Het streekvervoer gaat staken. Wat merkt de reiziger daarvan?

Ov-staking In het streekvervoer wordt donderdag en vrijdag gestaakt, nadat overleg over een nieuwe cao is stukgelopen. Maar lang niet overal staan de bussen stil.

Het busstation van Zutphen tijdens een staking van Arriva en Keolis afgelopen vrijdag. Deze chauffeurs vallen onder de de cao multimodaal.
Het busstation van Zutphen tijdens een staking van Arriva en Keolis afgelopen vrijdag. Deze chauffeurs vallen onder de de cao multimodaal.

Foto Ramon van Flymen/ANP

De onderhandelingen over een nieuwe cao voor het streekvervoer zijn mislukt. Tot diep in de nacht van dinsdag op woensdag spraken vakbonden FNV en CNV met de werkgevers in het regionale openbaar vervoer, maar de partijen kwamen niet tot elkaar. De werkgevers bieden 8 procent meer loon voor dit jaar, de bonden willen meer. De werkgevers noemen het onverantwoord de kosten nog verder te laten oplopen.

Daarom wordt donderdag en vrijdag gestaakt in het streekvervoer. Maar lang niet overal. Vijf vragen over de aankomende staking.

1 Ligt het hele ov donderdag en vrijdag plat?

Zeker niet. De NS-treinen rijden in elk geval gewoon, voor zover je de nieuwe, met 12 procent van de ritten gekrompen dienstregeling ‘gewoon’ kunt noemen. Het mislukte overleg over een nieuwe cao openbaar vervoer gaat niet over de Nederlandse Spoorwegen. Bij NS werd half september al een nieuwe cao afgesloten – na dagenlange stakingen in het hele land.

Ook gaan deze onderhandelingen niet over het stadsvervoer in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Bij de lokale vervoerbedrijven daar – respectievelijk GVB, RET en HTM – lopen de cao’s nog. Stadsbussen, metro’s en trams rijden gewoon.

De stakingen treffen voorlopig alleen de streekbussen buiten Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Mogelijk sluiten medewerkers van de regionale spoorbedrijven zich bij de staking aan. Over hun cao wordt woensdag onderhandeld.

De stakingen treffen Arriva, EBS, Keolis, Transdev (Connexxion), Qbuzz en een klein deel van de RET-chauffeurs (buiten de stad Rotterdam).

2 Er rijdt dus geen enkele bus in de rest van Nederland?

Ook dat klopt niet. Alleen de leden van vakbond FNV willen staken. Van de 13.000 medewerkers in het streekvervoer zijn er circa 6.000 aangesloten bij de FNV. Vakbond CNV Vakmensen (zo’n 2.200 leden) doet niet mee aan de staking. Dat heeft te maken met de vorige cao openbaar vervoer. Het CNV tekende die overeenkomst (die liep van 1 juli 2021 tot 31 december 2022), wat de FNV toen niet deed. Te snel staken na afloop van de cao wil het CNV niet. Ook bij touringcarbedrijven staakt de FNV, zo werd woensdag bekend.


Lees ook: Chauffeurs in het streekvervoer staken: ‘De rek is eruit. De accu is leeg’

Niet zo lang geleden legden de FNV’ers onder de buschauffeurs ook al het werk neer. Afgelopen najaar werd ook gestaakt, voor meer loon en betere arbeidsomstandigheden.

De Vereniging Werkgevers Openbaar Vervoer (VWOV) benadrukt dat bij de vorige stakingen 70 procent van de dienstregelingen wél is uitgevoerd. Niet elke chauffeur is lid van een vakbond, en de CNV’ers reden wel. De organisatiegraad in het streekvervoer is veel lager dan die bij NS, waar de meeste machinisten en conducteurs lid zijn van een bond.

3 Hoe zit het met de regionale treinen van Arriva en Keolis?

De kans is groot dat ook de machinisten en de conducteurs (stewards) van Arriva, Keolis en Qbuzz donderdag en vrijdag het werk neerleggen. Zij vallen echter onder een andere arbeidsovereenkomst, de cao multimodaal. Die geldt voor circa 1.300 werknemers van vervoerbedrijven die bus en trein aanbieden.

Ook over de cao multimodaal wordt al lang onderhandeld. Vakbonden FNV, CNV en machinisten- en conducteursbond VVMC trekken in dit overleg wel samen op. Zij voerden de afgelopen weken al regionaal actie, vorige week onder meer in Friesland, Groningen en Zuidoost-Drenthe.

Woensdag staat opnieuw een onderhandelingsronde gepland. Als die gesprekken mislukken, sluiten de medewerkers van Arriva (en het kleinere aantal werknemers van Keolis en Qbuzz) zich bij de FNV-staking in het streekvervoer aan. Dan staan de regionale stoptreinen in het noorden, oosten en zuiden van het land stil.

4 Waarom botsen de buschauffeurs, treinmachinisten en conducteurs met hun bazen?

Net als bij veel bedrijven eisen de werknemers in het openbaar vervoer in de eerste plaats een hoger loon. De vakbonden willen dat de medewerkers worden gecompenseerd voor het verlies aan koopkracht. De aanvankelijke eis voor volledige compensatie is inmiddels wat afgezwakt tot 8 procent loonsverhoging per 1 januari 2023 en 6 procent op 1 januari 2024.

„De werkgevers komen helaas niet verder dan 8 procent loonsverhoging”, liet de FNV woensdagochtend weten in een verklaring op zijn website. „Dat betekent dat mensen met deze inflatie flink minder boodschappen kunnen doen. Ook doen de werkgevers te weinig om de werkdruk te verlagen. Te absurd voor woorden…”

Hoge werkdruk en een fors ziekteverzuim zijn veelgehoorde klachten in het hele ov

Hoge werkdruk en een fors ziekteverzuim zijn veelgehoorde klachten in het hele ov. Dat komt met name door een groot tekort aan personeel. Volgens werkgeversorganisatie VWOV komen de vervoerders samen circa vijfhonderd buschauffeurs tekort, op een totaal van negen- à tienduizend chauffeurs.

VWOV-voorzitter Fred Kagie noemt het loonbod van 8 procent „méér dan gemiddeld in Nederland”. „Het is niet verantwoord om de kosten bij bedrijven nog hoger te laten oplopen. Dan komt de continuïteit van het openbaar vervoer in gevaar. De reizigersaantallen zijn sinds corona nog niet op het oude niveau en dit jaar krijgen wij nauwelijks nog steun van de overheid.” Zo lag het aantal reizen met het ov (check-ins) in december 17 procent onder het niveau van voor de pandemie.

5 Wat merkt de reiziger van de problemen bij de vervoerders?

Die heeft al veel langer last van de slechtere dienstverlening in het ov, klaagt reizigersvereniging Rover. In de afgelopen twee jaar hebben de vervoerbedrijven in Nederland hun dienstregelingen met 10 procent ingekrompen. „Bussen die nog maar één keer per uur rijden, treinen die alleen op bepaalde dagen rijden. Voor een enkele reiziger kan het gevolg enorm zijn”, zegt Freek Bos van Rover. En sinds 1 januari is nog eens 2 tot 3 procent van de bussen verdwenen.

Minder openbaar vervoer, en nog duurder ook. Bus- en treinkaartjes zijn dit jaar gemiddeld 7,5 procent duurder geworden. Rover vreest dat veel reizigers het ov daarom de rug toekeren. „Het openbaar vervoer dreigt in een negatieve spiraal terecht te komen. Bus en trein worden steeds minder een vanzelfsprekende keuze voor iedereen die naar zijn werk of naar school moet.”

Lees verder…….