Het blijft gissen naar de datum van een eerste ECB-renteverlaging

Zo vaak hoor je dat centrale bankiers niet zeggen: „Ik ben irrelevant”. Toch kwamen die woorden donderdag uit de mond van Christine Lagarde, president van de Europese Centrale Bank, tijdens haar persconferentie na een ECB-bestuursvergadering in Frankfurt.

Ze reageerde op een vraag van de pers naar een recent intern medewerkersonderzoek naar haar functioneren, opgezet door de vakbond van de ECB. In de enquête zegt meer dan de helft van de respondenten haar functioneren als „gebrekkig” tot „zeer gebrekkig” te beschouwen. Veel respondenten steunen het monetaire beleid onder haar leiding niet. Lagarde zou daarnaast autoritair zijn en ze zou de ECB gebruiken voor haar persoonlijke carrière.

De ECB heeft ruim 4.000 ECB-medewerkers gemeten in fte en krap 5.100 als je deeltijders en trainees meerekent. Aan de enquête namen 1.100 mensen deel. Aan de officiële medewerkersonderzoeken die de ECB houdt, doet meer dan 60 procent mee, zei Lagarde. En daaruit blijkt telkens dat mensen heel trots zijn om voor de ECB te werken.

En zijzelf? „Wat mij betreft ben ik irrelevant”, zei ze, „zolang ik erin slaag deze instelling vol getalenteerde mensen goed te leiden”. Verder zei ze „trots” te zijn op het ECB-personeel.

Het valt de komende tijd te bezien of de interne kritiek op Lagarde aanhoudt. De vakbond, IPSO, is binnen de ECB-toren omstreden en wordt door veel medewerkers niet gesteund. Binnen de 26-koppige bestuursraad van de ECB geniet de Française juist respect, omdat ze er goed in slaagt de bestuursleden uit 20 landen op één lijn te houden – iets waarin haar voorganger, de Italiaan Mario Draghi, minder sterk was.

„Irrelevant” klinkt uit de mond van de ambitieuze Lagarde als zorgvuldig ingestudeerde bescheidenheid. Want als bij elke persconferentie was de aandacht van menig belegger en financieel journalist op háár gericht.

De vraag die de financiële markten bezighoudt: wanneer verlaagt de door Lagarde aangevoerde centrale bank de rente?

Sinds medio 2022 schroefde de ECB de rente fors op, om de inflatie te temmen. Het ophogen van de rente is de klassieke methode voor centrale banken om dat te doen. Hoe hoger de rente, hoe duurder het is voor consumenten en bedrijven om geld te lenen, wat de economische activiteit drukt. Dit moet de prijsstijgingen indammen. Het belangrijkste ECB-rentetarief, de depositorente voor banken, ging van minus 0,5 procent in juli 2022 naar 4 procent nu.

Inmiddels is de inflatie in de eurozone, die piekte op 10,6 procent op jaarbasis in oktober 2022, gedaald naar krap 3 procent. Het inflatiedoel van de ECB, 2 procent, is in zicht. Vandaar dat de eerste renteverlaging sinds lange tijd hét thema is op de financiële markten.

Maar wanneer gaat dat gebeuren? Veel beleggers gingen tot voor kort uit van een spoedige ECB-renteverlaging, in april of zelfs in maart al. Vooruitlopend daarop daalde sinds afgelopen herfst de rente op de kapitaalmarkten al, met in het kielzog daarvan de hypotheekrentes, zoals huizenkopers in Nederland hebben gemerkt aan dalende tarieven.

Voorzichtig

Maar de ECB is voorzichtig en duwde de voorbije weken actief de verwachtingen van beleggers terug – en Lagarde deed dat donderdag weer, zij het zachtjes. Eerst moet blijken dat die 2 procent ook écht wordt gehaald en ook dat de inflatie „duurzaam” op dat niveau blijft, zei Lagarde. Daarvoor heeft de ECB meer „data” nodig, zo herhaalde ze telkens, onder meer over de loonstijgingen, die de afgelopen tijd een belangrijke bron van inflatie vormden. Want hoe hoger de loonkosten van werkgevers, hoe hoger ook vaak de productprijzen.

Beleggers, en ook financieel journalisten, zijn minder bezig met data dan met een datum. Wanneer komt die renteverlaging dan wél? Lagarde noemde laatst tijdens de conferentie van het World Economic Forum in Davos een renteverlaging in de zomer „waarschijnlijk”. Dat zou duiden op juni, op zijn vroegst.

Donderdag zei ze dat ze bij deze woorden blijft – maar niet alle marktpartijen bleken daarvan onder de indruk. ABN Amro en ING volgen Lagarde: beide banken noemden donderdagmiddag de ECB-vergadering van juni als vroegste moment van een renteverlaging. Maar onder meer Deutsche Bank en valutaspecialist Monex Europe hielden na de persconferentie vast aan april. Zij denken dat de inflatie en de economische groei rapper zullen dalen dan de ECB zelf nu verwacht, waardoor de rente ook sneller zal moeten gaan dalen.

Lees ook Kan de Europese economie de Amerikaanse nog wel bijhouden?

Bouwterrein in het Noord-Duitse Dithmarschen, waar de Zweedse <strong>batterijmaker Northvolt </strong>een fabriek gaat neerzetten – met door Brussel goedgekeurde staatssteun, om tegenwicht te kunnen bieden aan de concurrentie met China.