Huidige bis-periode wordt toch niet verlengd

Bis-periode Anders dan algemeen verwacht werd, zal staatssecretaris Uslu de huidige bis-periode niet verlengen. Wel wordt de aanvraagronde voor 2025-2028 vereenvoudigd, om de sector rust te gunnen.

Staatssecretaris Cultuur en Media Gunay Uslu.
Staatssecretaris Cultuur en Media Gunay Uslu.

Foto Koen van Weel/ ANP

De subsidieperiode voor de culturele basisinfrastructuur van vier jaar (2020-2024) wordt niet verlengd, ook al had de Raad voor Cultuur dat in twee opeenvolgende adviezen aangeraden. Volgens de Raad heeft de sector rust nodig om te herstellen van de coronaperiode en om na te denken over hervorming van het stelsel.

Verlenging van de bis-periode was juridisch en bestuurlijk te ingewikkeld, schreef staatssecretaris Gunay Uslu donderdag aan de kamer. Ook omdat het voor andere subsidieverleners die belangrijk bijdragen aan de culturele infrastructuur zoals de gemeenten, lastig of zelfs onmogelijk bleek om hun vierjarige subsidie-periode ook te verlengen. „Omdat ik zeer hecht aan een goed samenspel tussen de verschillende overheden, heb ik ook dit aspect mee laten wegen”, schrijft Uslu.

Uslu wil de gewenste rust nu bieden door een relatief eenvoudige aanvraagronde te hanteren voor de komende, reguliere bis-periode van 2025-2028. De eenvoud zit erin dat de zogeheten ‘functies’ niet veranderen: er is subsidie voor dezelfde soorten culturele organisaties als in 2020-2024; evenveel orkesten, balletgezelschappen, toneelgezelschappen enzovoort. Ook wil Uslu samen met de Raad de aanvraagprocedure vereenvoudigen. Gezelschappen die in de bis willen komen zullen dus wel gewoon een aanvraag moeten indienen. Daardoor zijn er ook de komende bis-periode kansen voor nieuwkomers – een van de kritiekpunten op de mogelijke verlenging was dat die geen kans kregen, terwijl ze net zo veel hebben geleden onder de coronaproblemen.


Lees ook het interview met voorzitter van de Raad voor Cultuur Kristel Baele: ‘Geef de cultuursector meer tijd om te herstellen’

Dominant instellingsdenken

Uslu schrijft aan de kamer dat ze de komende maanden zal gebruiken om de herziening van het stelsel voor te bereiden die ze al eerder had aangekondigd. Naar verwachting midden volgend jaar zal de Raad voor Cultuur advies uitbrengen over de stelselherziening. De staatssecretaris wil onder meer advies over de vraag of een grote landelijke basisinfrastructuur nog wel past bij hoe nieuwe makers werken. Die zijn vaak minder en losser georganiseerd, schrijft Uslu. „Daarom wil ik met medebestuurders en de rijkscultuurfondsen op zoek naar een passende steun voor nieuwe ontwikkelingen.”

Uslu schrijft aan de kamer dat ze een aantal verbeteringen al wil doorvoeren bij de aanvraagronde 2025-2028. In de brief zegt ze daarover: „Ik verwacht dat de bis-instellingen zich stevig zullen positioneren, met goede cultuureducatie, begeleiding van jong talent, solidariteit, toegankelijk participatiebeleid en inzet op diversiteit en inclusie.”

De kunstenbond is teleurgesteld over het besluit van Uslu. „Het stelsel ademt conservatisme en dominant instellingsdenken”, schrijft Peter van den Bunder in een reactie. „Fair practice en fair pay dulden geen uitstel, die moeten als harde voorwaarden worden opgenomen en nageleefd per 1 januari 2025.”


Lees ook: Kunstenbond begint een rechtszaak tegen de staat

Lees verder…….