Beeldenstorm tegen de gehate monumenten voor het Rode Leger

Beeldenstorm De Russische inval in Oekraïne zet een sluimerend debat over oorlogsmonumenten in Midden-en Oost-Europa op scherp. De verering van het leger van de Sovjet-Unie stuit op groeiend verzet.

In de Estse grensplaats Narva werd deze week een replica van een T-34 tank uit WOII verwijderd.
In de Estse grensplaats Narva werd deze week een replica van een T-34 tank uit WOII verwijderd.

Foto Sergei Grits / AP

Het oorlogsmonument in Narva, op de grens van Estland en Rusland, is deze week ontmanteld. De replica van een Sovjet-tank uit de Tweede Wereldoorlog, geplaatst in 1970, is verhuisd naar het oorlogsmuseum in Viimsi, ten noorden van hoofdstad Tallinn. Premier Kaja Kallas motiveerde het regeringsbesluit als een kwestie van openbare orde: „We zullen Rusland niet toestaan het verleden te gebruiken om de rust in Estland te verstoren.” Vrij vertaald: we gaan een locatie waar onze aanzienlijke Russische minderheid samenkomt, opheffen.

De Russischtalige bevolking van Narva – 97 procent van de 60.000 inwoners – wilde het monument behouden, maar verzet bleef uit. In 2007 leidde verplaatsing van de Bronzen Soldaat, een ander Sovjet oorlogsmonument, van het centrum van Tallinn naar een begraafplaats tot dagenlange rellen waarbij 153 gewonden en één dode vielen. Voor het einde van het jaar wil de Estse regering alle monumenten die verwijzen naar de Sovjet-bezetting (1940-1991, inclusief de bezetting door nazi-Duitsland van 1941-1944) verwijderen uit de publieke ruimte.

De Russische inval in Oekraïne zet een lang sluimerend debat over Russische oorlogsmonumenten in Midden- en Oost-Europa op scherp. Het primaire argument van de Estse regering is het voorkomen van polarisatie binnen Estland – niet vreemd in een land waar een kwart van de 1,3 miljoen inwoners Russisch is. Tegelijk wijst de premier naar de oorlog. Kallas: „Dit besluit helpt ons om te richten op onze belangrijkste taken: het garanderen van Estlands veiligheid en alle burgers helpen om de crises te trotseren die worden veroorzaakt door de oorlog in Oekraïne.”

In 2009 ging het mis bij het opblazen van het Glory Memorial in Kutaisi, Georgië. Twee toeschouwers kwamen om. Het WOII-monument moest wijken voor een nieuw parlementsgebouw. Foto Tornike Turabelidze / Reuters

Heroïsche soldaten

De honderden monumenten die na de Tweede Wereldoorlog werden gebouwd om de overwinning van de Sovjet-Unie op nazi-Duitsland te vieren zorgen in voormalige Sovjet-republieken en de landen die binnen de Sovjet-invloedssfeer vielen al decennia voor ongemak. Dat ongemak wordt versterkt door de Russische aanval op Oekraïne. Vaak zijn de beelden gewijd aan het Rode Leger: ze tonen heroïsche soldaten in sociaal-realistische stijl. De bustes van Lenin en Stalin verdwenen al eerder naar schroothoop of beeldenpark, maar deze monumenten bleven intact.

Een nieuwe beeldenstorm komt nu op gang. In Polen werden in maart en april vier kleinere monumenten verwijderd. Een 80 meter hoge obelisk en grote bronzen beelden in het Overwinningspark in de Letse hoofdstad Riga worden binnenkort gesloopt. De discussie over verwijdering van de obelisk-met-soldaat in het centrum van de Bulgaarse hoofdstad Sofia is opnieuw opgelaaid. Lokale skaters draaien rondjes bij het van anti-Russische graffiti voorziene monument.

Sovjet-monument in Sofia, Bulgarije. De discussie over de sloop is weer opgelaaid. Foto Hristo Rusev / Getty Images

De omstreden oorlogsmonumenten staan ook in West-Europa, op plaatsen waar het Sovjet-leger heeft gevochten. Berlijn heeft drie Sovjet oorlogsmonumenten, waaronder het grote monument in Treptower Park om de 80.000 soldaten te herdenken die sneuvelden in de slag om Berlijn. In goudvergulde citaten bezingt Stalin de glorie van het Rode Leger. Jaarlijks op 9 mei komen duizenden mensen hier bijeen om Overwinningsdag te vieren. Wenen en Brest hebben grote monumenten. In het noorden van Noorwegen kijkt een Sovjet-soldaat over Kirkenes.

Waar West-Europa het Sovjetleger kan associëren met bevrijding, telt in Midden- en Oost-Europa primair de bezetting. Poetin toont zich geregeld ontstemd over het tornen aan de herdenking van Sovjet-martelaren. De overwinning in de Grote Patriottische Oorlog en de strijd tegen nazisme staan centraal in zijn wereldbeeld. Elke bekladding of verplaatsing van een oorlogsmonument kan rekenen op krachtige afkeuring uit het Kremlin. Zo’n daad geldt als een belediging van de strijd tegen het fascisme. Het digitaal geavanceerde Estland sloeg woensdag een cyberaanval uit Rusland af.

Geschiedenis wissen

Makkelijk is het niet, om ongewenste verering van het Sovjet-leger te stoppen. Bijvoorbeeld omdat veel monumenten zijn gebouwd rond oorlogsgraven, en in internationale verdragen is vastgelegd dat ‘gastlanden’ graven intact laten. Een andere complicatie is dat monumenten vaak onder de verantwoordelijkheid van lokale bestuurders vallen, die andere keuzes maken dan nationale overheden. In Estland zette de regering het stadsbestuur van Narva opzij.

En dan is er de vraag of omstreden geschiedenis wel moet worden gewist, analoog aan het debat over ‘koloniale’ standbeelden. Historici en erfgoedexperts neigen naar behoud met toelichting erbij.

Monument in het Overwinningspark in Riga, Letland. Het wordt binnenkort gesloopt. Foto Toms Kalnins / EPA

Voor West-Europeanen hebben de beelden toeristische waarde, weet men in de Baltische landen. Asnate Ziemele, voorzitter van de Letse brancheorganisatie voor toerisme, is deze week bij een tour langs militair erfgoed uit WOII en Koude Oorlog in Letland en Estland. Ziemele staat achter het Estse besluit. „We haten alle Sovjet-restanten. Ze herinneren ons aan vijftig jaar gevangenis. We moeten er zo snel mogelijk vanaf.”

Botst dat niet met de ambitie om toeristen te lokken naar overblijfselen uit de oorlog? „Dat is iets heel anders. Bunkers, versterkingen, dat is interessant. Maar het Sovjet-leger eren? Nee!” En is het niet pijnlijk dat West-Europeanen de Sovjet-erfenis, bijvoorbeeld beelden van Stalin, zo interessant vinden? „Ik begrijp best dat die beelden exotisch zijn als je de onderdrukking niet hebt ondervonden. Het is ver weg. Ik heb niets met Sovjet-souvenirs, maar ik hou van Che Guevara.”

Lees verder…….