Aanscherping milieunormen EU vaak vertraagd

Uitstootnorm In principe moeten Europese milieunormen voor de industrie elke acht jaar worden geactualiseerd. In de praktijk gebeurt dit vaak te laat, -waardoor toezichthouders slecht kunnen optreden tegen fabrieken als Tata Steel.

Staalfabrikant Tata Steel in IJmuiden.
Staalfabrikant Tata Steel in IJmuiden.

Foto Olivier Middendorp

Uitstootnormen voor de Europese industrie worden minder vaak aangescherpt dan de bedoeling is. Verouderde wetgeving maakt het voor toezichthouders lastig om streng op te treden tegen fabrieken als Tata Steel.


Lees ook het achtergrondverhaal bij dit nieuwsbericht: Nieuwe milieunormen voor Tata laten op zich wachten door Europese stroperigheid

In heel Europa moeten industriële bedrijven officieel aan dezelfde eisen voldoen, gebaseerd op ‘best beschikbare technieken’ (zogenoemde bbt-conclusies). Verlaagt een fabriek bijvoorbeeld haar uitstoot door een nieuw filter, dan zouden andere fabrieken dit op termijn ook moeten gaan toepassen. Voor elke sector moeten de bbt-conclusies elke acht jaar worden geactualiseerd. Innovaties worden dan in de milieuwetgeving meegenomen, waardoor eisen voor fabrieken strenger worden.

In de praktijk wordt de interval van acht jaar zelden gehaald. Van de 35 betrokken sectoren werken er 15 met bbt-conclusies ouder dan tien jaar. Soms zijn de standaarden al sinds 2006 niet aangepast, blijkt uit een inventarisatie van NRC.

Als de wetgeving niet wordt aangepast aan de jongste standaarden, ontbreekt toezichthouders de mogelijkheid fabrieken strengere normen op te leggen. De Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG), die toezicht houdt op de staalfabriek van Tata Steel in IJmuiden, meldde de rijksoverheid al door zwakke normen de leefomgeving „onvoldoende” te kunnen beschermen. De dienst zou bijvoorbeeld graag zien dat Europese normen voor ‘opslag en overslag’ worden aangescherpt. Bij Tata Steel ligt veel steenkool opgeslagen, en stof hiervan bezorgt de omgeving overlast. De Europese normen hiervoor dateren van 2006.

Capaciteitstekorten

Dat het niet lukt elke acht jaar de normen te herzien, komt onder meer door capaciteitstekorten bij het Europese agentschap dat de aanscherpingen coördineert. Op het kantoor van dit European IPPC Bureau in Sevilla bespreken en bepalen vertegenwoordigers van sectoren, milieuclubs en nationale delegaties de uitstootnormen.

Ook verlopen herzieningsprocedures, als ze eenmaal zijn begonnen, vaak traag. Soms kan het jaren duren om tot nieuwe bbt-conclusies te komen. De European Environmental Board, de bij ‘Sevilla’ betrokken koepel van milieuorganisaties, riep al op tot efficiëntere vaststelling van bbt-conclusies.

De Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied heeft het kabinet meermaals gevraagd zich in Brussel en Sevilla hard te maken voor strengere normen: lidstaten kunnen sectoren aandragen waarvan ze graag de normen zouden herzien. Naast de normen voor opslag en overslag wil de dienst ook graag dat die voor de staalindustrie opnieuw worden bekeken. Zo mag volgens de bbt-conclusies uit 2012 een oude kooksfabriek, zoals die van Tata Steel in IJmuiden, erg veel stikstof uitstoten. Dat wil de dienst graag aan banden leggen – wat nu niet mogelijk is.

Stroperigheid pagina E6-7

Lees verder…….