Column | Nederland, ooit de gierige boekhouder, wordt nu de Europese spelverdeler

In Europa

In Europa

De Franse president Emmanuel Macron hield deze week een grote Europalezing in Den Haag, voor het Nexus-instituut, 75 jaar na het grote Europacongres in Den Haag waar Winston Churchill bezielend sprak over de „Verenigde Staten van Europa”.

Er kwamen veel jongeren op af. Jongeren snakken naar een groter verhaal over Europa. Een verhaal met visie, met filosofische diepgang, met vergezichten. Daarvoor moet je bij Macron zijn – zie ook zijn speech aan de Sorbonne in 2017. Maar wat deed de grote Franse orator in Den Haag? Hij sprak over industriebeleid, economische onafhankelijkheid, wederkerigheid en samenwerking. „Het was wat beleidsmatig”, zei Dylan Ahern, een van de Kiesmannen die met theatervoorstellingen probeert jongeren bij de politiek en Europa te betrekken, in de podcast Café Europa. „Het was niet het grote romantische verhaal over democratie en cultuur, wat velen misschien verwacht of gehoopt hadden.”

Comme ça change. Nederlanders, voor wie premier Ruttes uitspraak dat je voor Europese vergezichten „naar de oogarts moet” jarenlang de horizon was, willen nu een bezielend verhaal over Europa. En de Franse visionaire president houdt een haast Hollandse, pragmatische toespraak – „Geen zorgen, ik ga jullie geen college geven over Spinoza.” Waarom gebeurt dit? Simpel: Macron heeft Nederland nodig, dat steeds invloedrijker wordt in Europa.

De wereld verandert. Frankrijk en Duitsland, de twee groten in het hart van de Europese politiek, moeten daarom grote, nieuwe noten kraken – defensie, energie, klimaat, begroting – maar liggen inhoudelijk mijlenver uiteen. Intussen worden Noord-Europa, Midden-Europa én Zuid-Europa, onder dreiging van buiten, steeds assertiever in Brussel.

Dus zoekt Frankrijk een matchmaker. Een land waarmee het op een aantal terreinen zaken kan doen. Een land, ook, dat goede betrekkingen heeft met Duitsland en veel andere lidstaten, en kan helpen Berlijn wat te masseren. Dat land is Nederland. Macrons pragmatische speech was niet alleen een uitdrukking van zijn vertwijfeling over de Franse positie in Europa, maar ook een erkenning van het toegenomen gewicht van Nederland in Europa.

Een paar weken geleden wees oud-minister Tom de Bruijn er in de Nederlandse ambassade in Parijs nog eens op wat voor ongelooflijk parcours Nederland sinds de jaren vijftig in Europa heeft afgelegd. Le Grand Continent publiceerde daar een bewerking van. De Bruijn, die jarenlang Nederlands permanente vertegenwoordiger (ambassadeur) was bij de Europese Unie, schrijft dat Nederland in het naoorlogse Europa grofweg door drie fasen is gegaan: een ideologische fase van midden jaren vijftig (na een sceptisch begin) tot 2000, een fase van ontgoocheling tussen 2000 en 2016, en de huidige fase, die begon in 2016 en wordt gekenmerkt door een hernieuwd geloof in de Europese integratie – maar „minder ideologisch en meer pragmatisch” dan voorheen.

Brexit markeerde de Nederlandse revival in Europa. Den Haag besefte dat een Nexit veel ruïneuzer zou zijn dan Brexit: anders dan het VK doet Nederland wél aan de euro, Schengen en justitiesamenwerking mee. Ook het presidentschap van Trump, de annexatie van de Krim, het neerschieten van de MH17 en de economische dwang van China overtuigden Den Haag dat het beter af was in de EU dan erbuiten.

Maar zonder ruggesteun van de machtige liberale Britten in Brussel moest Nederland op een andere manier tegenwicht bieden tegen het dominante Frankrijk en Duitsland. Het ging midden op de Frans-Duitse as zitten en intensiveerde de samenwerking met beide landen. Tegelijkertijd bouwde het coalities met anderen. Nederlandse diplomaten en politici waaieren uit over heel Europa. Nederland is een enorme netwerker. Een spin in het Europese web.

De oorlog in Oekraïne en de kans op weer een rabiate Republikeinse president in Amerika dwingen Europa om taaie nieuwe thema’s te tackelen. Tussen Duitsland en Frankrijk gaat alles moeizaam. Zo verdiept Duitsland de transatlantische relaties, ook militair, terwijl Frankrijk weigert om ‘slaafs’ achter de Amerikanen aan te lopen. Beiden trekken nu aan Nederland. Ook daarom deed Macron ditmaal zo pragmatisch.

Zo glijdt Nederland, eens de gierige boekhouder die constant op de rem stond in Brussel, in een rol van Europese spelverdeler. Wie had dat tien jaar geleden gedacht.

Caroline de Gruyter schrijft wekelijks over politiek en Europa.

Lees verder…….