Column | Een tongzoen? Waar?Hun tongen houden ze bij zich

Kunst hanteert dwingende codes voor heikele momenten, iedereen kent ze. Een kus met onderling lipcontact suggereert seksualiteit. Een traan langs een wang is huilen. Wel zo duidelijk voor het publiek. Maar codes zijn er om stuk te gooien, weet Joyce Roodnat.

Joyce Roodnat

Op 15 januari 1954 plaatste The New York Times een foto van de zojuist getrouwde Marilyn Monroe en Joe DiMaggio. Een dag later was de fotoredacteur zijn baan kwijt. Monroes open mond op het door hem geselecteerde dubbelportret suggereerde een tongzoen en dat kón niet.

Een tongzoen? Waar? Marilyn lacht haar tanden bloot, terwijl Joe zijn lippen tuit om haar te kussen. Hun tongen houden ze bij zich. Maar de directie van de krant zag, verblind door Monroes imago, iets anders. Nou tongzoende ze nooit in haar films, de censuur verbood dat. Maar iedereen met een beetje zoenervaring dacht het er automatisch bij, en dat was precies de bedoeling. Een krant is geen film. Daar nekte de gebruikelijke bijgedachte de foto-redacteur.

Pasgetrouwd: Marilyn Monroe en Joe DiMaggio, 14 januari 1954. Foto AP

Films hanteren codes voor heikele momenten, iedereen kent ze. Een kus met onderling lipcontact suggereert seksualiteit. Een traan in een slakkenspoor langs een wang is filmsteno voor huilen. Ontzetting wordt verbeeld via een openvallende mond waar een hand voor wordt geslagen. Het is een tuttig gebaar, koket en kunstmatig. Maar het sprong over naar de werkelijkheid, inmiddels past menige geschokte mens het toe.

Niet alleen filmcodes spelen een potje pingpong met de werkelijkheid, de schilderkunst kan er ook wat van. De middeleeuwse mens leidde een hard bestaan en de kleine ijstijd was een kille ramp. Maar in het Noordbrabants Museum geloven we via de beroemde schilderijen van Pieter Brueghel dat het in de 16de eeuw een en al weldoorvoede boerenbruiloft was, afgewisseld met ijsvermaak. Brueghel schilderde er ook narigheid bij, een aanranding, iemand in een wak. Maar de code van warmhartigheid regeert.

In de prachtdocumentaire Mag ik je aanraken waarmee Tamar van den Dop het acteren in seksscènes fileert, vertellen acteurs hoe ze die doorgaans invullen volgens dwingende codes (zo zoen je, zo vrij je, zo verkracht je c.q. word je verkracht, etc.). Duidelijk voor regisseur en publiek, maar irreëel en oncomfortabel voor acteurs.

Lees ook de recensie van ‘Sweet Dreams’: Koortsdroom van het kolonialisme

Codes zijn er om stuk te gooien. De film Sweet Dreams is een onmiskenbaar goeie film over een Nederlandse plantersfamilie, maar menige geoefende toen-we-Indië-nog-hadden-filmkijker verslikt zich even. Ik ook. Aanvankelijk denk ik, maar zo deden die mensen toch niet? Die waren toch veel Haagser, veel stijver, veel hypocrieter? Decenter, uitgekookter, vileiner? Wacht, waarom denk ik dat? Ik wéét helemaal niet hoe ze waren. Ik dénk dat omdat het altijd zo gefilmd is, met de romans van Louis Couperus als leidraad. Gezegende romans, daar niet van. Maar laat hem los en je ziet de klasse van Sweet Dreams. Die film verbeeldt zich niet te tonen hoe het was, maar raakt wel aan de rot van het Nederlands-Indische kolonialisme op zijn laatste benen. De zwetende man op dat knarsende hobbelpaard van zijn illegale Indische halfbroertje? Dat is goena-goena op zijn Hollands. En pas op dat je er geen code van maakt, dat zou zonde zijn.

Lees verder…….