‘We zijn geen pushende ouders’

Pollyana: „Het is de vraag die ik vaak krijg: zit het zwemmen in de familie? Maar nee, we hebben bij toeval ontdekt dat allebei onze zoons zulke goede zwemmers zijn. Dat is een cadeau geweest!”

Tiago: „Als kind van twee had ik al zwemles, maar mijn passie voor zwemmen als sport ontstond toen ik met een vriendje mee ging trainen bij een serieuze zwemclub. Toen was ik acht jaar.”

Pollyana: „Een andere zwemclub had hem eerst nog geweigerd. Een half jaar later won Tiago op een toernooi vijf medailles. Die bewuste zwemclub won er twee, in totaal. Die hebben wel spijt gehad.”

Tiago: „Mijn specialisatie nu is de vrije slag op de middellange afstand en vlinderslag op de korte nummers. Wat mijn kracht is? Ik denk dat ik heel gedisciplineerd ben.”

Reinaldo: „Soms bijna een beetje té veel. Wij moeten Tiago er regelmatig aan herinneren dat hij ook tiener is en af en toe mag relaxen. Onze andere zoon Davi, die ook op hoog niveau zwemt, moeten we veel meer achter de broek zitten.”

Pollyana: „We proberen altijd achter ze te staan. We zoeken alles uit qua voeding, gezond leven – maar we zijn geen pushende ouders.”

Reinaldo: „Nee, helemaal niet. Het gaat er om dat ze er plezier in houden. Als de jongens morgen zeggen: we vinden zwemmen niet meer leuk – prima! Dan gaan ze toch op voetbal?”

Verhuizen was een droom

Pollyana: „In december 2019 zijn we naar Nederland verhuisd. Dat is altijd een droom van ons geweest.”

Reinaldo: „Rio de Janeiro is een mooie plek, maar niet zo veilig. We moesten de kinderen altijd met de auto naar school brengen en mijn vrouw ging zo min mogelijk in haar eentje over straat. We hebben altijd gekeken naar een mogelijkheid om weg te kunnen: naar de VS of Europa. Een vriend van mij werkte al bij een Nederlands bedrijf en vertelde dat ze software-engineers zochten. Daar hoefden we geen twee keer over na te denken.”

Tiago: „Ik was twaalf toen mijn ouders vertelden dat we gingen verhuizen. In het begin was het moeilijk; het was zo anders hier. De taal, het eten. Ze lunchen hier met boterhammen met kaas. Dat is geen lunch voor ons! Haha. Maar het was ook een leuke nieuwe uitdaging. De vrijheid vond ik meteen al heel fijn. Ik herinner me de dag waarop ik wakker werd en me realiseerde: ik kan straks op de fiets naar school, naar het zwembad, waar ik maar naartoe wil! Dat is echt een fijn gevoel.”

Pollyana: „Dat we uiteindelijk in Eindhoven belandden, de zwemhoofdstad van Nederland, is toeval geweest. Maar het is heel fijn dat Tiago kan trainen met alle nationale topzwemmers en dat het hier om de hoek is. Sowieso is alles hier heel fijn rustig en veilig.”

Reinaldo: „Het is echt onze bedoeling hier te blijven en een leven op te bouwen. Als we hier volgend jaar vijf jaar gewerkt hebben en slagen voor een taaltoets, krijgen we een Nederlands paspoort. Nee, dat is niet meer spannend – de jongens spreken vloeiend Nederlands, en met wat studeren lukt het ons ook.”

Pasta, risotto, lasagne

Tiago: „Op een doordeweekse dag sta ik om kwart voor vijf op. Dan ontbijt ik en vertrek naar het zwembad, waar om zes uur de training begint. Daarna ga ik naar school en blijf daar in de middag hangen om wat te eten of huiswerk te maken, voordat ik weer naar het zwembad ga voor de tweede training. Eenmaal thuis ga ik eten en maak alvast mijn eten klaar voor de volgende dag. Om negen uur ga ik dan direct naar bed.”

Pollyana: „Nou…”

Tiago: „Oké, soms treuzel ik een beetje.”

Pollyana: „Er gaat hier héél veel eten doorheen. Als je ziet wat voor borden die jongens opscheppen! En even later – woesj – is het allemaal weg. Ik maak pasta, risotto, lasagne, rijst met bonen en een eiwit-component. Tiago en Davi nemen proteïneshakes mee voor na de trainingen. Reinaldo heb ik intussen aangestoken met het kookvirus. Nu verdelen we het koken fiftyfifty.”

Tiago: „Het meest uitdagende in een topsportgezin is de logistiek. Vorig weekend had Tiago een toernooi in Eindhoven en Davi in Nijmegen. Dan moeten we onszelf opsplitsen en iedereen op tijd op locatie krijgen. En soms heb je vier van dat soort weekenden achter elkaar.”

Pollyana: „Ik houd nauwgezet een gezamenlijke agenda bij met alle afspraken erin. We proberen in ieder geval elke zondag met z’n allen te ontbijten met American pancakes.”

Reinaldo: „Nog een probleem is dat Tiago de Nederlandse nationaliteit niet heeft en daarom officieel niet mag meedoen aan nationale en Europese wedstrijden.”

Tiago: „Gelukkig heb ik een coach, Geert, die zich enorm voor me inzet. Zo heeft hij geregeld dat ik nu parttime bij de Swim Academy mee mag doen: het programma voor nationale toptalenten. Dat vind ik zo cool! Ik wil heel graag onder de Nederlandse vlag zwemmen.”

Pollyana: „Soms levert dat teleurstellingen op. Zo zou Tiago meedoen met het junioren-EK. Hij had mooie TeamNL-kleding gekregen, was naar Papendal gegaan voor een teamfoto. Maar twee dagen tevoren bleek het toch niet te mogen en werd het afgezegd.”

Reinaldo: „Hij heeft ook al veel records gebroken op nationale wedstrijden, die officieel niet tellen.”

Pollyana: „Het is onderdeel van het proces, zeggen we maar. Als Tiago zijn paspoort heeft, worden die records met terugwerkende kracht geteld – en hij heeft al laten zien dat hij het kan.”

Tiago: „De Olympische Spelen van Parijs volgend jaar komen nog een beetje te vroeg. Ik richt me op de Spelen van Los Angeles in 2028. Dat is mijn grote droom.”