N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Recensie Muziek
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data99231974-8946f6.jpg)
Voor de Servische cellist Maja Bogdanovic is haar nieuwe album met Franse muziek een trip down memory lane. ‘De Zwaan’ uit het Carnaval des Animaux van Saint-Saëns herinnert haar aan de talloze zwanen langs de oevers van de Donau in Belgrado, waar ze opgroeide en als jong musicus droomde van een verblijf in Parijs. En dat laatste gebeurde daadwerkelijk toen ze als 16-jarige ging studeren aan het conservatorium in de Franse hoofdstad.
Twintig jaar woonde ze in Parijs en vatte een diepe liefde op voor de – vaak wat vergeten maar prachtige celloconcerten – uit de Franse traditie. Twee ervan zette Bogdanovic op haar nieuwe album. Stormachtig maar speels zet ze Saint-Saëns naar haar hand in zijn Eerste Celloconcert, dat in het tweede deel een schaduw vooruitwerpt naar het Carnaval des Animaux. Het gewezen wonderkind Saint-Saëns lijkt met zijn hele wezen te zoeken naar de grenzen en geheimen van de cello en – hoewel hij de speurtocht als vruchteloos afdeed – laat Bogdanovic horen hoeveel zangerigheid en uitdrukkingskracht zijn concert herbergt.
Het drie jaar na Saint-Saëns geschreven Celloconcert van Lalo is met al zijn uiteenlopende sferen en emoties ook een prachtig voertuig voor Bogdanovic’ expressieve aard, die alle ruimte krijgt van de Servische Radio Symfonie en dirigent Bojan Sudjic. Orkest en solist koesteren hun eigen karakter, durven die tegenover elkaar te zetten, en voelen feilloos het moment aan om te strijden of te versmelten. Daarmee scheppen beiden een regenboog aan emotionele kleuren en gemoedstoestanden.
