Poppodia willen door toenemend aantal incidenten – zoals tijdens concert Lenny Kuhr – veiligheidsprotocol afdwingen in Den Haag

Vanaf de overkant van de concertzaal kwamen drie pro-Palestijnse activisten zondag op het podium van theater De Leest in Waalwijk af, waar zangeres Lenny Kuhr op dat moment aan het optreden was. Ze ontrolden een Palestijnse vlag en riepen de pro-Palestijnse leus „from the river to the sea, Palestine will be free”. Daarvoor kreeg Kuhr, zelf van Joodse komaf, al woorden als „terrorist en zionist” naar haar hoofd geslingerd. Medewerkers zetten de activisten uiteindelijk uit de zaal.

Vergelijkbare verstoringen in de cultuurwereld deden zich de afgelopen maanden vaker voor. In januari en februari werden optredens van het Jerusalem Quartet – een strijkkwartet – in Amsterdam en Den Haag verstoord door pro-Palestijnse demonstranten. Bij een pro-Palestijns protest in Maastricht, ook afgelopen zondag, blokkeerden activisten de ingangen van filmhuis Lumière, waar de Israëlische dramafilm Matchmaking draaide.

De cultuursector laat woensdag weten „met zorg” te kijken naar het toenemend aantal incidenten „die door polarisatie zijn ingegeven”, in onder meer concertzalen. Dat schrijven de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties, de Nederlandse Associatie voor Podiumkunsten en de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals in een gezamenlijk statement. In concertzalen mag „geen plek” zijn voor intimidaties die zijn ingegeven door antisemitisme, maar ook niet voor xenofobie en genderdiscriminatie, zo benadrukken zij.

Gesprek met cultuurminister

Belangenorganisaties – Kunsten ’92 kwam woensdag met een vergelijkbaar statement – willen daarom een veiligheidsprotocol opstellen in samenwerking met demissionair staatssecretaris Fleur Gräper (Cultuur en Media, D66). De organisaties gaan binnenkort met haar in gesprek.

Jeroen Bartelse, directeur van muziekpodium TivoliVredenburg en covoorzitter van Kunsten ’92, laat aan NRC weten dat de cultuursector al zeker anderhalf jaar – ruim voor het begin van de oorlog in de Gazastrook – een toename ziet in het aantal protesten en andere acties in onder meer concertzalen. Lang niet altijd is dat een probleem, benadrukt hij. „Als de samenleving flink met elkaar in discussie is, dan zijn onze huizen plaatsen van het vrije woord, artistieke expressie en dialoog. Dag in dag uit zijn er voorstellingen en tentoonstellingen over actuele vragen in de samenleving.”

Maar, zo zegt hij ook: „Die vrijplaatsen moeten veilig zijn”. De organisaties willen daarom dat, wanneer daar aanleiding voor is, podia een beroep kunnen doen op preventieve veiligheidsmaatregelen van de overheid. Protocollen zijn er weliswaar al in de meeste concertpodia – bij onrust een optreden stilleggen, op het podium uitleggen wat er aan de hand is, beveiliging inschakelen – maar nog niet in samenwerking met de overheid.

Politie en beveiliging

Hoe het protocol eruit moet komen te zien, is nog niet helemaal duidelijk.De culturele sector wil, zo zegt Bartelse, met de overheid nagaan hoe je intimidatie en geweld zo goed mogelijk kan voorkomen. Hoe snel haal je de politie erbij? Hoe schaal je op met het aantal beveiligers? „Daarover gaat het ook als je het hebt over bedreiging met terrorisme. Hoe kan je je voorbereiden? Daarover willen we met staatssecretaris Gräper praten.”

Gräper zelf, die vandaag de brancheverenigingen uitnodigde voor een gesprek, sprak zich nog niet breedvoerig uit over het incident in Waalwijk. Tot ontevredenheid van Kamerleden, die hadden gewild dat Gräper zich nadrukkelijk had uitgesproken over de verstoring van het concert. Dertien van de vijftien partijen in de Kamer kwamen naar buiten met een gezamenlijk verklaring tegen Jodenhaat. Gräper zei zelf dat ze pas na overleg met ministerraad een uitgebreide reactie wil doen over het incident. Wel liet ze weten de actie „antisemitisch” te vinden.