In deze vlotte, eigentijdse ‘Kersentuin’ vindt alles een oorsprong in het verleden

Recensie Theater

De Kersentuin Regisseur Michel Sluysmans weet in deze hedendaagse bewerking van ‘De kersentuin’ nagenoeg perfect het snijvlak van humor en tragiek bij Tsjechovs personages te traceren.

De Kerstentuin van Anton Tsjechov door Toneelgroep Maastricht
De Kerstentuin van Anton Tsjechov door Toneelgroep Maastricht Foto Ben van Duin

In De kersentuin krijgen de personages de oplossing voor hun problemen op een presenteerblaadje aangeboden: kap alle bomen van die noodlijdende kersengaard, maak er een „kindvriendelijk, autovrij en circulair vakantiepark” van en het geld stroomt weer binnen. Klinkt eenvoudig, maar het is voor landeigenares Ljoebov en haar familie geen optie.

De kersentuin gaat over personages die het verleden niet willen of kunnen loslaten. Blind voor de realiteit („laten we het gezellig houden, we drinken er nog eentje: klok-klok-klok”) bijten ze zich vast in het verleden, met als gevolg dat ze in het heden alles kwijtraken.

Het stuk vangt aan als Ljoebov (Anniek Pheifer) na een mislukte filmcarrière in New York terugkeert op haar familielandgoed, dat op het punt staat verkocht te worden. Ljoebov weigert zich tot die realiteit te verhouden: zolang de kersentuin nog in haar bezit is, is er vast wel een oplossing en dus „drinken, proosten en troosten” de personages zich de dagen door.

Op het staketsel van Tsjechovs stuk uit 1904 schreef Jibbe Willems een vlotte, eigentijdse hertaling, voorzien van profiterende personal assistants, projectontwikkelaars en klimaatactivisme. Het levert leuke herkenningsmomentjes op, al voelt de actualisering hier en daar wat al te opzichtig.

Botsing tussen generaties

Net als in zijn sterke enscenering van Tsjechovs Een meeuw van vorig jaar, weet regisseur Michel Sluysmans nagenoeg perfect het snijvlak van humor en tragiek bij de personages te traceren. Hij regisseerde op hoog tempo, en tilt de tekst met veel frontaal spel uit het realisme. Als personages niet in de scène zitten, liggen ze vaak wezenloos op de grond of hangen ze over een muur: de personages in Tsjechovs oeuvre praten veel, en als ze niet praten, dan doen ze simpelweg niets. Ze komen niet tot handelen.

Sluysmans en Willems zetten de botsing tussen de verschillende generaties extra stevig aan: de oudere generatie lacht nét iets te smakelijk om het aangewakkerde engagement van de jongeren. Die proberen zich niet door dat cynisme te laten infecteren en overschreeuwen zichzelf daardoor juist. Ook ligt er veel nadruk op het verschil in sociale klasse. Lopachin (Jeroen Spitzenberger) heeft zich opgewerkt van arbeiderszoon tot selfmade man, die vooral denkt in termen van winstmaximalisatie en niets opheeft met nostalgische overwegingen.

Trauma

Tsjechovs stukken worden bevolkt door markante bijpersonages, die hier zonder uitzondering vol compassie vertolkt worden. Speciale rol is weggelegd voor de bejaarde huisbediende Firs, waarschijnlijk de slimste van het stel, al worden zijn wijsheden doorgaans beantwoord met een meewarige aai over de bol. Hij wordt aandoenlijk gespeeld door acteur-muzikant Beppe Costa, die de voorstelling ondertussen van een mooi live geluidsdecor voorziet.

Minder geslaagd is het illustratieve (en soms ronduit kitscherige) videoscherm op het achtertoneel, waarop we ten overvloede zien hoe de seizoenen verstrijken en uiteindelijk ook Ljoebovs overleden dochter als een geestverschijning verschijnt. Haar portret schuilt ook achter de vele spiegels die gaandeweg het toneelbeeld domineren. Haar vroegtijdige overlijden wordt, mede daardoor, als een van de belangrijkste redenen opgevoerd voor de rigide passiviteit van de familie.

Zo is in deze bewerking elk (gebrek aan) handelen expliciet ontsproten uit een trauma uit het verleden. De vastbeslotenheid waarmee Lopachin zich het landgoed uiteindelijk toe-eigent, wordt óók nadrukkelijk gepsychologiseerd: Lopachins vader werkte zich er als arbeider kapot voor de familie. Door het land op te kopen revancheert hij zijn vader. Net als de soms iets te expliciete actualisering, zorgt dat psychologiseren ook voor vervlakking: veel beangstigender is een lethargie of vastbesloten drift die niét eenduidig te verklaren is en tijdloos is – en die dus iedereen, altijd en overal kan overvallen. Want wie is er soms niet uit het niets even bang om alles voorgoed kwijt te raken?

Lees verder…….