.”