Europese zonnepanelenbouwers zuchten onder prijsval Chinese panelen, toch heeft de sector volop potentie

Een razendsnelle daling van de prijzen voor zonnepanelen – dat klinkt als feestelijk nieuws voor de energietransitie. Maar dat is het niet, of in elk geval niet alléén. Europese bedrijven die panelen – of onderdelen ervan – bouwen, zien de huidige prijsval als een ramp.

Chinese panelen zijn vorig jaar 42 procent goedkoper geworden, blijkt uit een rapport van adviesgroep Wood Mackenzie. In de zonnestroomwereld worden prijzen uitgedrukt per wattpiek; de Chinezen zijn gemiddeld onder de 14 eurocent per wattpiek gezakt. Van Europese standaard panelen liggen de prijzen volgens kenners van de markt zo rond de 30 cent per wattpiek.

De prijs voor panelen schommelt wel vaker, maar zó laag, daartegen valt niet te concurreren, merken Europese fabrikanten. Diverse bedrijven zijn al omgevallen of tijdelijk gestopt met produceren. Ze verwijzen daarbij naar de moordende concurrentie uit Azië.

In september luidde een Europese branchevereniging de noodklok in een brief aan de Europese Commissie. Solar Power Europe noemde de situatie „uiterst precair” voor Europese fabrikanten actief in zonnestroom. Zo wordt het „extreem moeilijk” producten te verkopen, en zijn er „concrete risico’s” op financiële problemen. SolarPower Europe noemt Norwegian Crystals als voorbeeld. Deze producent van onderdelen voor panelen ging in augustus bankroet. Vorige maand ging de Oostenrijkse panelenfabrikant Energetica Industries failliet. In Oostenrijkse media verwees het bedrijf naar de verwoestende concurrentie uit China.

Magazijnen in Europa van groothandeleren liggen vol Chinese panelen die tegen dumpprijzen op de markt worden gebracht, aldus Energetica. Daarnaast heeft ook het Noorse bedrijf NorSun AS deze winter de productie tijdelijk stilgelegd en personeel naar huis gestuurd. Een andere branchevereniging, European Solar Manufacturing Council ESMC, schrijft in een rapport dat de productie van sommige belangrijke onderdelen van zonnepanelen hierdoor zo goed als niet meer plaatsvindt in Europa.

emeritus hoogleraarWim Sinke Toen China begon met zijn capaciteit [rond 2010] gebruikte het productiemachines uit Europa

Volgens ondernemers in de zonnestroombranche dalen de prijzen nu zo hard door een perfect storm. China heeft (met grote subsidies) zwaar geïnvesteerd in extra productiecapaciteit en is veel meer gaan produceren. Tegelijk is de Europese vraag naar panelen wat afgekoeld na de sterke vraag tijdens de energiecrisis, waardoor een overschot ontstaat.

Een andere belangrijke oorzaak van de prijsval zijn de importrestricties van India en de VS voor Chinese panelen, waardoor er minder panelen naar die landen kunnen. De Amerikanen hebben daarnaast de Forced Labor Act ingevoerd, een wet tegen producten die zijn gemaakt met dwangarbeid. Een belangrijke grondstof voor Chinese zonnepanelen komt onder meer uit de regio Xinjiang, en er is groeiend bewijs dat de onderdrukte Oeigoerse minderheid gedwongen voor het delven wordt ingezet.

Chinese zonnepanelen die niet meer de Amerikaanse markt op kunnen, worden dus richting Europa vervoerd. Dat zorgt voor enorme overschotten van Chinese panelen voor de Europese markt.

Al met al worden de panelen nu zelfs onder de Chinese productieprijs verkocht, zo schrijft de ESMC. Zonnepanelen worden hier gedumpt, zeggen ondernemers geërgerd.

Europa was ‘naïef’

China is absolute marktheerser in elke stap van het productieproces van zonnepanelen, van het delven van grondstoffen tot het samensmelten van de uiteindelijke panelen. Omdat de EU helemaal niet blij is met een grote afhankelijkheid van China voor duurzame energie, zijn er Europese ambities om te reshoren, zoals dat heet. De EU wil „whatever it takes” doen om de Europese productiecapaciteit voor zonnepanelen op te bouwen, zo zei de Estse Eurocommissaris voor Energie Kadri Simson in 2022.

Het is allemaal extra wrang wetende dat Europa een enorme koppositie had op het gebied van zonnepanelen. Het continent heeft die rol veel te makkelijk, naïef misschien wel, weggegeven aan China, zag Wim Sinke. Sinke is een prominent onderzoeker naar zonnestroom en emeritus hoogleraar bij de Universiteit van Amsterdam. Hij is al veertig jaar actief in de branche. „Toen China begon met het opbouwen van zijn productiecapaciteit [rond 2010] gebruikte het productiemachines om panelen te bouwen uit Europa voor de fabrieken in Azië. Dat is een aantal jaren een groot exportproduct geweest voor Nederland en de EU. Er was ook overheidsbeleid om dat te stimuleren.”

In Huainan worden bij de productie ook robots gebruikt.
Foto Chen Bin/VCG via Getty Images

Wat China ook deed, zegt Sinke, is de eigen industrie „gigantisch stimuleren. De groei van de afgelopen vijftien jaar is adembenemend”. Dat heeft de Europese maakindustrie van zonnepanelen destijds op snel tempo doen inzakken en veel faillissementen veroorzaakt.

Nog redelijke positie in grondstoffen

Een zonnepaneel maken bestaat uit allerlei tussenstappen. Europa heeft nog wel bedrijvigheid, maar niet in elk deel van het proces. In de productie van grondstoffen zoals silicium heeft Europa nog een redelijke positie, al wordt die ook sterk bedreigd, zegt Sinke. En Europa heeft ook behoorlijk wat bedrijven die panelen produceren met ingekochte zonnecellen (de basis van zonnepanelen). Maar sommige stappen daartussen, zoals het maken van zonnecellen, worden vrijwel exclusief door China gedaan. De afhankelijkheid van dit land is enorm.

Bij zonnepaneelfabriek Solarge in Weert valt het effect van de goedkope panelen nu nog mee, zegt Gerard de Leede, technisch directeur van het bedrijf. „Dat komt omdat onze panelen niet direct concurreren met de Chinese, omdat onze circulair zijn, lichtgewicht en zonder pfas, bedoeld voor industriële daken”, zegt De Leede. „Bovendien zijn we nog aan het opschalen, dus hebben nog flink wat orders liggen. Maar in de toekomst zou dit ook ons kunnen raken.”

De Leede hoort wel van andere bedrijven in de branche dat ze worstelen met de prijsdaling van de Chinese panelen. „Het is heel vervelend dat dit nu optreedt”, zegt hij. „Voor je het weet krijgt de ambitie van Europa om weer mee te doen in zonne-energie een grote klap. Bij de oorlog in Oekraïne waren we afhankelijk van gas uit Rusland. We hebben gezien dat we niet afhankelijk willen zijn voor onze energie.”

Hulp uit Brussel gevraagd

Gelukkig is de potentie om een zonne-energiegrootmacht te worden niet verloren, zegt Sinke. „Dat is geen luchtfietserij, in Europa is er nog steeds heel veel technologische kennis beschikbaar. Het is goed geweest dat landen als Nederland, Duitsland, Frankrijk en Zwitserland onderzoek naar zonne-energie zijn blijven stimuleren, ook toen de industrie kromp. Daardoor hebben we de basis om weer iets op te bouwen. Maar uiteindelijk moet er iemand miljarden op tafel gaan leggen en in bedrijven investeren. Want zo’n sector uitbouwen kost gigantisch veel geld.”

Hoe nu verder? Branchevereniging Solar Power Europe vraagt de Europese Commissie om een snelle kapitaalinjectie van 100 miljoen euro voor Europese bedrijven in zonnestroom. Ook moeten er snel beschermingsmaatregelen komen, bepleit de sector, zoals het versneld doorvoeren van de Europese versie van de Forced Labor Act (waar nog geen formeel akkoord over is).

„Op de lange termijn blijven de Chinese prijzen natuurlijk niet zo ultralaag als nu”, zegt Dick Heslinga, vanuit de MCPV betrokken bij SolarNL. Dat is een alliantie van ondernemers die via het Nationaal Groeifonds (een stimuleringsprogramma van de overheid) enkele honderden miljoenen euro’s toegezegd heeft gekregen om grootschalige productie van zonnecellen en zonnepanelen te helpen opbouwen in Nederland.

„De Chinezen verkopen hun voorraden nu lager dan hun eigen productiekosten. Dat zullen ze niet lang volhouden”, zegt Heslinga. „Op de langere termijn gaat het er vooral om: hoe worden we competitief tegenover China?”

Het heeft geen zin, zegt Heslinga, om in Nederland nu een nieuwe industrie op te bouwen om dezelfde standaard zonnepanelen te gaan produceren. „Dan word je verpletterd door China.” Nederland heeft momenteel weinig producenten van reguliere panelen, en ook SolarNL gaat dat niet veranderen. Dat richt zich op nieuwe soorten zonnestroom, zoals met een programma om geavanceerde zonnecellen in flexibele folie te verwerken. Op die manier kan je zonnecellen integreren in daken, in auto’s, vrachtwagens of bijvoorbeeld bij snelwegen.

Foto Chen Bin/VCG via Getty Images

Maar ook Chinese producenten zullen innoveren. Uiteindelijk valt of staat een Europese industrie voor zonnepanelen toch echt bij een gelijk speelveld, zeggen ondernemers in de sector. Zo ook Marc Rechter, die gesteund door SolarNL voorbereidingen treft voor een fabriek in Nederland voor een nieuwe generatie zonnecellen. „We hebben dezelfde soort steun en protectie nodig die bijvoorbeeld ook in de VS en India bestaan.” Zowel in India als de VS zijn er momenteel grote steunprogramma’s voor duurzame energie, bijvoorbeeld de miljarden die via de Amerikaanse Inflation Reduction Act op tafel worden gelegd. „In Europa zijn we trager met zulke dingen, en meer gericht op het subsidiëren van onderzoek, dan het subsidiëren van schaalvergroting.”

Er is haast bij, zegt Sinke. „In de VS gaat het heel snel, China was al heel actief [in zonnepanelen]. Er moet snel een Europees antwoord komen, anders raak je de industrie gewoon kwijt. En dat is niet alleen om geopolitieke redenen onacceptabel. We missen ook een enorm banenpotentieel.”