De gretigheid straalt van United Ukrainian Ballet’s ‘Giselle’ af

Recensie


Theater

Première Direct na het begin van de oorlog in Oekraïne initieerde ballerina Igone de Jongh een dansgezelschap voor gevluchte Oekraïense dansers. De eerste productie is een fraaie ‘Giselle’, ingestudeerd door topchoreograaf Alexei Ratmansky – voormalig directeur van het Bolsjoj Ballet.

Het United Ukrainian Ballet in de tweede akte van ‘Giselle’ van choreograaf Alexei Ratmansky.
Het United Ukrainian Ballet in de tweede akte van ‘Giselle’ van choreograaf Alexei Ratmansky.

Foto Altin Kaftira

Ingestoken in de programmaflyer van het ballet Giselle zit een extra velletje met in drievoud de tekst van het Oekraïense volkslied: in Oekraïens schrift, getranscribeerd en vertaald. Het komt dan ook niet als een verrassing dat het heroïsche lied dinsdagavond na afloop van de voorstelling wordt gezongen door de voltallige cast van het United Ukrainian Ballet. Uit volle borst, hand op het hart, met volle overtuiging.

Met dat slotakkoord onderstreept het jonge gezelschap nog eens de grote symbolische betekenis van deze eerste, officiële (Nederlandse) première. In luttele maanden is in Den Haag, op initiatief van danseres Igone de Jongh en Matthijs Bongertman van Senf Theaterpartners een trainingscentrum opgezet voor gevluchte Oekraïense dansers. Het Birmingham Royal Ballet leende kosteloos decor en kostuums uit en topchoreograaf Alexei Ratmansky, die zelf alle banden met Rusland verbrak na de inval in Oekraïne, paste zijn Bolsjoj-versie aan voor de overwegend piepjonge dansers. Hun blijdschap om weer op het toneel te kunnen staan en, belangrijker misschien wel, hun land te kunnen vertegenwoordigen is tot boven in Theater Carré voelbaar.

Elizaveta Gogidze als Giselle en Alexis Tuttunique als Albrecht in Giselle.
Foto Altin Kaftira

Dramatische ingrepen

Die gretigheid (een extra waarderingsbal waard) maakt de uitvoering van het overbekende ballet over het door een edelman bedrogen boerenmeisje Giselle, oorspronkelijk uit 1841, plezierig om naar te kijken, al zou het nodige aangemerkt kunnen worden op het algehele niveau. Maar dat is hier ondergeschikt aan de symbolische waarde. Voor ballettomanen zijn de choreografie en regie van Ratmansky interessant om te zien. Niet zozeer de vereenvoudigingen die hij voor de Oekraïners aanbracht, maar vooral de dramatische ingrepen die hij op basis van diepgaand archiefonderzoek heeft gedaan. Daardoor ligt zijn versie dichter bij de oerversie dan veel andere Giselles – waarschijnlijk dan; in de overlevering van klassiek ballet is alles multi-interpretabel.

Net als Rachel Beaujean, die de jongste Nederlandse Giselle ensceneerde, houdt Ratmansky de uitgebreide klassieke, deels goed leesbare balletmime in de eerste akte in ere. De negentiende-eeuwse passen in sommige vrouwendansen ogen voor 21ste-eeuwse ogen een tikje koddig, maar in de tweede akte zijn ontdekkingen te doen, bijvoorbeeld een gerestaureerde dans voor het geestenensemble. Mooi is het einde. Vaak blijft graaf Albrecht ontroostbaar achter, maar hier wijst de geest van Giselle, gestorven aan een gebroken hart, haar bedriegende minnaar de weg naar zijn toekomst: die ligt bij zijn adellijke verloofde.

Als Giselle (de dramatische Elizaveta Gogidze) en Albrecht (Alexis Tuttunique) bij het applaus opkomen met een Oekraïense vlag, stapt ook het publiek uit zijn romantische droom om een donderende ovatie te geven.


Lees ook de reportage: Nieuw United Ukrainian Ballet wil géén Zwanenmeer dansen

Lees verder…….