Alleen als het gras groen is, floreert de melkfabriek in Mauritanië

Reportage

Melkindustrie in Afrika In West-Afrika heeft geen land een melkindustrie van betekenis, ondanks de miljoenen veehouders. Ook de melkfabriek in Mauritanië staat er niet best voor. „De regering moet melk uit het buitenland veel hoger belasten.”

Boven: melkvee in Mauritanië; onder: winkel van Mohamed Vadel, die alleen buitenlandse melk verkoopt.
Boven: melkvee in Mauritanië; onder: winkel van Mohamed Vadel, die alleen buitenlandse melk verkoopt.

Foto John Wessels/AFP

In de kruidenierswinkel van Mohamed Vadel (23), in de stad Chinguetti in Mauritanië, bestaat een flink deel van het assortiment uit zuivel. „Ik heb melk van over de hele wereld”, zegt hij. In de schappen achter hem staan blikjes Belle Hollandaise en Omela, waarin geconcentreerde vloeibare melk van het Nederlandse FrieslandCampina zit. Daarnaast verkoopt Vadel melk in poedervorm, waarvan de herkomst onduidelijk is maar die waarschijnlijk uit Argentinië komt, en gesteriliseerde melk in tetrapak van het Duitse DMK (Deutsches Milchkontor).

Melk uit eigen land heeft Vadel niet. „Daarvoor moet je vanavond naar een stalletje even verderop, aan het eind van de straat. Daar verkopen nomaden hun verse geiten- en kamelenmelk.” Maar, waarschuwt Vadel, consumptie van die melk is niet altijd veilig. „Je weet nooit zeker of die niet bedorven is. Als je niet ziek wilt worden, kun je beter zuivel uit mijn winkel kopen. Die komt van moderne buitenlandse bedrijven. Kwaliteit gegarandeerd.”

In de Sahel, het overgangsgebied tussen het Afrikaanse regenwoud en de Sahara, leven miljoenen veehouders. Met hun loslopende kamelen, koeien en geiten trekken ze over de savanne. Verse melk is vaak langs de weg te koop, maar geen enkel Sahel-land beschikt over een eigen melkindustrie van betekenis. Daardoor is alleen vlak na het regenseizoen, als er veel weidegrond is voor de dieren, lokale melk beschikbaar. De rest van het jaar zijn Afrikaanse consumenten aangewezen op lang houdbare geïmporteerde melk uit met name Europa.

Melkfabriek in de problemen

Mauritanië is een van de weinige Afrikaanse landen die hun eigen verse melk wel deels verwerken. Volgens het ministerie van Landbouw bestaat zo’n 20 procent van de totale jaarlijkse consumptie van 760 miljoen liter uit lokale melk.

Slechts 1 à 2 procent van de lokale consumptie wordt verwerkt. In de hoofdstad Nouakchott zijn er vier bedrijven die de melk verwerken en in tetrapak verkopen. Ook maken ze soms yoghurt en kaas. Maar heel goed staat de Mauritaanse zuivelindustrie er niet voor. De meeste firma’s hebben grote moeite om overeind te blijven. Hoe komt dat? En wat moet er gebeuren om dat te veranderen?

In de melkfabriek van Tiviski in Nouakchott staan de machines stil. „Er is niet genoeg aanvoer van verse melk”, zegt productiechef Ahmed Baba (53). Gekleed in een witte jas, met het Tiviski-logo op de rug, vertelt Baba dat lokale koeien de afgelopen maanden weinig melk produceerden vanwege langdurige droogte. „Drie jaar lang heeft het hier nauwelijks geregend. Pas sinds de buien van dit najaar, beginnen koeien weer langzaam melk te geven. Gisteren en eergisteren hebben we zo’n vijfduizend liter melk gepasteuriseerd.” Baba heeft ook een installatie om lang houdbare gesteriliseerde melk te maken. „Maar die is helaas kapot.”

Naast koeienmelk verwerkt Tiviski geiten- en kamelenmelk. Het grootste deel wordt gepasteuriseerd verkocht in supermarkten in Nouakchott. „We halen de melk met een vrachtwagen op bij nomadische veehouders”, legt Baba uit. „Zij brengen hun vers gemolken melk naar vaste verzamelpunten op het platteland.”

Intensieve veehouderij, met koeien in stallen, bestaat in Mauritanië niet. Lokale boeren lopen met hun dieren naar plaatsen waar na regen vers gras groeit. Als je vee in stallen houdt, moet je voer verbouwen of het elders kopen. „Dat is voor veehouders hier veel te kostbaar.”

winkel van Mohamed Vadel, die alleen buitenlandse melk verkoopt. Foto Gerbert van der Aa

Flink aan de prijs

Melk is relatief duur in Mauritanië, gezien het gemiddelde maandinkomen van 130 euro. Lokaal geproduceerde gepasteuriseerde melk kost ongeveer twee euro per liter. Ook geïmporteerde melk is flink aan de prijs. Voor een liter gesteriliseerde melk uit Duitsland betalen Mauritaniërs eveneens twee euro. De blikjes geconcentreerde melk van FrieslandCampina, die aangelengd met water ongeveer een glas melk opleveren, gaan voor zo’n vijftig cent over de toonbank. Het goedkoopst is melk gemaakt van poedermelk: omgerekend zo’n 60 cent per liter.

Lokale veehouders ontvangen vaste prijzen voor hun melk. De productiechef van Tiviski vertelt dat hij voor koeien en geitenmelk zo’n 60 cent per liter betaalt. Kamelenhouders ontvangen 70 cent per liter. Andere Mauritaanse zuivelproducenten hanteren ongeveer dezelfde prijzen. Ter vergelijking: zuivelproducenten in Nederland betalen boeren op dit moment ook zo’n 60 cent per liter vers gemolken melk.

Om de Afrikaanse zuivelindustrie een impuls te geven, zijn volgens sommige lokale zuivelproducenten protectiemaatregelen nodig. „Europese melkveehouders profiteren van landbouwsubsidies”, zegt de Britse Nancy Jones (75), die al bijna haar hele leven in Mauritanië woont en de eerste lokale zuivelfabriek startte. „Daar kunnen lokale bedrijven eenvoudigweg niet tegenop concurreren.” Belasting heffen op geïmporteerde melk is volgens Jones de eenvoudigste maatregel om dat concurrentievoordeel aan te pakken. „Maar helaas gebeurt dat nauwelijks. En de importheffingen die er wel zijn, worden op grote schaal ontdoken. Corruptie is in Mauritanië een groot probleem.”

Op een terras in de hoofdstad Nouakchott vertelt Jones, gekleed in een kleurig gewaad zoals de meeste Mauritaanse vrouwen dragen, dat de regering een voorbeeld moet nemen aan Marokko. „Dat is een van de weinige Afrikaanse landen die serieus bezig zijn een eigen zuivelindustrie te ontwikkelen. Een paar jaar geleden voerden ze een importtarief in van 113 procent op zuivel. Sindsdien koopt bijna iedereen daar lokale melk, omdat die veel goedkoper is. De Marokkaanse zuivelindustrie is daardoor nu toonaangevend in Afrika.”

Onderzoeksjournalisten van Follow The Money deden vorig jaar uitgebreid onderzoek naar Europese landbouwsubsidies. Ze rekenden uit dat Nederlandse melkveehouders sinds 2014 meer dan 3,4 miljard euro van de Europese Unie ontvingen, wat betekent dat ongeveer een derde van hun bruto inkomen uit subsidies bestaat. Uit de database die Follow The Money samenstelde, blijkt dat een Nederlandse melkveehouder op de Veluwe met 85 koeien in 2021 zo’n 90.000 euro aan EU-subsidies ontving. Dat is 12 eurocent per liter.

Goedkoop voedsel

Niet iedereen in Afrika ziet de oneerlijke concurrentie door landbouwsubsidies als een probleem. De subsidies zorgen er immers voor dat er goedkoop voedsel voorhanden is. In feite subsidieert de EU zo de voedselvoorziening in Afrika. Veehouders in de Sahel lijden daar onder, maar voor de Afrikaanse stedelijke bevolking is geïmporteerd voedsel daardoor vaak goedkoper dan lokale equivalenten. Mede om die reden weigeren de meeste Afrikaanse regeringen hoge belastingen te heffen op geïmporteerde melk: zo houden ze de bevolking in de stad tevreden.

In een nomadentent in El Beyyed, een oase in de woestijn van Mauritanië, vult Disha mint Yeslim (30) een schaal met geitenmelk. „Vanochtend vers gemolken”, vertelt ze, zittend op een plastic kleed. Ze doet wat water en suiker bij de melk, die ze daarna met een spatel opklopt. „Door de droogte van de afgelopen jaren, hebben we verse melk lange tijd moeten missen.” Maar na de regen van afgelopen maanden, ontkiemden zaden die vaak al jarenlang in het zand lagen en verscheen er een groen tapijt van gras in de woestijn. „Onze dieren hebben nu genoeg voedsel.” Mint Yeslim laat de schaal rondgaan, zodat de aanwezigen kunnen proeven.

Door de droogte waren bijna alle Mauritaniërs dit jaar aangewezen op importmelk. De vraag was zo groot, dat blikjes van FrieslandCampina zelfs diep in de woestijn te vinden zijn. Ook poedermelk is tot in verste uithoeken van het land te koop. „Samen met dadels en vlees is melk het basisvoedsel van woestijnnomaden”, zegt Mint Yeslim. „Verse geitenmelk is het lekkerst, maar als dat er niet is, nemen we genoegen met geïmporteerde koeienmelk. Zonder melk kunnen wij niet leven.”

Deze reportage is mede mogelijk gemaakt door Steunfonds Freelance Journalisten.

Lees verder…….