Alexander Warenberg: ‘Als je speelt met goeie vrienden, wordt de muziek ook beter’

Cellist Alexander Warenberg, artist in residence van het Grachtenfestival in Amsterdam.


Foto Roger Cremers

Interview

Het Grachtenfestival volgens Alexander Warenberg Het cureren van zijn eigen concerten is cellist Alexander Warenberg (24), artist in residence van het Grachtenfestival, erg goed bevallen. Hij wil ‘pure’ klassieke recitals.

Als artist in residence is cellist Alexander Warenberg (24) in zeven concerten van het Grachtenfestival in Amsterdam te horen. De meeste van die concerten mocht hij helemaal naar eigen smaak inrichten.

Zijn oom speelt cello, zijn moeder piano, zijn zus zingt en zijn vader is violist in het Residentie Orkest. Als jong kind ging Warenberg al mee naar repetities. Hij weet nog dat hij vooral naar de cellisten zat te kijken. Hij zag een lekker groot instrument in een comfortabele houding en hij hoorde er de fijnste klank. Op zijn vijfde ging hij met zijn oom naar een vioolbouwer. Hij weet nog dat hij een cellootje tussen zijn benen gezet kreeg. Een heel groot instrument, vond de vijfjarige Alexander. Het spelen was meteen een feest.

Dat plezier is altijd gebleven. Hij kreeg vanaf zijn achtste les van cellopedagoog Monique Bartels aan het Conservatorium van Amsterdam, vanaf zijn achttiende aan de Barenboim-Said Akademie in Berlijn en sinds 2019 aan de Kronberg Academy.

Vorig jaar won Warenberg de Grachtenfestivalprijs. Winnaars van die prijs krijgen het jaar erop als artist in residence de vrijheid om concerten naar eigen smaak in te richten: programma, vorm, musici, locaties. Alles mocht Warenberg verzinnen en proberen mogelijk te maken. Hij had drie wensen.

Wens 1: Hij wil breed programmeren

Op zijn concerten klinkt muziek van Haydn tot Sjostakovitsj via Boccherini en Ysaÿe. Warenberg: „Ik hou nu misschien het meest van romantische muziek, maar elke cellist noemt als lievelingsmuziek toch ook altijd heel saai de cellosuites van Bach en dat is terecht. Die zijn heerlijk om te spelen. Misschien kan ik me later in mijn leven focussen op een specifiek genre, maar nu ben ik nog veel te veel aan het ontdekken. Nu wil ik nog alles.”

Wens 2: Hij wil spelen met zijn beste vrienden

Dat het fijn is om met vrienden samen te spelen, weet hij nog van zijn eerste Grachtenfestivaloptreden in 2012, samen met een van zijn beste vrienden, altviolist Takehiro Konoe. Niet voor niks zitten ze nu samen in het Cianti Ensemble: „Je voelt een kick als je een goeie vriend even aankijkt tijdens het spelen. Als je speelt met goeie vrienden, wordt de muziek drie keer zo goed.”

Hij heeft inderdaad een flinke schep genomen uit zijn poel muzikale vrienden: Takehiro Konoe, en de andere strijkers uit het Cianti Ensemble, violisten Shin Sihan en Yamen Saadi, maar ook Dutch Classical Talent winnaar cellist Anton Mecht Spronk, violist Lara Boschkor en altviolist Dagmar Korbar. En zijn zus, mezzosopraan Maria Warenberg en neef, pianist Nikola Meeuwsen. Saillant detail: Spronk en Meeuwsen zijn (samen met klarinettist Gerbrich Meijer) dit jaar allebei genomineerd voor de Grachtenfestivalprijs en dus in de race voor de residentie volgend jaar. Warenberg: „Ja dat is best lastig eigenlijk. Zeker na de coronashit gun je iedereen wel zo’n prijs.”


Lees ook een interview met het Cianti Ensemble: ‘Wanneer de wereld zou werken als een orkest waren we een stuk beter af’

Wens 3: Hij wil de programmavormen ‘puur’ en klassiek houden

Geen nieuwe vormexperimenten, maar klassieke recitals. Niet dat hij niet van experimenteren houdt, maar „veel artist in residents hebben de afgelopen jaren geëxperimenteerd. Ik dacht, laat ik weer eens iets puurs doen. Gewoon stukken die mensen goed kennen goed uitvoeren met goede musici en het liefst op mooie plekken.”

Een van de locaties waar hij zich het meest op verheugt is de onderdoorgang van het Rijksmuseum, die op 13 augustus speciaal voor strijkkwartetten van Mendelssohn en Sjostakovitsj wordt afgesloten. Aan twee kanten van de doorgang komen tribunes om Warenberg, Boschkor, Sihan en Konoe te kunnen horen.

Wens 4: Beats en games

Buiten die behoefte aan pure, klassieke recitals, is Warenberg een breed geïnteresseerd mens. Op lummelige middagen maakt hij graag beats op de computer. Nee, componeren zou hij het niet willen noemen, maar hij kan uren besteden aan klassieke harmoniestructuren op een lekkere beat zetten. Dat is in ieder geval een stuk leuker dan muziektheorie.

En wat doet Warenberg als hij niet met muziek bezig is? „Autorijden!” is zijn nieuwste hobby. Sinds januari is hij trots bezitter van een rijbewijs en maakt hij pleziertochtjes in zijn Peugeot 407. In Berlijn heeft hij veel gevoetbald en gefeest. En sinds corona is hij gek van koken. Met zijn vriendin Dagmar Korbar is hij in de Koreaanse keuken beland. Als Warenberg ooit eens een eigen festival start – want dat ziet hij wel voor zich; het cureren van concerten is hem erg goed bevallen – weet hij in ieder geval zeker dat zijn musici zelfgemaakte Koreaanse dumplings van hem krijgen.

En dan is hij ook nog een gamer. Met Takehiro Konoe, Shin Sihan, Lara Boschkor en Yamen Saadi speelt hij niet alleen graag muziek, hij besteedt ook uren met ze online in schietspelletjes als PUBG. Warenberg, glunderend: „Dat weet het publiek meestal niet, dat we de middag voor een concert samen nog online hebben gegamed. Dat maakt live samenkomen op het podium nóg leuker.”

Lees verder…….