Hof: Rabobank had boer die een miljoen bijleende moeten waarschuwen voor strengere uitstootregels

Rabobank had een melkveehouder die in 2014 met geld van de bank zijn stallen uitbreidde in aanloop naar de afschaffing van het melkquotum, moeten waarschuwen dat er mogelijk nieuwe productiebeperkende maatregelen zouden komen. Dat stelt het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in een tussenarrest, in een zaak die de ondernemer tegen de bank heeft aangespannen.

Het boerenbedrijf leende in 2014 ruim 1,1 miljoen euro extra van de bank. Dat geld was bedoeld voor een forse uitbreiding: van 110 melkkoeien en 114 kalveren zou het bedrijf gaan groeien naar 199 koeien, 141 kalveren en 39 fokstieren. Dankzij de afschaffing van het melkquotum per 1 april 2015 zou de boer zijn hogere melkproductie onbeperkt op de markt kunnen aanbieden. Niet voor niets werd die datum door land- en tuinbouworganisatie LTO omschreven als „D-day”.

Fosfaatrechten

Omdat boeren na de afschaffing van het quotum overal in Nederland meer melk gingen produceren, ging ook de uitstoot van fosfaat en stikstof razendsnel omhoog. Het kabinet besloot daarom nog in 2015 tot een nieuwe beperkende maatregel: de invoering van ‘fosfaatrechten’. Boeren mochten vanaf 2018 niet méér fosfaat uitstoten dan ze in de zomer van 2015 hadden gedaan. Oftewel: het aantal melkkoeien kon toch niet verder omhoog.

Volgens de melkveehouder die de zaak tegen Rabobank aanspande, had de bank hem hiervoor moeten waarschuwen. Zijn grotere stallen waren pas in december 2015 afgebouwd, en bleven door de invoering van het fosfaatrechtenstelsel grotendeels ongebruikt. Intussen zat de ondernemer wel met veel hogere financiële lasten. Hij eist daarom een schadevergoeding van minimaal 250.000 euro. De bank zou haar zorgplicht geschonden hebben door hem niet te wijzen op het risico van nieuwe regelgeving.

In het donderdag gepubliceerde tussenarrest geeft het Hof de ondernemer hierin gelijk. De bank bevestigde tijdens de rechtszaak dat ze ongeveer 80 procent van de Nederlandse melkveehouders als klant heeft. De ondernemer „mocht er mede gezien deze positie van uitgaan dat Rabobank zich […] op de hoogte hield van de relevante ontwikkelingen binnen de Food & Agri sector, waaronder de (mogelijke) ontwikkelingen op wetgevingsgebied”, aldus het Hof.

Volgens het Hof was voor de betrokken Rabo-bankiers ook duidelijk dat de boer zelf niet overzag dat er na de afschaffing van het melkquotum mogelijk nieuwe beperkende regels ingevoerd zouden worden. De bank had de zorgplicht om de ondernemer „te beschermen tegen een mogelijk gebrek aan inzicht”.

Rabobank krijgt van het Hof nu de gelegenheid aan te tonen dat de boer wel degelijk is gewezen op de risico’s bij het aangaan van de lening. De eerstvolgende zitting is waarschijnlijk in 2024.

Meer boeren procederen

Voor Rabobank kan de definitieve uitspraak in deze kwestie verstrekkende gevolgen hebben. Eind 2019 kondigde een groep van twaalf boeren aan Rabobank voor de rechter te slepen vanwege het financieren van uitbreidingen in aanloop naar de afschaffing van het melkquotum. Door de invoering van het fosfaatrechtenstelsel konden zij hun grotere stallen niet in gebruik nemen en bleven ze achter met een financiële strop. Rabobank wist dat er strengere uitstootregels zouden komen en had daarop moeten wijzen, vinden zij.

Het tussenarrest bij het Hof betreft een van deze zaken. De totale schade die de boeren bij de bank willen claimen loopt in de miljoenen euro’s. Dat is overigens slechts een fractie van de 2 miljard euro die Rabobank in totaal aan boeren uitleende om uit te breiden in aanloop naar de afschaffing van het melkquotum.

Olivier van Hardenbroek, advocaat van de betrokken ondernemers, spreekt van een „baanbrekend” tussenarrest. „Voor het eerst is nu vastgesteld dat Rabobank intern al rekening hield met mogelijke productiebeperkingen. Dat hebben ze niet met hun klanten gecommuniceerd. Aan deze leningen zat een hoger risicoprofiel dan de boeren dachten.”

In vier zaken bij de rechtbank kregen de betrokken boeren tot nu toe te horen dat de bank haar zorgplicht juist niet geschonden had. In totaal lopen er op dit moment nog drie zaken van individuele boeren in hoger beroep. Daarnaast hebben nog twaalf boeren de bank aansprakelijk gesteld voor de geleden schade. Van Hardenbroek: „Zij wachten af wat er uit de lopende zaken komt, maar zullen waarschijnlijk ook gaan procederen.”

Rabobank wilde niet reageren op vragen, omdat de zaak nog onder de rechter is.