Met grote uitzondering: een duik in de Haagse duinen


Foto Paul Koopman

Onder water Verlangend naar rust ontdekte fotograaf en fervent duiker Paul Koopman de Duinplas.

Soms komt er een vreemd konijn op je pad dat een poort opent naar een nieuwe werkelijkheid, waarvan je het bestaan niet vermoedde. Mijn konijn – gehaast, frequent op zijn horloge kijkend en niet erg koersvast – was een burn-out. Een samenloop van ellende in de privé-sfeer bracht me midden in de coronalockdown behoorlijk uit balans. Wat te doen? Net als veel landgenoten besluit ik mijn wandelschoenen aan te trekken en mijn directe omgeving te verkennen, verlangend naar rust en bezinning.

Mijn groot konijnenhol blijkt zich te bevinden op een steenworp afstand van een mobiele snackbar en jarendertigwoningen in de Haagse Vogelwijk. Daar is een strandopgang de duinen in, die toegang biedt tot een uitgebreid netwerk van wandelpaden. Verscholen in een labyrint van duindoorns en braamstruiken ligt daar ook de Duinplas, een heldere vijver die vanwege de velden met waterlelies en gele plompbloemen flirt met de schilderachtige tuin van Monet. Ik voel me als een magneet aangetrokken tot deze oase. Als Alice loop ik er op af, brandend van nieuwsgierigheid, zonder er aan te denken hoe ik ooit weer terug moet komen.

Reuzen uit de oertijd

Ik blijk niet de enige bezoeker. Het wemelt van de kikkers die op onvoorspelbare momenten een a capella inzetten en dan plots weer zwijgen alsof een onzichtbare dirigent het koor met zijn baton afslaat. Ik ontdek dat deze plas in weerwil van alle sombere berichten over insectensterfte een hotspot van biodiversiteit is. Vuurlibelles, tijgerspinnen, juffers, vlinders, torren, rupsen, wantsen en kevers voelen zich er senang. Maar ook reuzen uit de oertijd. Terwijl ik gehurkt behoedzaam een sabelsprinkhaan benader, schrik ik van gesnuif vlak achter me. Daar staat bijna 800 kilo Schotse hooglander me broeierig aan te kijken: hij wil er langs om aan de waterkant sappig gras te verorberen.

Ik krijg er lol in op zoek te gaan naar nieuwe soorten die ontbreken in mijn fotocatalogus en na drie maanden dagelijks speuren doe ik nog stééds nieuwe ontdekkingen, tot mijn grote verbazing. Maar ik raak stilaan steeds meer gebiologeerd door wat zich onder de waterspiegel bevindt. Welke wereld houdt zich daar verborgen?

De gemeente Den Haag geeft bij hoge uitzondering een ontheffing om in de Duinplas af te dalen, samen met vier leden van de Haagse duikvereniging Baracuda. Wat helpt is dat ik in het gemeentehuis te boek sta als een onbezoldigd onderwaterfotograaf: een aantal jaren geleden had ik een expositie in het gemeentehuis over de Haagse Beek, de enige stadsrivier die niet van land naar zee stroomt, maar precies andersom. Doorslaggevend is wellicht de belofte dat we eventueel zwerfafval op de bodem van deze duinplas netjes zullen opruimen.

En zo breekt de middag aan dat ik met vier andere duikers op de waterplas af loop. Het is een merkwaardige optocht, met perslucht op de rug en duikvinnen in de hand, behoedzaam zoekend naar een route door het struweel, alsof een knaagdier ons de weg heeft gewezen. De badgasten die met handdoeken en koelboxen de duinen in wandelen kijken verbaasd. Wat doen deze kikvorsmannen in de duinen?


Loodgordel

Als ik tot mijn middel in het water sta, is het moment gekomen de lucht uit mijn duikvest te laten ontsnappen en langzaam af te dalen. Het is niet de Atlantische Oceaan waar ik op twintig meter onder de zeespiegel bezoek kreeg van manta’s en dolfijnen, maar het doet er toch amper voor onder. Hier ontvouwt zich op snorkeldiepte een mysterieuze wereld in de kleuren oker, goud en groen, waar de zon zijn stralen doorheen smijt. Rustig ademend en naar de bellen luisterend is dit bijna mediteren.

Gele plompebloemen en lelies weerspiegelen zich in het wateroppervlak. Als ik uitadem en wat dieper afdaal zie ik salamanders, kikkers en baarsjes schichtig wegschieten. Een poelslak hangt loom aan een blad op zoek naar insectenlarven en wormen. Dit diertje verstaat de kunst om zowel met een long als door zijn huid te ademen en als de nood aan de man komt eet hij zijn eigen uitwerpselen. Ik voel me maar onbeholpen met mijn ademautomaat en loodgordel.

Verderop in de vijver laveren we langs omgevallen bomen die in bezit zijn genomen door een zachte deken van algen en rapen de collega duikers van Baracuda een big shopper van de bodem die meteen handig dienst doet als verzamelzak voor wat klein afval. We moeten ons best doen om niet verstrikt te raken in de lange bladstengels en het fonteinkruid dat langs de oeverrand in het water hangt als psychedelische gordijnen in een tienerkamer. Watervlooien trekken als zwermen spreeuwen voorbij.

Na een uurtje stijgen we weer op, met kroos op ons hoofd. Ik realiseer me dat het gestresste konijn zich al een paar weken niet meer heeft laten zien. Wat een droomwereld, midden in de bebouwde omgeving! Alice zou hier haar ogen uitkijken.

Lees verder…….