Rusland eist bij Nederlandse rechter geld van oligarch

Promsvjazbank Mag een rechter een partij verplichten om ondanks de Europese sancties geld over te maken aan de Russische staat?

Een filiaal in Moskou van de Promsvjazbank.
Een filiaal in Moskou van de Promsvjazbank.

Foto Andrej Roedakov/Bloomberg

Kan een in Nederland gevestigd bedrijf van twee uit de gratie geraakte Russische oligarchen onder de Europese sancties verplicht worden om geld te betalen aan de Russische staat? Die vraag stond vrijdag centraal in een rechtszaak tussen de gesanctioneerde Russische Promsvjazbank (PSB) en het bedrijf van de voormalige eigenaren, Promsvjaz Capital (PSC). Het is een van de eerste rechtszaken die in Nederland worden gevoerd waarin de uitvoering van de sancties een rol speelt.

Dmitri en Aleksej Ananjev (volgens zakenblad Forbes in 2016 goed voor een vermogen van 1,4 miljard dollar) waren tot eind 2017 eigenaar van een van de grootste private banken van Rusland. In december 2017 nationaliseerde de Russische centrale bank PSB omdat die te veel slechte leningen zou hebben en beperkte buffers.


Lees hier meer over Dmitri Anajev: Hoe een Russische oligarch zijn imperium verloor

De afgelopen jaren zijn de broers op verschillende plekken in Europa in rechtszaken verwikkeld. PSC is met een brievenbusmaatschappij onder meer gevestigd in Amsterdam. En daar waar de oligarchen hun bezittingen proberen terug te krijgen, voeren de Russische overheid en obligatiehouders juist rechtszaken tegen hen. Zij willen honderden miljoenen euro’s terug die de Ananjevs rond de nationalisatie zouden hebben weggesluisd.

De zaak zou al in het voorjaar dienen maar werd uitgesteld vanwege de Russische inval in Oekraïne en de sancties die toen werden ingevoerd. De Promsvjazbank kwam op de sanctielijst te staan omdat die mede de Russische defensie-industrie financiert. Het advocatenkantoor dat de bank bijstond, het Rotterdamse Beaufort Litigation weigerde aanvankelijk de verdediging van de Russische staat neer te leggen maar deed dat later alsnog. Maar omdat de bank wel recht heeft op verdediging, wees de Nederlandse Orde van Advocaten een advocaat aan die de bank moest bijstaan. „Mijn positie is een nogal bijzondere. Ik ben hier omdat ik niet anders kan”, zei Quirijn Bongaerts van kantoor Birkway bij aanvang van de zitting.

Europese sanctieverordening

Vanwege de Europese sancties is de zaak over de rekening van de nationalisatie ook nog niet inhoudelijk behandeld. Vrijdag ging het vooral over de vraag of PSB wel ontvankelijk verklaard kan worden. Met andere woorden: kan de rechter een partij wel verplichten tegen de sanctieregels in een betaling te verrichten aan de Russische staat?

Onder de Europese sancties is het verboden om geld over te maken aan entiteiten en personen op de sanctielijst. En dus kan er eigenlijk geen uitspraak gedaan worden over de vraag of de Ananjevs honderden miljoenen euro’s moeten betalen aan de Russische staat, betoogde Jurjen de Korte vrijdag namens de oligarchen. „Op grond van de sancties is het verboden om enige betaling aan PSB te doen.”

De bank zelf is het daar niet mee eens. Advocaat Bongaerts erkent „de beperking van de sanctieverordening” maar wil dat de rechter wel tot een uitspraak komt over de vraag of en hoeveel PSB nog tegoed heeft van de Ananjevs. „Dan zou het ministerie van Financiën een ontheffing voor de betaling moeten verlenen of moet het geld op een bevroren rekening van PSB gestort worden.” De bank zou dan bij dat geld kunnen zodra de sancties worden opgeheven. „Als de rechter PSB niet-ontvankelijk verklaart, verliest het daarmee eigenlijk de toegang tot het recht.”

Een uitspraak in de zaak kan gevolgen hebben voor andere gesanctioneerden. Zij kunnen dan mogelijke vorderingen op andere partijen opeisen en tijdelijk op hun bevroren rekening laten storten.

Wanneer de rechter uitspraak doet in deze zaak, is onduidelijk. Op Cyprus heeft PSB eerder twee soortgelijke zaken over terugbetaling na nationalisatie aangespannen. Onder Europees recht krijgt de eerst aangespannen zaak voorrang, waardoor de Nederlandse rechter zich niet over de zaak zou kunnen buigen. Tijdens de zitting meldde PSC-advocaat De Korte echter dat vrijdagochtend bekend was geworden dat PSB die zaken heeft ingetrokken. De Nederlandse advocaat van PSB, die daarvan niet op de hoogte was, krijgt nu eerst zes weken de tijd om uit te zoeken of dat klopt.

Lees verder…….