Geen straf voor klimaatactivisten die zich vastlijmden aan ‘Meisje met de parel’

Het gerechtshof in Den Haag legt geen straf op aan de drie klimaatactivisten die zich in 2022 vastlijmden aan de glasplaat voor het beroemde schilderij Meisje met de parel van Johannes Vermeer in het Mauritshuis. Het hof laat maandag weten dat een straf „in beginsel” op zijn plaats is, maar toch niet wordt opgelegd om geen andere mensen te ontmoedigen die met een protestactie hun mening willen geven.

Dat is opmerkelijk, omdat de drie Belgische mannen in eerste aanleg bij een supersnelrechtzitting wel veroordeeld waren tot twee maanden celstraf, waarvan één voorwaardelijk. „Het hof is van oordeel dat het strafrechtelijk ingrijpen niet zó ingrijpend mag zijn dat het een ontmoedigende werking (‘chilling effect’) heeft op mensen die van hun recht op vrijheid van meningsuiting en vrijheid van vreedzame vergadering gebruik willen maken in het kader van een protestactie”, stelt het hof. Bovendien hebben de mannen al in voorlopige hechtenis gezeten. Het gerechtshof achtte een verdere gevangenisstraf daarom „te ingrijpend”.

Lees ook ‘Ik word boos op die mensen, niet op klimaatverandering’: dit vinden bezoekers van klimaatactivisme in musea

De actie bij het<strong><em> Meisje met de parel </em></strong>in het Mauritshuis, hier op archiefbeeld, hield museumbezoekers dit weekend bezig.

‘Zijn jullie boos? Goed.’

Bij de actie in oktober 2022 lijmden twee mannen zich vast aan het schilderij. Een van hen gooide een rode vloeistof over het meesterwerk en riep in het Engels klimaatactivistische leuzen tegen de overige museumbezoekers: „Hoe voelen jullie je iets moois en onbetaalbaars voor jullie ogen verwoest zien worden?” Daarmee doelde de man op het schilderij. „Zijn jullie boos? Goed.” Vervolgens vroeg hij waar de boosheid bleef over de vernietiging van de planeet. De derde persoon filmde het tafereel. De activisten zijn lid van de actiegroep Just Stop Oil, die vaker substanties over beroemde schilderijen gooit om aandacht voor klimaatbeleid te vragen.

Bij de actie in Den Haag werden de glasplaat en de lijst van het schilderij beschadigd. Het werk werd voor een paar dagen uit het Mauritshuis weggehaald, maar het doek zelf bleek na onderzoek onbeschadigd. Het hof stelt dat de drie activisten er „heel veel aan hebben gedaan om ervoor te zorgen dat het doek van het schilderij niet zou worden beschadigd”. Dit pleit in het voordeel van de drie, redeneert het hof. Ondanks dat de actie een „onnodige en onaanvaardbare inbreuk [heeft] gemaakt op de rechten en belangen van anderen”, ziet het hof niks in een veroordeling, omdat het recht op vrijheid van meningsuiting en vrijheid van vreedzame vergadering zwaarder wegen dan de verstoring die de actie met zich meebracht.

Wouter Hins, emeritus hoogleraar mediarecht aan de Universiteit Leiden, noemt het besluit van het hof tegenover NRC „verstandig”. Hij benadrukt dat de waarschuwing van het hof niet betekent „dat de verdachte in de toekomst zich precies weer zo mag gedragen”. Hins: „Zijn handelen [van de klimaatactivisten] wordt immers als strafbaar gekwalificeerd. Een stevige straf zou anderen echter kunnen afschrikken die niet de strafwet overtreden.”